33 417 Verslagen van de commissie voor de Verzoekschriften en de Burgerinitiatieven

Nr. 41 VERSLAG OVER HET VERZOEKSCHRIFT1 VAN E.L. TE G.2 BETREFFENDE HET AF WIJZEN VAN MEENEEMBARE STUDIEFINANCIERING NAAR HET BUITENLAND

Vastgesteld 20 juni 2013

Klacht

Verzoekster klaagt over het feit dat een aanvraag voor zogenoemde meeneembare studiefinanciering (MNSF) naar het buitenland ten behoeve van haar zoon is afgewezen.

Naar aanleiding van deze klacht heeft de minister voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap inlichtingen verstrekt aan de commissie.

Feiten

Verzoekster meldt dat haar zoon in 2009 in Nederland meeneembare studiefinanciering heeft aangevraagd voor het volgen van een universitaire studie in Polen. De aanvraag is afgewezen op grond van de zogenoemde «drie-uit-zes-eis». Die houdt in dat de aanvrager 3 jaar van de 6 jaar voorafgaand aan zijn aanvraag om MNSF in Nederland moet hebben gewoond. Moeder en zoon hebben beide de Nederlandse nationaliteit, maar wonen vanwege omstandigheden al langere tijd in Polen. Ook een beroep op een uitspraak van het Europese Hof van Justitie uit 2012 dat de MNSF-regeling discriminerend werkt ten opzichte van migrerende werknemers, is niet gehonoreerd, met als redegeving dat er in dit geval geen sprake is van migrerend werknemerschap van moeder of zoon.

Overwegingen

Verzoekster is er door de minister op gewezen dat haar zoon in Nederland wel direct aanspraak op studiefinanciering zou kunnen maken. Daarnaast zou hij wellicht in aanmerking kunnen komen voor Poolse studiefinanciering, aangezien moeder en zoon daar al langer verblijven. Tot slot heeft de minister desgevraagd aangegeven dat er bezwaar of beroep heeft opengestaan tegen de beslissing om de aanvraag in Nederland af te wijzen, maar dat hiervan geen gebruik is gemaakt.

Oordeel van de commissie3

Het standpunt van de minister kan worden gevolgd.

Voorstel aan de Kamer

Er is geen aanleiding om de Kamer een voorstel te doen.

De voorzitter van de commissie, Neppérus

De griffier van de commissie, Roovers


X Noot
1

Dit adres en de stukken welke de commissie bij haar onderzoek ten dienste hebben gestaan, liggen op het commissiesecretariaat Verzoekschriften, Lange Poten 4, Den Haag, ter inzage van de leden.

X Noot
2

2. Naam en adres van verzoeker zijn de commissie bekend.

X Noot
3

De commissie bestaat uit de leden: Neppérus (voorzitter) (VVD), Van Raak (SP), Van Toorenburg (CDA), Schouw (D66), Mulder (VVD), Dik-Faber (CU), Jacobi (PvdA), Helder (PVV) en de plaatsvervangend leden Van Oosten (VVD), Van Veldhoven (D66) en Litjens (VVD) en Kuzu (PvdA).

Naar boven