Kamerstuk
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Eerste en Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2012-2013 | 33518 nr. B;2 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Eerste en Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2012-2013 | 33518 nr. B;2 |
Hieronder zijn opgenomen het advies van de Raad van State d.d. 20 november 2009 en het nader rapport d.d. 14 september 2012, aangeboden aan de Koningin door de minister van Buitenlandse Zaken. Het advies van de Raad van State is cursief afgedrukt.
Bij Kabinetsmissive van 5 november 2009, no. 09.003092, heeft Uwe Majesteit, op voordracht van de Minister van Buitenlandse Zaken, mede namens de Staatssecretaris van Financiën, bij de Raad van State ter overweging aanhangig gemaakt het verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Britse Maagdeneilanden inzake de uitwisseling van informatie betreffende belastingzaken, met Protocol; 's-Gravenhage, 11 september 2009 (Trb. 2009, ...), met toelichtende nota.
Het verdrag ziet op de uitwisseling van informatie met het oog op de belastingheffing. De Raad onderschrijft de goedkeuring van het verdrag, maar plaatst daarbij enige kanttekeningen.
Blijkens de mededeling van de Directeur van Uw kabinet van 5 november 2009, nr. 09.003092, machtigde Uwe Majesteit de Raad van State zijn advies inzake het bovenvermelde verdrag rechtstreeks aan mij te doen toekomen. Dit advies, gedateerd 20 november 2009, nr. W06.09.0453/III, bied ik U hierbij aan.
Het verdrag geeft de Raad van State aanleiding tot enkele kanttekeningen.
De Raad merkt op, dat het Verdrag op verscheidene plaatsen afwijkt het Model Agreement on Exchange of Information on Tax Matters (modelverdrag). Het merendeel van de afwijkingen van het modelverdrag is in de toelichtende nota toegelicht, maar niet alle materiële afwijkingen zoals in artikel 5, vijfde lid, onderdelen b en c, en 7, derde lid, onderdeel b, van het Verdrag zijn opgenomen, zijn toegelicht. Dit dient alsnog te gebeuren.
Nu is aangekondigd dat Nederland er naar streeft een reeks van Tax information exchange agreements (TIEA's) te sluiten, zal een systematische en puntsgewijze opsomming van de afwijkingen van het modelverdrag die in de onderscheiden verdragen zijn opgenomen, kunnen bijdragen tot transparantie.
De Raad adviseert een zodanige puntsgewijze opsomming alsnog in de toelichtende nota op te nemen.
Gevolg gevend aan het advies van de Raad over afwijkingen van het OESO-modeluitwisselingsverdrag is de toelichting bij artikel 5 en bij artikel 7 aangevuld. Het advies van de Raad om in de toelichtende nota een puntsgewijze opsomming op te nemen van de afwijkingen van het OESO-modeluitwisselingsverdrag is evenwel niet overgenomen. Het verdrag met de Britse Maagdeneilanden is grotendeels gebaseerd op dat modelverdrag. Waar dit verdrag substantieel afwijkt van het modeluitwisselingsverdrag, is dit toegelicht in de toelichtende nota. Voor zover de bepalingen daarvan niet substantieel afwijken, is het OESO-commentaar op het modelverdrag van overeenkomstige toepassing.
In de toelichtende nota wordt geen enkele aandacht gegeven aan de staatkundige hervorming, hoewel deze staatkundige hervorming voor verdragen als de onderhavige onder meer ten aanzien van de omschrijving van de territoriale wateren, van belang kan zijn.
De Raad adviseert de toelichtende nota op dit punt aan te vullen.
Gevolg gevend aan het advies van de Raad over de toekomstige staatkundige hervorming van het Koninkrijk is de toelichting bij artikel 4 op dit punt aangepast.
Artikel 14 van het Verdrag bepaalt dat vanaf de datum van inwerkingtreding het Verdrag van toepassing is «for criminal tax matters on or after that date». Het is niet duidelijk wat met deze term wordt bedoeld. In de toelichtende nota wordt hieromtrent niet meer gesteld dan dat de strafrechtelijke belastingzaken moeten lopen op het tijdstip van inwerkingtreding.
De Raad adviseert een en ander in de toelichtende nota te verduidelijken door aan te geven wanneer sprake is van «lopen».
In de toelichtende nota is hierbij opgemerkt, dat de hiervoor bedoelde lopende strafrechtelijke belastingzaken moeten zien op belastingtijdvakken die beginnen op of na 1 januari 2004. Dit is echter niet in artikel 14 van het Verdrag opgenomen. Evenmin biedt artikel 5, vijfde lid, onderdeel b, van het Verdrag voldoende aanknopingspunten voor de opmerking in de toelichtende nota.
De Raad adviseert in de toelichtende nota nader op dit aspect in te gaan.
Gevolg gevend aan het advies van de Raad over de inwerkingtreding en strafrechtelijke belastingzaken is de toelichting bij artikel 14 aangepast.
Voor een redactionele kanttekening verwijst de Raad naar de bij het advies behorende bijlage.
Met de redactionele kanttekening van de Raad is rekening gehouden.
5. Van de gelegenheid is tevens gebruik gemaakt de toelichting op enkele onderdelen te actualiseren.
De Raad van State geeft U in overweging goed te vinden dat bedoeld verdrag wordt overgelegd aan de beide kamers der Staten-Generaal, nadat aan het vorenstaande aandacht zal zijn geschonken.
De Vice-President van de Raad van State,
H.D. Tjeenk Willink
Ik moge U, mede namens de Staatssecretaris van Financiën, verzoeken mij te machtigen gevolg te geven aan mijn voornemen het verdrag vergezeld van de gewijzigde toelichtende nota ter stilzwijgende goedkeuring over te leggen aan de Eerste en aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal.
De minister van Buitenlandse Zaken, F.C.G.M. Timmermans
– De toelichting op artikel 8 van het Verdrag aanvullen met een verwijzing naar artikel 1 (Ad artikel 5) van het Protocol, nu in die Protocolbepaling is voorzien in een niveau van bescherming van persoonsgegevens dat overeenkomt met de in die toelichting genoemde Richtlijn 95/46/EEG.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-33518-2.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.