Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:
A
In artikel II, onderdeel A, wordt aan het slot van onderdeel j van artikel 1, de punt
vervangen door een puntkomma.
B
Aan artikel II, wordt na onderdeel A een onderdeel toegevoegd, luidende:
Aa
Artikel 8 wordt als volgt gewijzigd:
1. Voor de tekst wordt de aanduiding «1.» geplaatst.
2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:
2. Indien de zorgaanbieder overeenkomstig het bepaalde in artikel 15a gegevens van
de cliënt beschikbaar stelt via een elektronisch uitwisselingssysteem, is de rechtspersoon
die dat elektronisch uitwisselingssysteem beheert en in stand houdt, bevoegd tot het
verwerken van het burgerservicenummer van die cliënt voor zover dat noodzakelijk is
om zijn taak als beheerder uit te voeren.
C
Artikel II, onderdeel B, wordt als volgt gewijzigd:
1. In artikel 15b, tweede lid, «het eerste lid, onderdeel a» vervangen door: het eerste
lid.
2. In artikel 15i, wordt «artikel 138a» vervangen door: artikel 138ab.
Toelichting
Onderdeel B
Zorgaanbieders zijn op grond van artikel 4 van de Wet gebruik burgerservicenummer
in de zorg verplicht tot het gebruik van het burgerservicenummer van een cliënt met
het doel te waarborgen dat de in het kader van de verlening van zorg te verwerken
persoonsgegevens op die cliënt betrekking hebben. Indien gegevens – overeenkomstig
artikel 15a met toestemming van de cliënt – beschikbaar worden gesteld voor het raadplegen
via een elektronisch uitwisselingssysteem, dient eveneens gewaarborgd te zijn dat
die gegevens op een bepaalde cliënt betrekking hebben. Omdat het beheren en in stand
houden van een elektronisch uitwisselingssysteem doorgaans wordt gedaan door een rechtspersoon
niet zijnde een zorgaanbieder, wordt met deze wijziging van artikel 8 van de Wet gebruik
burgerservicenummer in de zorg geregeld dat deze rechtspersoon de burgerservicenummers
mag verwerken van cliënten die op grond van artikel 15a van dit wetsvoorstel toestemming
hebben gegeven dat hun gegevens via dat elektronisch uitwisselingssysteem beschikbaar
worden gesteld. Met de laatste zinsnede van het voorgestelde tweede lid wordt de reikwijdte
van het recht tot het verwerken van burgerservicenummers door een beheerder van een
elektronisch uitwisselingssysteem beperkt tot activiteiten die nodig zijn voor het
beheren van het betreffende elektronische uitwisselingssysteem. De beheerder is niet
bevoegd de burgerservicenummers voor andere doeleinden te verwerken.
Onderdelen A en C
In deze onderdelen worden twee technische onvolkomenheden aangepast.
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
E.I. Schippers