33 401 Homogene Groep Internationale Samenwerking 2013 (HGIS-nota 2013)

Nr. 2 NOTA

INHOUDSOPGAVE

   

Blz.

     

1.

INLEIDING

2

1.1

Wat is de HGIS?

2

1.2

Opzet HGIS-nota 2013

2

2.

HGIS OP HOOFDLIJNEN

4

2.1

Veiligheid

4

2.2

Welvaart

6

2.3

Vrijheid

11

2.4

Consulaire dienstverlening

12

2.5

Europese samenwerking

13

2.6

Overig

14

     

Bijlagen

   
     

BIJLAGE 1:

De HGIS verticaal: wijzigingen na de Miljoenennota 2012

16

BIJLAGE 2a:

De HGIS-uitgaven horizontaal: meerjarencijfers per begrotingsartikel

17

BIJLAGE 2b:

De HGIS-ontvangsten horizontaal: meerjarencijfers per begrotingsartikel

26

BIJLAGE 3:

De berekening van het ODA-plafond 2013 en raming ODA-prestatie 2012 en 2013

27

BIJLAGE 4:

De ODA-uitgaven naar pijler

28

BIJLAGE 5a:

De ODA-uitgaven in partner- en transitielanden 2013

30

BIJLAGE 5b:

De ODA-uitgaven in exitlanden 2013

34

BIJLAGE 6:

De non-ODA uitgaven naar pijler

35

1. INLEIDING

1.1 Wat is de HGIS?

De Homogene Groep Internationale Samenwerking (HGIS) is sinds 1997 een budgettaire constructie binnen de rijksbegroting. In de HGIS worden de uitgaven van de verschillende departementen op het gebied van buitenlands beleid gebundeld, waarmee de onderlinge samenhang geïllustreerd wordt. Dit bevordert de samenwerking en de afstemming binnen de betrokken ministeries. De HGIS vormt daarmee een belangrijk instrument voor een geïntegreerd en coherent buitenlands beleid.

Binnen de HGIS wordt onderscheid gemaakt tussen de uitgaven voor ontwikkelingssamenwerking die voldoen aan de criteria voor officiële ontwikkelingssamenwerking (Official Development Assistance, ODA) en de overige uitgaven voor het buitenlands beleid (non-ODA).

De minister van Buitenlandse Zaken coördineert het Nederlands buitenlands beleid en daarmee de HGIS. De staatssecretaris van Buitenlandse Zaken heeft een coördinerende bevoegdheid voor de uitgaven aan ODA binnen de HGIS.

Twee keer per jaar wordt er verantwoording afgelegd aan de Tweede Kamer over de HGIS. Parallel aan het rijksbegrotingsproces wordt op Prinsjesdag de HGIS-nota aangeboden. Op de derde woensdag van mei (verantwoordingsdag) wordt het HGIS-jaarverslag aangeboden aan de Staten-Generaal. Deze documenten geven een integraal overzicht van alle uitgaven aan internationale samenwerking die op de verschillende departementale begrotingen staan.

1.2 Opzet HGIS-nota 2013

De HGIS-nota geeft inzicht in de begrote middelen voor internationale samenwerking in 2013. De HGIS-nota volgt daarbij de indeling van de begroting van het ministerie van Buitenlandse Zaken. De indeling is veranderd ten opzichte van de HGIS-nota 2012. Dit jaar is de nota ingedeeld naar de drie pijlers van het buitenlands beleid: veiligheid, welvaart en vrijheid. Het buitenlands beleid richt zich op de Nederlandse belangen vanuit deze pijlers. De pijlers zijn onderling verbonden en versterken elkaar. Daarnaast wordt ingegaan op Europese samenwerking en consulaire dienstverlening. Tot slot worden de overige uitgaven toegelicht.

Het beleid voor ontwikkelingssamenwerking is verwerkt onder de drie pijlers van het buitenlands beleid. Daarbij wordt ingegaan op de vier speerpunten van het ontwikkelingssamenwerkingsbeleid, te weten Voedselzekerheid, Veiligheid en Rechtsorde, Water en Seksuele en Reproductieve Gezondheid en Rechten. Ook wordt aandacht besteed aan de doorsnijdende thema’s gender, goed bestuur en milieu.

De beleidsinformatie is ontleend aan de Memorie van Toelichting bij de begroting voor 2013 van de verschillende departementen en geeft inzicht in de grote lijnen. Voor een meer gedetailleerde toelichting wordt naar deze stukken verwezen. Verdere informatie over de voortgang op de speerpunten van het ontwikkelingsbeleid alsmede over de voortgang exitlanden wordt voor de begrotingsbehandeling per brief maar de Tweede Kamer gestuurd.

In de bijlagen worden alle HGIS-uitgaven en -ontvangsten gepresenteerd. In deze bijlagen worden gegevens, die verspreid staan over verschillende begrotingen, gebundeld tot een overzichtelijk geheel. U treft in de bijlagen totaaloverzichten per ministerie en per pijler. Deze overzichten zijn gerangschikt naar de begrotingsindeling van het ministerie van Buitenlandse Zaken.

2. HGIS OP HOOFDLIJNEN

2.1 Veiligheid

De veiligheid van Nederland is afhankelijk van de veiligheid in de wereld om ons heen. De regering zet zich in om traditionele en nieuwe dreigingen het hoofd te bieden, in nauwe samenwerking op nationaal en op internationaal niveau. De trans-Atlantische samenwerking in NAVO-verband vormt de hoeksteen van het veiligheidsbeleid. Dit wordt gecomplementeerd door militaire en civiele samenwerking binnen de Europese Unie. Deze samenwerking biedt ook mogelijkheden om de militaire capaciteit te versterken.

Nieuwe dreigingen vragen om een samenhangende benadering. Beveiliging tegen cyberaanvallen vindt plaats door een integrale, civiel-militaire en publiek-private aanpak. Deze richt zich onder andere op internationale regulering en het uitvoeren van het NAVO cyber defense-beleid.

Op het gebied van ontwapening en non-proliferatie van massavernietigingswapens speelt Nederland een actieve rol binnen de daarvoor aangewezen multilaterale fora. Het meest in het oog springende voorbeeld op dit terrein is de Nuclear Security Summit (NSS), waarvan Nederland in 2014 gastheer is. Deze conferentie op het niveau van regeringsleiders en staatshoofden zal de komende tijd een forse Nederlandse inzet vergen en op hoog niveau de aandacht van de internationale gemeenschap op Nederland vestigen.

Daarnaast is Nederland in 2013 gastheer van de zesde ministeriële bijeenkomst van het Non-Proliferation and Disarmament Initiative (NPDI). Nederland is één van de initiatiefnemers van het NPDI, een groep van tien landen die door middel van concrete voorstellen en acties de implementatie van het 2010 Actieplan van de Toetsingsconferentie van het Non-Proliferatieverdrag (NPV) probeert te bevorderen.

De Nederlandse inzet ter bestrijding van terrorisme en internationale criminaliteit komt tot uiting in samenwerking op nationaal en internationaal niveau, onder andere voor capaciteitsopbouw en preventie en met aandacht voor de bredere context van rechtsstaatopbouw en corruptiebestrijding. Het in 2011 opgerichte Global Counter-Terrorism Forum (GCTF) vormt daarbij een belangrijk platform voor samenwerking.

Nederland neemt in 2013 deel aan de geïntegreerde politietrainingsmissie in Afghanistan. De Nederlandse missie bestaat onder meer uit politieagenten, militairen, diplomaten en rule of law-deskundigen in Kaboel en Kunduz, om de Afghaanse civiele politie en justitiële keten te versterken. Nederland draagt hiermee bij aan het doel om Afghanistan in 2014 in staat te stellen zelf verantwoordelijkheid te dragen voor de veiligheid in het land.

Daarnaast treedt Nederland proactief op tegen piraterij door deelname aan de antipiraterijmissies Ocean Shield en Atalanta, maar ook door capaciteitsopbouw in de regio en inzet op veiligheid en rechtsorde.

Op het Afrikaanse continent worden in 2013 militairen, politieagenten en civiele medewerkers in verschillende functies ingezet in de VN-operatie United Nations Mission in South Sudan (UNMISS). Deze operatie heeft als doel de Zuid-Soedanese overheid te ondersteunen bij de veiligheidsconsolidatie, conflictpreventie en -beheersing, de bescherming van burgers, de opbouw van de veiligheids- en justitiesector en de ontwikkeling van de rechtsstaat.

Nederland zet zich in voor een sterke internationale rechtsorde met goed functionerende internationale instellingen met een breed draagvlak. Dat vereist een bredere erkenning van de rechtsmacht van de internationale hoven en tribunalen, waar Nederland zich actief voor inzet. Daarnaast streeft Nederland naar versterking van de positie van Den Haag als juridische hoofdstad van de wereld.

Het vergroten van de veiligheid en stabiliteit in de wereld is een belangrijke conditie voor effectieve armoedebestrijding en voor het functioneren van de democratie en rechtsorde in ontwikkelingslanden. De bijdrage van ontwikkelingssamenwerking aan deze pijler is dan ook substantieel en divers. Het ontwikkelingssamenwerkingsbeleid heeft Veiligheid en Rechtsorde geformuleerd als één van de vier speerpunten. Dit speerpunt is gericht op de volgende vijf doelen: (1) veiligheid voor mensen, (2) een functionerende rechtsorde, (3) inclusieve politieke processen, (4) een legitieme en capabele overheid, (5) werkgelegenheid en de levering van basisvoorzieningen. Deze doelen spelen een belangrijke rol bij conflictpreventie, bijvoorbeeld doordat jeugdwerkloosheid tot instabiliteit kan leiden. Voor de levering van basisvoorzieningen die bijdragen aan een grotere stabiliteit wordt aansluiting en synergie met andere speerpunten gezocht. Ook de bijdragen aan humanitaire hulp worden bij deze pijler ondergebracht.

Tabel 1: Pijler 1 Veiligheid (bedragen x EUR 1000)

Begroting/beleidsterrein/artikel/omschrijving

2011

 

2012

 

2013

 
   

Totaal

wv. ODA

Totaal

wv. ODA

Totaal

wv. ODA

BZ

01.01 Internationale rechtsorde

58 817

6 465

53 033

5 463

52 510

5 380

 

02.01 Goede internationale samenwerking ter bevordering van de nationale en bondgenootschappelijke veiligheid

12 630

0

15 318

0

20 721

0

 

02.02 Bestrijding en terugdringing van het internationale terrorisme en andere vormen van internationale criminaliteit

500

0

500

0

500

0

 

02.03 Bestrijding van proliferatie van massavernietigingswapens, bevordering van ontwapening, wapenbeheersing en het voeren van een restrictief en transparant wapenexportbeleid

13 855

3 252

10 754

3 252

12 754

3 252

 

02.05 Veiligheid, goed bestuur en rechtsorde in prioritaire gebieden

497 894

335 025

535 578

383 283

530 458

389 741

 

02.06 Effectieve humanitaire hulp

265 255

264 117

229 952

227 685

212 067

210 000

 

08.02 Een aantrekkelijk vestigingsklimaat voor internationale organisaties in Nederland

14 114

0

20 403

0

13 775

0

V&J

31.02.20 Bekostiging Nationale Politie (civiele crisisbeh.missies)

6 997

6 935

9 100

9 100

8 600

8 600

 

33.03.10 Opsporing en vervolging/NFI

509

0

519

0

519

0

 

33.03.39 Opsp. en vervolging/techn. ass. drugsbestr. Suriname

60

60

200

200

200

200

 

36.02.58 Nat. Veiligh. en Terrorismebestr. (NSS)

0

0

0

0

700

0

 

91.01.02/91.01.09 Personeel-materieel/Europol en Eurojust

25 333

0

22 068

0

27 524

0

 

91.01.09 Materieel overig/WIPO

139

0

248

0

243

0

Defensie

01.01.01 Crisisbeheersingsoperaties (incl. contributies)

186 102

4 000

218 069

4 400

190 500

4 400

 

01.01.03 Overige inzet (NSS)

0

0

0

0

0

0

IenM

17.01 Luchtvaart

1 238

0

1 115

0

1 115

0

 

18.01 Scheepvaart

868

0

925

0

925

0

 

23.01 Meteorologie en seismologie (contributie WMO)

890

36

918

27

736

27

Totaal

 

1 085 201

619 890

1 118 700

633 410

1 073 847

621 600

2.2 Welvaart

Nederland in de wereld

De Nederlandse economie is afhankelijk van het buitenland. De export is een motor voor de Nederlandse groei.

Een groot deel van onze export gaat naar Europese landen. Het groeivermogen van de Nederlandse economie is daarmee afhankelijk van de Europese economie. Nederland zet zich daarom in voor een verdere verdieping van de Europese interne markt, met name op het gebied van diensten, de digitale markt en transport. Daarbij zijn de aanpak van de financieel-economische crisis, structurele hervormingen en de groeiagenda in de Europese Unie essentieel.

Daarnaast heeft Nederland veel te winnen bij export naar opkomende economieën. De BRICS-landen en andere opkomende economieën in Azië en Latijns-Amerika tonen een groter groeipotentieel dan de gevestigde economieën. Nederland moet hier beter op inspelen.

Economische diplomatie speelt een essentiële rol bij het bevorderen van export, internationale samenwerking op gebied van onderzoek en ontwikkeling, en het aantrekken van buitenlandse investeringen. Daarmee wordt bijgedragen aan het creëren van een gelijk speelveld voor het Nederlandse bedrijfsleven. Ook wordt ingezet op internationaal maatschappelijk verantwoord ondernemen. De ministeries van Buitenlandse Zaken en Economische Zaken, Landbouw en Innovatie werken nauw samen op dit onderwerp.

Handelspolitiek is een belangrijk aandachtspunt voor de EU. De EU moet zich inzetten voor een sterk multilateraal handelssysteem, open markten en een ambitieuze afronding van onderhandelingen over bilaterale handelsakkoorden.

In samenwerking met het ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie wordt de relatie met energie- en grondstoffenproducerende landen geïntensiveerd.

Economie en diplomatie worden verbonden met cultuur om de markt voor culturele instellingen en andere sectoren te verruimen en nieuwe contacten en wederzijds begrip te faciliteren.

Publieksdiplomatie, oftewel het verwerven van steun bij niet-officiële doelgroepen voor Nederlandse beleidsdoelstellingen, is gebaseerd op het behartigen van de internationale belangen van Nederland. De samenwerking met het ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie voor Holland Branding wordt geïntensiveerd.

Internationaal Ondernemen

De Europese economie krimpt in 2012 volgens de OECO met 0,1 procent en zal in 2013 maar matig groeien; zoals het er nu naar uitziet met minder dan 1 procent. De Nederlandse economie is nauw verweven met de internationale handels- en investeringsstromen. Het Nederlandse bedrijfsleven behoort tot de internationale top. Onze sterke positie is echter geen vanzelfsprekendheid. De aanhoudende onrust op de financiële markten zorgt voor onzekerheid en risico’s voor internationale transacties. De problemen met de Euro tasten het consumentenvertrouwen aan, zowel in Nederland als op de belangrijke Europese afzetmarkten.

Snelle groei is wel te vinden in opkomende markten als Brazilië, Rusland, India, China en Zuid-Afrika (BRICS), maar ook in landen als Turkije, Vietnam, Indonesië, Egypte, Zuid-Korea, Colombia en de Golfstaten. Hier zijn de posities van de Nederlandse bedrijven niet altijd even sterk. Ook zijn er barrières door het optreden van lokale overheden. Aandacht voor een internationaal gelijk speelveld voor Nederlandse bedrijven, en voor markttoegang blijft dus van groot belang.

Inzet zal dan ook zijn om onze sterke positie op de Europese «thuismarkt» te behouden en een sterkere positie te krijgen op markten die wel snel groeien. Daarnaast blijft monitoring van de kredietverlening aan internationale exporteurs en investeerders een belangrijk aandachtspunt.

Economische diplomatie is het belangrijkste middel voor het internationale economische beleid. Het diplomatieke postennetwerk speelt hierbij, nog meer dan voorheen, een hoofdrol. Teneinde meer focus aan te brengen in het internationale economische beleid vormen de internationaliseringstrategieën van de Topsectoren een belangrijk beleidskader voor 2013. Ter versterking van de topsectoren worden gericht buitenlandse bedrijven aangetrokken die de topsectoren versterken.   Extra aandacht wordt ingezet om hoofdkantoren naar Nederland te halen en om reeds gevestigde hoofdkantoren te behouden. Ook blijven in 2013 middelen beschikbaar voor de meerjarige ondersteuning van clusters van bedrijven en/of kennisinstellingen op moeilijk toegankelijke markten evenals voor het ondersteunen van kansrijke MKB-ers die hun eerste internationale stappen zetten.

Ontwikkelingssamenwerking wordt meer gericht op economische zelfredzaamheid van de partnerlanden. De ministeries van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie en Buitenlandse Zaken werken nauw samen, onder andere door het verbinden van de kennis en kunde van de topsectoren met de ontwikkelingsdoelstellingen. Een aantal ontwikkelingslanden ontstijgt de behoefte aan buitenlandse hulp en biedt interessante markten voor het bedrijfsleven. Met deze landen wordt geleidelijk toegewerkt naar een wederzijdse profijtelijke economische relatie. Dit geldt vooralsnog voor Zuid-Afrika, Vietnam en Colombia. Op termijn zal ook met andere OS-partnerlanden meer en meer op economisch terrein kunnen worden samengewerkt, zoals met Bangladesh, Indonesië, Kenia en Ghana.

Nederland voor de wereld

De Nederlandse ontwikkelingssamenwerking verbetert de zelfredzaamheid en vermindert de armoede in ontwikkelingslanden, bijvoorbeeld door het ondersteunen van de ontwikkeling van de private sector in ontwikkelingslanden als motor voor duurzame groei. Daarbij gaat het zowel om het creëren van een beter ondernemingsklimaat in ontwikkelingslanden, als om het betrekken van de private sector bij ontwikkeling. Bij de speerpunten Voedselzekerheid en Water is een belangrijke rol weggelegd voor het Nederlandse bedrijfsleven gezien hun kennis en expertise.

Het speerpunt Voedselzekerheid is gericht op het behalen van concrete resultaten op gebied van (1) duurzame productie, (2) toegang tot betere voeding, (3) efficiëntere markten, (4) een beter ondernemingsklimaat.

Het bijdragen aan structurele armoedebestrijding en het bevorderen van duurzame sociale en economische ontwikkeling vindt tevens plaats door de mogelijkheden en kansen te vergroten van mensen om zich te ontplooien, en door het maatschappelijk middenveld te versterken dat stem geeft aan groepen uit de samenleving.

Het speerpunt Water is gericht op efficiënt watergebruik (vooral in de landbouw), op verbeterd stroomgebiedsbeheer en veilige delta’s. Ook de verbeterde toegang tot veilig drinkwater en sanitaire voorzieningen is een aandachtspunt. Milieu is een doorsnijdend thema in het ontwikkelingsbeleid. Nederland zit zich in voor een duurzame en veilige leefomgeving en armoedevermindering door verantwoord milieu- en waterbeheer.

Voor kwijtschelding van schulden die voortkomen uit exportkredietverzekering en investeringsgaranties (EKI) is voor 2013 EUR 150 miljoen begroot, omdat onder andere Soedan zou kunnen kwalificeren voor schuldverlichting onder het Highly Indebted Poor Countries (HIPC-)initiatief.

CO2-reductieprogramma’s

De CO2-reductieprogramma’s Joint Implementation (JI) en het Clean Development Mechanism (CDM) dragen bij aan het bereiken van de klimaatdoelstellingen van het kabinet. Met deze programma’s zal Nederland zijn nationale CO2-uitstoot in het buitenland reduceren als bijdrage aan de reductiedoelstelling uit het Kyoto-protocol. Emissiereducties die via deze mechanismen in het buitenland worden behaald, tellen mee bij de invulling van de nationale reductieverplichting.

Op basis van de meest recente inzichten van het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) gaat het ministerie van Infrastructuur en Milieu ervan uit dat in de periode 2008–2012 tussen de 30 en 46 Mton aan emissierechten uit CDM- en JI-projecten nodig zullen zijn. Omdat naar verwachting de levering van deze rechten zal uitkomen op een hoeveelheid tussen 45 en 51 Mton is er een gerede kans op een bovenmatige prestatie (oplopend tot maximaal 21 Mton) en een geringe kans op een tekort (van 1 Mton). Onverwachte ontwikkelingen bij zowel de nationale emissies (inclusief wijzigingen in monitoringssystemen) als bij de aankoopprogramma’s kunnen nog tot bijstellingen leiden.

Hoewel bij de aankoopprogramma’s tegenvallende leveringen al zijn ingecalculeerd zullen verdere tegenvallers hier niet tot problemen leiden. Dit omdat bij de aankoopprogramma’s alleen betaald wordt bij aflevering en bij een tekort het vrijvallende budget kan worden gebruikt voor aankopen op de koolstofmarkt, waar de prijzen inmiddels fors zijn gedaald.

Partners voor water III

Het programma «Partners voor Water» draagt sinds 2000 bij aan oplossingen voor de wereldwaterproblematiek en aan de versterking van de positie van de Nederlandse watersector. Juist deze combinatie van doelstellingen wordt als kansrijk gezien voor de Nederlandse inzet op termijn. In dit programma wordt Nederlandse expertise op het gebied van water gebundeld: het programma is gericht op bedrijfsleven, kennisinstituten, NGO’s en overheden.

Drie ministeries zijn bij de aansturing van dit programma betrokken onder meer via de Interdepartementale Stuurgroep Water Mondiaal. Het ministerie van Infrastructuur en Milieu is namens de ministeries van Buitenlandse Zaken en van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie de penvoerder. Er is besloten om met ingang van 2010 de ondersteuning van dit programma vanuit de HGIS met zes jaar te verlengen.

Partners voor water is ingebed in het programma Water Mondiaal van de gezamenlijke departementen dat uitvoering geeft aan hoofdstuk 6 van het Nationaal Waterplan, «Nederland werkt wereldwijd met water». Partners voor Water III schenkt bijzondere aandacht aan een vijftal «deltalanden». Delta’s in dichtbevolkte, maar vruchtbare gebieden kennen eigen, aan water gerelateerde, problemen. Via meerjarige programmatische samenwerkingsverbanden worden in deze landen integrale, vraaggestuurde programma’s opgezet, waarbij specifieke aandacht wordt besteed aan goed bestuur en klimaatadaptatie. Het uitwerken en realiseren van onderdelen van de internationaliseringsstrategie van de Topsector Water is na het verschijnen van deze strategie in 2012 ook een belangrijk onderdeel geworden van Partners voor Water III.

2e pijler: welvaart (bedragen x EUR 1000)

Begroting/beleidsterrein/artikel/omschrijving

2011

2012

2013

   

Totaal

wv. ODA

Totaal

wv. ODA

Totaal

wv. ODA

Nederland in de wereld

           

BZ

02.04 Bevorderen energievoorzienings- en grondstoffenzekerheid

 

 

 

 

 

 

 

04.04 Effectieve Nederlandse handels- en investeringsbevordering

5 839

0

6 810

0

6 960

0

 

08.01 Grotere buitenlandse bekendheid met de Nederlandse cultuur

27 187

16 997

18 418

10 150

20 189

11 121

 

08.03 Vergroten van begrip en/of steun voor Nederlandse zienswijzen, standpunten en beleid in het buitenland en het versterken van het draagvlak in eigen land voor het buitenlandbeleid

51 532

30 673

43 818

16 984

38 018

15 736

OCW

08.11 Cultuur: overig

737

0

904

0

904

0

 

14.01/02/04 Cultuur

6 634

0

6 666

0

4 566

0

I&M

11.01 Algemeen waterbeleid (Partners voor Water)

9 757

0

14 684

0

9 536

0

 

19.02 Int. Beleid, coordinatie en samenwerking

2 478

0

4 522

0

5 364

0

 

19.02 Int. Beleid, coordinatie en samenwerking/CDM

47 345

0

99 739

0

31 686

0

EL&I

2.45 Versterken gezamenlijke kennisbasis

5 106

0

0

0

0

0

 

4.01 Algemeen (bijdragen aan int. Instituten)

520

0

0

0

0

0

 

5.01 Algemeen

46 666

0

 

 

 

 

 

5.20 Verdere vrijmaking v/h intern. handels-/invest.verkeer en versterking v/d econ. rechtsorde

4 876

0

0

0

0

0

 

5.30 Bevorderen van internationaal ondernemen

22 861

0

0

0

0

0

 

5.50 Programmatisch pakket

43 421

2 256

0

0

0

0

 

10.30/11.95 Bijdragen (inter)nationale organisaties

1 982

0

2 496

0

2 396

0

 

12.05 Subsidies

0

0

4 850

0

4 385

0

 

12.95 Bijdragen (inter)nationale organisaties

0

0

390

0

390

0

 

13.95 Bijdragen (inter)nationale organisaties

0

0

233

0

233

0

 

14.55 Opdrachten (Joint Implementation)

12 255

0

30 236

0

33 651

0

 

14.95/4.50 Bijdragen aan (inter)nationale organisaties

374

0

1 000

0

1 005

0

 

15 Een sterke internationale concurrentiepositie

0

0

130 371

9 437

104 888

2 147

 

15/39.11 Een sterke internationale concurrentiepositie (UNEP)

243

243

243

243

243

243

 

15/39.11 Een sterke internationale concurrentiepositie (FAO)

6 881

3 509

6 973

3 556

6 973

3 556

 

16.55/36.15 Opdrachten

160

0

160

0

160

0

 

17/36.16 Groen onderwijs van hoge kwaliteit (ISRIC)

1 148

1 148

1 198

1 198

1 198

1 198

 

17/36.16 Groen onderwijs van hoge kwaliteit (Int. Onderw.)

35

35

35

35

35

35

 

18.55/33.14 Opdrachten

61

0

61

0

61

0

 

33.14 Programma «Leren voor Duurzame Ontwikkeling'

1 000

1 000

0

0

0

0

VWS

97.01.01 Internationale samenwerking/WHO-partnerschap

5 574

0

5 574

0

4 721

0

               

Nederland voor de wereld

           

BZ

04.01 Toegenomen voedselzekerheid in partnerlanden

0

0

242 033

242 033

303 105

303 105

 

04.02 Effectief armoedebeleid van ontwikkelingslanden

451 717

440 505

195 596

182 167

269 236

256 138

 

04.03 Economische groei in ontwikkelingslanden door private sectorontwikkeling

372 037

367 537

346 295

341 070

359 678

352 528

 

05.01 Goed onderwijs, goed opgeleide bevolking en capaciteit voor onderzoek en innovatie voornamelijk ten behoeve van de beleidsprioriteiten

314 148

311 553

232 006

229 410

198 600

196 004

 

05.02 Versterking van het maatschappelijk middenveld in ontwikkelingslanden

549 001

549 001

473 808

473 808

456 125

456 125

 

06.01 Duurzaam milieugebruik wereldwijd

259 142

255 987

234 459

232 922

206 983

206 213

 

06.02 Efficiënt en duurzaam watergebruik, veiliger delta's en stroomgebieden en verbeterde toegang tot drinkwater en sanitaire voorzieningen in ontwikkelingslanden/partnerlanden

167 390

167 390

180 357

180 357

190 977

190 977

OCW

06.01 HBO (beurzen niet EU)

3 453

3 453

3 453

3 453

3 453

3 453

 

07.10 Wetenschappelijk onderwijs

61 643

58 364

57 845

54 564

57 845

54 564

 

16.01 Onderzoek en wetenschappen: WOTRO

454

454

454

454

454

454

Financiën

04.20 Mult. Ontw. Banken en Fondsen

337 276

337 205

158 373

158 373

33 054

33 054

VWS

46.01.01 Sport en OS

1 498

1 498

0

0

0

0

Toerek.

EKI-kwijtschelding

4 325

4 325

100 000

100 000

150 000

150 000

Totaal

 

2 826 756

2 553 133

2 604 060

2 240 214

2 507 072

2 236 651

2.3 Vrijheid

Het bevorderen van mensenrechten vormt de kern van de pijler vrijheid. De prioriteiten van het mensenrechtenbeleid richten zich selectief op vijf terreinen waar Nederland een verschil kan maken, namelijk (1) de vrijheid van meningsuiting waaronder ook internetvrijheid valt, (2) de vrijheid van godsdienst en levensovertuiging, (3) de ondersteuning van mensenrechtenverdedigers, (4) de gelijke rechten voor iedereen met speciale aandacht voor vrouwenrechten en de rechten van lesbiennes, homoseksuelen, biseksuelen en transgenders (LHBT), en (5) het maatschappelijk verantwoord ondernemen op het snijvlak van mensenrechten en welvaart. De decentrale middelen van het mensenrechtenfonds zullen, zoals met de Tweede Kamer besproken, met meer focus worden ingezet in minder landen op basis van de ernst van de mensenrechtensituatie, effectiviteit van de inzet van middelen en de pilots op het gebied van mensenrechten. Nederland agendeert mensenrechtenkwesties bij voorkeur in internationaal verband, onder andere in de EU, de VN, de Raad van Europa en de Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa (OVSE).

Op gebied van de vrijheid van meningsuiting is Nederland internationaal koploper wat betreft het ondersteunen van internetvrijheid en mediadiversiteit, onder andere als oprichter van de Freedom Online Coalition. Deze ondersteuning wordt verder versterkt, met specifieke aandacht voor bloggers en cyberdissidenten.

Nederland steunt de vrijheid van godsdienst en levensovertuiging waarbij het respect voor de scheiding tussen kerk en staat het uitgangspunt is. Speciale aandacht is er voor de bescherming van religieuze minderheden en het tegengaan van discriminatie van minderheden.

De regering steunt de inzet van mensenrechtenverdedigers en vraagt zoveel mogelijk aandacht voor hun werk. Ook is er de versnelde behandeling van Schengen-visa voor mensenrechtenverdedigers in nood, die gebaat zijn bij het tijdelijk verlaten van hun land.

Het bevorderen van LHBT-rechten gebeurt zowel bilateraal als multilateraal. Zo streeft Nederland onder andere naar een aanname van een tweede LHBT-resolutie door de VN, die landen oproept homoseksueel gedrag niet langer strafbaar te stellen.

De regering stimuleert maatschappelijk verantwoord ondernemen en het tegengaan van de mensenrechtenschendingen door bedrijven door verdere implementatie van de OESO-richtlijnen en het Ruggie Framework in samenwerking met het bedrijfsleven.

Nederland bevordert volwaardige deelname van vrouwen in machtsstructuren van een samenleving. De VN-Veiligheidsraad resolutie 1325 wordt actief geïmplementeerd. Er is speciale aandacht voor de positie van vrouwen in het Midden-Oosten en Noord-Afrika en na een gewapend conflict. Gender is een doorsnijdend thema in het ontwikkelingsbeleid.

Ontwikkelingssamenwerking speelt een belangrijke rol bij het realiseren van de ambities van de pijler vrijheid. Ter ondersteuning van het aankaarten van mensenrechtenaangelegenheden bij betrokken overheden worden gerichte initiatieven gesteund. Seksuele en Reproductieve Gezondheid en Rechten vormen daarbij een speerpunt in het ontwikkelingsbeleid. Dit speerpunt concentreert zich op de volgende vier resultaatsgebieden: (1) meer kennis en keuzevrijheid van jongeren op het gebied van seksualiteit, (2) verbeterde toegang tot medicijnen en voorbehoedsmiddelen, (3) betere gezondheidszorg rond zwangerschap en bevalling (inclusief abortus), en (4) meer respect voor seksuele rechten van kwetsbare groepen.

Tabel 3: Pijler 3 Vrijheid (bedragen x EUR 1000)

Begroting/beleidsterrein/artikel/omschrijving

2011

2012

2013

   

Totaal

wv. ODA

Totaal

wv. ODA

Totaal

wv. ODA

BZ

01.02 Mensenrechten

55 602

39 825

48 638

38 183

62 376

41 835

 

03.03 Een hechtere Europese waardengemeenschap

9 680

0

9 557

0

9 748

0

 

05.03 Gelijke rechten en kansen voor vrouwen

38 951

38 951

41 427

41 427

42 470

42 470

 

05.04 Seksuele en reproductieve gezondheid en rechten voor iedereen incl. hiv/aids

395 933

392 568

370 858

369 365

380 957

379 464

Totaal

 

500 166

471 344

470 480

448 975

495 551

463 769

2.4 Consulaire dienstverlening

De dienstverlening aan Nederlanders in het buitenland behoort tot de kern van het buitenlands beleid. Effectieve bijstand aan Nederlanders in nood in het buitenland is daarbij essentieel. Het ministerie van Buitenlandse Zaken geeft bijstand aan Nederlandse gedetineerden in het buitenland bij het beroep op het recht op een eerlijk proces. Verder wordt er financiële bijstand verleend aan Nederlandse gedetineerden in het buitenland die ter dood veroordeeld zijn. Daarnaast verleent het ministerie steun aan Nederlanders die in het buitenland in een crisissituatie terecht komen. Verschillende crisissituaties vragen om een verschillende, specifieke aanpak. Het juiste reisadvies op het juiste moment, bijvoorbeeld via de Reisapp, en een adequate crisisorganisatie blijven van groot belang. In extreme noodsituaties kunnen onder andere militaire transportmiddelen, chartervluchten of Snel inzetbaar Consulair Ondersteunende Teams (SCOTs) worden ingezet.

De consulaire dienstverlening levert een belangrijke bijdrage aan de regulering van het personenverkeer. Op dit gebied worden er stappen gezet om steeds meer delen van de consulaire processen en de visumprocessen te digitaliseren. Ook beoogt de regering meer samenwerking met Schengen-partners om elkaar te vertegenwoordigen bij de afgifte van visa wereldwijd. Samenwerking met niet-EU-lidstaten faciliteert de terugkeer en herintegratie van niet tot Nederland toegelaten migranten en de opvang en bescherming van vluchtelingen in de regio.

De minister van Immigratie, Integratie en Asiel is verantwoordelijk voor de opvang van asielzoekers. De toerekening aan de HGIS betreft de opvang van asielzoekers in het eerste jaar. In 2013 wordt gestreefd naar een versterking van de sturing in de vreemdelingenketen en verbetering van de onderlinge samenwerking tussen ketenpartners, zowel voor de bedrijfsvoering als voor de uitvoering van het beleid. Naar verwachting zet de dalende tendens in de asielinstroom zich voort. Dit wordt cijfermatig verwerkt in de toerekening bij Voorjaarsnota op basis van de definitieve cijfers.

Tabel 4: Consulaire dienstverlening (bedragen x EUR 1000)

Begroting/beleidsterrein/artikel/omschrijving

2011

2012

2013

   

Totaal

wv. ODA

Totaal

wv. ODA

Totaal

wv. ODA

BZ

07.01 Op basis van eigen verantwoordelijkheid consulaire dienstverlening bieden aan Nederlanders in het buitenland

13 938

0

14 809

0

14 809

0

 

07.02 Samen met (keten)partners het personenverkeer reguleren

9 918

8 783

10 155

9 000

10 155

9 000

Toerek.

Opvang van asielzoekers

339 698

339 698

265 171

265 171

271 359

271 359

Totaal

 

363 554

348 481

290 135

274 171

296 323

280 359

2.5 Europese samenwerking

Een goed functionerende Europese Unie versterkt de pijlers van het Nederlands buitenlands beleid. Voor de samenwerking binnen de Europese Unie geldt het subsidiariteitsbeginsel daarbij als uitgangspunt: datgene wat beter op het niveau van de lidstaten geregeld kan worden, moet niet in Brussel geregeld worden. Belangrijke aandachtsgebieden in 2013 zijn immigratie, extern beleid, de crisis in de eurozone en de discussie over groeibevorderende maatregelen.

Het herstel van de financiële stabiliteit in de eurozone is essentieel voor de Nederlandse exportgroei, werkgelegenheid en overheidsfinanciën. De lidstaten zijn hiervoor zelf verantwoordelijk, waarbij geldt dat de lidstaten de gemaakte afspraken strikt moeten naleven. Daarnaast moet het toezicht op de geïntegreerde Europese financiële sector worden verbeterd en aangescherpt.

In de onderhandelingen over het nieuwe Meerjarig Financieel Kader 2014–2020 is de Nederlandse inzet dat de EU-begroting sober, modern en resultaatgericht moet zijn. Nederland wil daarbij de Nederlandse afdrachten substantieel verlagen. De Nederlandse afdrachten aan de Europese Unie vallen niet onder het kader van de HGIS.

Met betrekking tot (potentiële) kandidaat-lidstaten blijft Nederland het strikt-en-eerlijk beleid hanteren. De betrekkingen met de oostelijke en zuidelijke nabuurschapslanden moeten gebaseerd zijn op de Europese waarden en belangen. Landen die hervormen komen in aanmerking voor extra steun en samenwerking, terwijl landen waar hervormingen uitblijven juist moeten worden gekort (more for more, less for less). Het beheer van de EU-buitengrenzen door Frontex vormt een prioriteit. Nederland streeft naar de harmonisering van het asielbeleid en de integratie van immigranten in Europa.

Ten aanzien van het Europese ontwikkelingssamenwerkingsbeleid houdt Nederland in 2013 de vinger aan de pols bij de uitvoering van de nieuwe benadering van begrotingssteun. Nederland pleit voor een geïntegreerd extern beleid om stabiliteit, veiligheid en ontwikkeling in de wereld te bevorderen. Daarbij hoort afronding van de onderhandelingen met de Afrikaanse landen van Economic Partnership Agreements (vrijhandelsverdragen) en modernisering van het Europees ontwikkelingsbeleid (focus, differentiatie, meer aandacht voor de rol van de private sector en innovatieve financiële instrumenten), ook in het Europees Ontwikkelings Fonds (EOF).

Tabel 5: Europese samenwerking (bedragen x EUR 1000)

Begroting/beleidsterrein/artikel/omschrijving

2011

2012

2013

   

Totaal

wv. ODA

Totaal

wv. ODA

Totaal

wv. ODA

BZ

03.02 Een effectief, efficiënt en coherent optreden van de Unie ten opzichte van derde landen en regio's, inclusief ontwikkelingslanden

163 233

163 233

173 115

173 115

177 177

177 177

 

03.04 Versterkte Nederlandse positie in de Unie van 27

3 860

0

3 860

0

3 860

0

Toerek.

EU-begroting

405 600

329 867

405 600

329 867

405 600

329 867

Totaal

 

572 693

493 100

582 575

502 982

586 637

507 044

2.6 Overig

Onder overige uitgaven zijn de uitgaven gegroepeerd die niet onder één van de beleidsinhoudelijke hoofdstukken kunnen worden ondergebracht. Dit betreft vooral de apparaatsuitgaven voor het ministerie van Buitenlandse Zaken en de uitgaven voor attachés, die vanuit de verschillende vakdepartementen worden uitgezonden naar de Nederlandse vertegenwoordigingen in het buitenland om met hun specifieke kennis mede invulling te geven aan het buitenlands beleid.

Tabel 6: Overig (bedragen x EUR 1000)

Begroting/beleidsterrein/artikel/omschrijving

2011

2012

2013

   

Totaal

wv. ODA

Totaal

wv. ODA

Totaal

wv. ODA

BZ

09.01 Geheim

10

0

69

0

0

0

 

10.01 Nominaal en onvoorzien

96

0

30

0

33 597

0

 

11.01 Apparaatsuitgaven

695 617

206 946

743 784

226 231

759 974

225 980

Div. dept.

Attachés

53 308

0

57 807

0

53 125

0

Totaal

 

749 031

206 946

801 690

226 231

846 696

225 980

BIJLAGE 1: De HGIS verticaal: wijzigingen na de Miljoenennota 2012

De HGIS verticaal: wijzigingen na de Miljoenennota 2012 (bedragen in mln EUR)
 

2012

2013

2014

2015

2016

2017

HGIS-uitgaven

           

Stand Miljoenennota 2012

5 986,80

5 847,10

6 208,10

6 466,60

6 374,40

 

Macrobijstellingen (BNP-mutaties)

– 100,3

– 126,8

– 116,5

– 107,7

– 46,7

 

Eindejaarsmarge

5,5

106,5

69,5

0

0

 

Overboekingen van/naar HGIS

– 21,0

– 20,7

– 19,8

– 18,6

– 17,1

 

Intertemporele kasschuiven

0

0

0

0

0

 

Desalderingen

– 3,4

0

0

3,4

0

 

Totaal uitgaven stand Miljoenennota 2013

5 867,6

5 806,1

6 141,4

6 343,6

6 310,6

6 526,0

             

HGIS-ontvangsten

           

Stand Miljoenennota 2012

141,7

149,5

144,4

133,2

133,2

 

Desalderingen

– 3,4

0

0

3,4

0

 

Totaal ontvangsten stand Miljoenennota 2013

138,4

149,5

144,4

136,5

133,2

133,2

             

Saldo HGIS-uitgaven en ontvangsten

5 729,3

5 656,6

5 997,0

6 207,1

6 177,4

6 392,8

BIJLAGE 2a: De HGIS-uitgaven horizontaal: meerjarencijfers per begrotingsartikel

De HGIS-uitgaven per begroting en artikel. Realisaties 2011, vermoedelijke uitkomsten 2012 en begrotingsramingen 2013 t/m 2017 (bedragen x EUR 1000)

Begroting/beleidsterrein/artikel/omschrijving

2011

2012

2013

2014

2015

2016

2017

   

Totaal

wv. ODA

Totaal

wv. ODA

Totaal

wv. ODA

Totaal

wv. ODA

Totaal

wv. ODA

Totaal

wv. ODA

Totaal

wv. ODA

IIB Overige Hoge Colleges van Staat en Kabinetten

                           

02.01 Algemene Rekenkamer/recht- en doelmatigheidsbevordering

                           

Totaal

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

                               

V Buitenlandse Zaken

                           

01.00 Versterkte int. rechtsorde en eerbiediging van mensenrechten

                           
 

01.01 Een goed functionerende internationale rechtsorde

58 817

6 465

53 033

5 463

52 510

5 380

51 610

5 380

51 110

5 380

51 110

5 380

51 110

5 380

 

01.02 Bescherming van de rechten van de mens

55 602

39 825

48 638

38 183

62 376

41 835

58 581

38 445

57 911

38 275

57 911

38 275

57 911

38 275

02.00 Grotere veiligheid en stabiliteit, effectieve humanitaire hulpverlening en goed bestuur

                           
 

02.01 Goede internationale samenwerking ter bevordering van de nationale en bondgenootschappelijke veiligheid

12 630

 

15 318

 

20 721

 

19 847

 

18 567

 

18 567

 

18 567

 
 

02.02 Bestrijding en terugdringing van het internationale terrorisme en andere vormen van internationale criminaliteit

500

 

500

 

500

 

500

 

250

 

0

 

0

 
 

02.03 Bestrijding van proliferatie van massavernietigingswapens, bevordering van ontwapening, wapenbeheersing en het voeren van een restrictief en transparant wapenexportbeleid

13 855

3 252

10 754

3 252

12 754

3 252

22 754

3 252

10 754

3 252

10 754

3 252

10 754

3 252

 

02.04 Bevorderen energievoorzienings- en grondstoffenzekerheid

                           
 

02.05 Veiligheid, goed bestuur en rechtsorde in prioritaire gebieden

497 894

335 025

535 578

383 283

530 458

389 741

584 939

444 144

617 313

478 996

617 378

478 996

617 378

478 996

 

02.06 Effectieve humanitaire hulp

265 255

264 117

229 952

227 685

212 067

210 000

205 767

204 000

205 017

204 000

205 017

204 000

205 017

204 000

03.00 Versterkte Europese samenwerking

                           
 

03.02 Een effectief, efficiënt en coherent optreden van de Unie ten opzichte van derde landen en regio's, inclusief ontwikkelingslanden

163 233

163 233

173 115

173 115

177 177

177 177

152 256

152 256

152 256

152 256

152 256

152 256

152 256

152 256

 

03.03 Een hechtere Europese waardengemeenschap

9 680

 

9 557

 

9 748

 

9 800

 

9 800

 

9 800

 

9 800

 
 

03.04 Versterkte Nederlandse positie in de Unie van 27

3 860

 

3 860

 

3 860

 

3 860

 

3 860

 

3 860

 

3 860

 

04.00 Meer welvaart en minder armoede

                           
 

04.01 Toegenomen voedselzekerheid in partnerlanden

   

242 033

242 033

303 105

303 105

396 612

396 612

436 295

436 295

436 295

436 295

436 295

436 295

 

04.02 Effectief armoedebeleid van ontwikkelingslanden

451 717

440 505

195 596

182 167

269 236

256 138

226 278

213 480

232 076

219 990

267 191

255 105

565 897

553 811

 

04.03 Economische groei in ontwikkelingslanden door private sectorontwikkeling

372 037

367 537

346 295

341 070

359 678

352 528

404 027

395 384

425 733

415 851

425 733

415 851

425 733

415 851

 

04.04 Effectieve Nederlandse handels- en investeringsbevordering

5 839

 

6 810

 

6 960

 

6 960

 

6 310

 

6 310

 

6 310

 

05.00 Toegenomen menselijke ontplooiing en sociale ontwikkeling

                           
 

05.01 Goed onderwijs, goed opgeleide bevolking en capaciteit voor onderzoek en innovatie voornamelijk ten behoeve van de beleidsprioriteiten

314 148

311 553

232 006

229 410

198 600

196 004

169 996

167 400

158 896

156 300

158 896

156 300

158 896

156 300

 

05.02 Versterking van het maatschappelijk middenveld in ontwikkelingslanden

549 001

549 001

473 808

473 808

456 125

456 125

449 000

449 000

449 000

449 000

449 000

449 000

449 000

449 000

 

05.03 Gelijke rechten en kansen voor vrouwen

38 951

38 951

41 427

41 427

42 470

42 470

44 506

44 506

43 261

43 261

43 261

43 261

43 261

43 261

 

05.04 Seksuele en reproductieve gezondheid en rechten voor iedereen incl. hiv/aids

395 933

392 568

370 858

369 365

380 957

379 464

397 756

396 263

426 666

425 173

426 666

425 173

426 666

425 173

06.00 Duurzaam water- en milieubeheer

                           
 

06.01 Duurzaam milieugebruik wereldwijd

259 142

255 987

234 459

232 922

206 983

206 213

207 697

207 185

221 667

221 155

221 667

221 155

221 667

221 155

 

06.02 Efficiënt en duurzaam watergebruik, veiliger delta's en stroomgebieden en verbeterde toegang tot drinkwater en sanitaire voorzieningen in ontwikkelingslanden/partnerlanden

167 390

167 390

180 357

180 357

190 977

190 977

232 161

232 161

243 157

243 157

243 157

243 157

243 157

243 157

07.00 Welzijn van Nederlanders in het buitenland en regulering van het personenverkeer

                           
 

07.01 Op basis van eigen verantwoordelijkheid consulaire dienstverlening bieden aan Nederlanders in het buitenland

13 938

 

14 809

 

14 809

 

14 809

 

14 809

 

14 809

 

14 809

 
 

07.02 Samen met (keten)partners het personenverkeer reguleren

9 918

8 783

10 155

9 000

10 155

9 000

10 155

9 000

10 155

9 000

10 155

9 000

10 155

9 000

08.00 Versterkt cultureel profiel en positieve beeldvorming in en buiten Nederland

                           
 

08.01 Grotere buitenlandse bekendheid met de Nederlandse cultuur

27 187

16 997

18 418

10 150

20 189

11 121

18 901

10 433

18 401

10 433

18 401

10 433

18 401

10 433

 

08.02 Een aantrekkelijk vestigingsklimaat voor internationale organisaties in Nederland

14 114

 

20 403

 

13 775

 

10 175

 

10 175

 

4 175

 

4 175

 
 

08.03 Vergroten van begrip en/of steun voor Nederlandse zienswijzen, standpunten en beleid in het buitenland en het versterken van het draagvlak in eigen land voor het buitenlandbeleid

51 532

30 673

43 818

16 984

38 018

15 736

34 265

13 928

33 365

13 928

33 365

13 928

33 365

13 928

09.00 Geheim

                           
 

09.01 Geheim

10

 

69

                     

10.00 Nominaal en onvoorzien

                           
 

10.01 Nominaal en onvoorzien

96

 

30

 

33 597

 

120 284

 

148 567

 

133 749

 

172 803

 

11.00 Algemeen

                           
 

11.01 Apparaatsuitgaven

695 617

206 946

743 784

226 231

759 974

225 980

718 965

225 819

722 461

225 838

678 456

225 867

674 436

225 888

Totaal

4 447 896

3 598 808

4 255 440

3 385 905

4 387 779

3 472 246

4 572 461

3 608 648

4 727 832

3 751 540

4 697 939

3 786 684

5 031 679

4 085 411

                               

VI Veiligheid en Justitie

                           

13.03.01 Rechtshandhandhaving/Tech. ass. bij drugsbestrijding Suriname

60

60

200

200

                   

13.03.01 Rechtshandhandhaving/Europol en Eurojust

25 333

 

22 068

                     

13.03.03 Rechtshandhandhaving/NFI

509

 

519

                     

23.02.01/91.01.01 Veiligh.regio's en politie (civiele crisisbeh.missies)

6 997

6 935

9 100

9 100

                   

31.02.20 Bekostiging Nationale Politie (civiele crisisbeh.missies)

       

8 600

8 600

8 600

8 600

8 600

8 600

8 600

8 600

8 600

8 600

33.03.10 Opsporing en vervolging/NFI

       

519

 

519

 

519

 

519

 

519

 

33.03.39 Opsporing en vervolging/techn. ass. drugsbestr. Suriname

       

200

200

200

200

200

200

200

200

200

200

36.02.58 Nat. Veiligheid en Terrorismebestrijding (NSS)

       

700

 

3 300

             

91.01.02/91.01.09 Personeel-materieel/Europol en Eurojust

       

27 524

 

26 381

 

31 488

 

29 490

 

23 490

 

91.01.09 Materieel overig/WIPO

       

243

 

225

 

242

 

240

 

240

 

91.01.01/91.01.09 Peroneel-materieel/Attachés

         

1 392

 

1 367

 

1 345

 

1 344

 

1 344

 

91.01.01 Effectieve besturing van het Justitieapparaat/Attachés

1 052

 

1 416

                     

91.01.01 Effectieve besturing van het Justitieapparaat/WIPO

139

 

248

                     

Totaal

34 090

6 995

33 551

9 300

39 178

8 800

40 592

8 800

42 394

8 800

40 393

8 800

34 393

8 800

                               

VII Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

                           

71.01 Apparaat (attachés)

503

 

488

 

478

 

467

 

457

 

457

 

457

 

Totaal

503

0

488

0

478

0

467

0

457

0

457

0

457

0

                               

VIII Onderwijs, Cultuur en Wetenschap

                           

06.01 HBO (beurzen niet EU)

3 453

3 453

3 453

3 453

3 453

3 453

3 453

3 453

3 453

3 453

3 453

3 453

3 453

3 453

07.10 Wetenschappelijk onderwijs

61 643

58 364

57 845

54 564

57 845

54 564

57 845

54 564

57 845

54 564

57 845

54 564

57 845

54 564

08.11 Internationaal onderwijsbeleid: attachés

150

 

140

 

133

 

141

 

135

 

135

 

135

 

08.11 Internationaal onderwijsbeleid: Cultuur overig

737

 

904

 

904

 

904

 

904

 

904

 

904

 

14.01/02/04 Cultuur

6 634

 

6 666

 

4 566

 

4 566

 

4 566

 

4 566

 

4 566

 

16.01 Onderzoek en wetenschappen: WOTRO

454

454

454

454

454

454

454

454

454

454

454

454

454

454

16.03 Attaché China

188

 

252

 

252

                 

Totaal

73 259

62 271

69 714

58 471

67 607

58 471

67 363

58 471

67 357

58 471

67 357

58 471

67 357

58 471

                               

IXB Financiën

                           

01 Belastingen

                           
 

02/03/04 Belastingdienst (attachés)

1 300

 

1 467

 

1 449

 

1 433

 

1 415

 

1 415

 

1 415

 

04 Internationale betrekkingen

                           
 

20 Mult. Ontw. Banken en Fondsen

337 276

337 205

158 373

158 373

33 054

33 054

259 971

259 971

349 600

349 600

353 423

353 423

247 327

247 327

09/21 Algemeen/apparaat (attachés)

1 311

 

1 120

 

1 102

 

1 085

 

1 067

 

1 067

 

1 067

 

Totaal

339 887

337 205

160 960

158 373

35 605

33 054

262 489

259 971

352 082

349 600

355 905

353 423

249 809

247 327

                               

X Defensie

                           

01 Opdracht Inzet

                           
 

01.01 Crisisbeheersingsoperaties (inclusief contributies)

186 102

4 000

218 069

4 400

190 500

4 400

190 500

4 400

190 500

4 400

190 500

4 400

190 500

4 400

 

01.03 Overige inzet (NSS)

           

2000

             

26 Commando Dienstencentra

                           
 

06 Attachés

20 688

 

20 327

 

20 085

 

18 398

 

16 706

 

16 706

 

16 706

 

Totaal

206 790

4 000

238 396

4 400

210 585

4 400

210 898

4 400

207 206

4 400

207 206

4 400

207 206

4 400

                               

XII Infrastructuur en Milieu

                           

11.01 Algemeen waterbeleid (Partners voor Water)

9 757

 

14 684

 

9 536

 

9 536

 

8 886

 

8 886

 

8 886

 

17.01 Luchtvaart

1 238

 

1 115

 

1 115

 

1 015

 

1 015

 

1 015

 

1 015

 

18.01 Scheepvaart

868

 

925

 

925

 

925

 

925

 

925

 

925

 

19 Klimaat

                           
 

02 Int. Beleid, coordinatie en samenwerking

2 478

 

4 522

 

5 364

 

5 774

 

5 174

 

4 874

 

4 874

 
 

02 Int. Beleid, coordinatie en samenwerking/CDM

47 345

 

99 739

 

31 686

 

2 806

             

23.01 Meteorologie en seismologie (contributie WMO)

890

36

918

27

736

27

736

27

736

27

736

27

736

27

98.01 Apparaatsuitgaven (attachés)

2 342

 

2 369

 

2 335

 

2 255

 

2024

 

2024

 

2024

 

Totaal

64 918

36

124 272

27

51 697

27

23 047

27

18 760

27

18 460

27

18 460

27

                               

XIII Economische Zaken, Landbouw en Innovatie

                           

2 Een sterk innovatievermogen

                           
 

01 Algemeen (attachés)

6 309

                         
 

45 IS opkomende markten

5 106

                         

3 Een concurrerend ondernemingsklimaat

                           
 

10 Bijdrage UNWTO

                           

4 Doelmatige en duurzame energiehuishouding

                           
 

01 Algemeen (bijdragen aan int. Instituten)

520

                         
 

20 CO2/reductieplan-Joint Implementation

12 255

                         
 

50 Bijdrage aan diverse instituten

374

                         

5 Internationale Economische Betrekkingen

                           
 

01 Algemeen

46 666

                         
 

20 Verdere vrijmaking v/h intern. handels-/invest.verkeer en versterking v/d econ. rechtsorde

4 876

                         
 

30 Bevorderen van internationaal ondernemen

22 861

                         
 

50 Het gericht ondersteunen van het bedrijfsleven in kansrijke sectoren op zowel binnen- als buitenlandse markten

43 421

2 256

                       

10 Elektronische communicatie en post

                           
 

30 Bijdrage aan internationale organisaties

1 982

                         

11 Goed functionerende economie en markten

                           
 

95 Bijdragen (inter)nationale organisaties

   

2 496

 

2 396

 

2 376

 

2 327

 

2 327

 

2 327

 

12 Een sterk innovatievermogen

                           
 

05 Subsidies

   

4 850

 

4 385

 

3 181

 

1 367

         
 

65 Baten- en lastendiensten (attachés)

   

5 106

 

5 857

 

5 815

 

5 920

 

5 920

 

5 881

 
 

95 Bijdragen (inter)nationale organisaties

   

390

 

390

 

390

 

390

 

390

 

390

 

13 Een excellent ondernemingsklimaat

                           
 

95 Bijdragen (inter)nationale organisaties

   

233

 

233

 

233

 

234

 

234

 

234

 

14 Een doelmatige en duurzame energievoorziening

                           
 

55 Opdrachten (Joint Implementation)

   

30 236

 

33 651

 

2 308

             
 

95 Bijdragen aan (inter)nationale organisaties

   

1 000

 

1 005

 

982

 

960

 

1 010

 

1 010

 

15 Een sterke internationale concurrentiepositie

   

130 371

9 437

104 888

2 147

95 507

5 144

81 304

 

78 374

 

72 608

 

15 Een sterke internationale concurrentiepositie (UNEP)

   

243

243

243

243

243

243

243

243

243

243

243

243

15 Een sterke internationale concurrentiepositie (FAO)

   

6 973

3 556

6 973

3 556

6 973

3 556

6 973

3 556

6 973

3 556

6 973

3 556

16 Een concurrerende, duurzame en veilige agro-, visserij- en voedselketen

                           
 

55 Opdrachten

   

160

 

160

                 

17 Groen onderwijs van hoge kwaliteit (ISRIC)

   

1 198

1 198

1 198

1 198

1 198

1 198

1 198

1 198

1 198

1 198

1 198

1 198

17 Groen onderwijs van hoge kwaliteit (Intern. onderwijs)

   

35

35

35

35

35

35

35

35

35

35

35

35

18 Natuur, regio en ruimte

                           
 

55 Opdrachten

   

61

 

61

 

61

 

61

 

61

 

61

 

33 Natuur

                           
 

14 Beheer van de natuur (Tropisch hout)

61

                         
 

14 Programma 'Leren voor Duurzame Ontwikkeling'

1 000

1 000

                       

36 Kennis en Innovatie

                           
 

15 Kennisontwikkeling en innovatie

160

                         
 

16 Waarborgen van het kennisstelsel (Intern. onderwijs)

35

35

                       
 

16 Waarborgen van het kennisstelsel (ISRIC)

1 148

1 148

                       

39 Algemeen

                           
 

11 Internationale contributies/FAO

6 881

3 509

                       
 

11 Internationale contributies/UNEP

243

243

                       
 

21 Apparaatsuitgaven (attachés)

17 593

                         

40 Apparaat

                           
 

10 Personeel kernministerie (attachés)

   

18 054

 

15 030

 

14 010

 

13 030

 

13 022

 

13 014

 
 

20 Materieel kernministerie (attachés)

   

5 092

 

3 057

 

3 057

 

3 057

 

3 057

 

3 057

 

Totaal

171 491

8 191

206 498

14 469

179 562

7 179

136 369

10 176

117 099

5 032

112 844

5 032

107 031

5 032

                               

XV Sociale Zaken en Werkgelegenheid

                           

96.08.01 Apparaatsuitgaven (attachés)

749

 

749

 

749

 

749

 

749

 

749

 

749

 

Totaal

749

0

749

0

749

0

749

0

749

0

749

0

749

0

                               

XVI Volksgezondheid, Welzijn en Sport

                           

46.01.01 Sport en OS

1 498

1 498

                       

96.01.01 Apparaatsuitgaven (attachés)

   

1 227

 

1 206

 

1 025

 

1 005

 

1 005

 

1 005

 

97.01.01 Internationale samenwerking/WHO-partnerschap

   

5 574

 

4 721

 

4 295

 

3 868

 

3 868

 

3 868

 

98.01.01 WHO-partnerschap

5 574

                         

98.02.01 Algemeen, apparaatsuitgaven (attachés)

1 123

                         

Totaal

8 195

1 498

6 801

0

5 927

0

5 320

0

4 873

0

4 873

0

4 873

0

                               

Toerekeningen

                           

EU-begroting

405 600

329 867

405 600

329 867

405 600

329 867

405 600

329 867

405 600

329 867

405 600

329 867

405 600

329 867

EKI-kwijtschelding

4 325

4 325

100 000

100 000

150 000

150 000

150 000

150 000

150 000

150 000

150 000

150 000

150 000

150 000

Opvang asielzoekers

339 698

339 698

265 171

265 171

271 359

271 359

266 068

266 068

249 224

249 224

248 867

248 867

248 386

248 386

Totaal

749 623

673 890

770 771

695 038

826 959

751 226

821 668

745 935

804 824

729 091

804 467

728 734

803 986

728 253

                               

TOTAAL UITGAVEN

6 097 401

4 692 894

5 867 640

4 325 983

5 806 126

4 335 403

6 141 423

4 696 428

6 343 633

4 906 961

6 310 650

4 945 571

6 526 000

5 137 721

BIJLAGE 2b: De HGIS-ontvangsten horizontaal: meerjarencijfers per begrotingsartikel

Realisaties 2011, vermoedelijke uitkomsten 2012 en begrotingsramingen 2013 t/m 2017 (bedragen x EUR 1000)

Begroting/beleidsterrein/artikel/omschrijving

2011

2012

2013

2014

2015

2016

2017

V Buitenlandse Zaken

             

2 Grotere veiligheid en stabiliteit, effectieve humanitaire hulpverlening en goed bestuur

             
 

10 Doorberekening Defensie diversen

 

165

167

168

168

168

168

 

50 Restituties contributies

1 347

1 000

1 000

1 000

1 000

1 000

1 000

3 Europese samenwerking

             
 

30 Restitutie Raad van Europa

243

           

4 Meer welvaart, eerlijkere verdeling en minder armoede

             
 

20 Ontvangsten en restituties met betrekking tot leningen

29 323

20 136

24 163

28 067

28 067

28 067

28 067

7 Welzijn en veiligheid van Nederlanders in het buitenland en regulering van het personenverkeer

             
 

10 Consulaire dienstverlening

41 003

39 450

41 300

41 300

41 300

41 300

41 300

8 Versterkt cultureel profiel en positieve beeldvorming in en buiten Nederland

             
 

30 Doorberekening Defensie diversen

774

790

790

790

790

790

790

11 Algemeen

               
 

10 Diverse ontvangsten

114 193

58 626

58 626

58 626

58 626

58 626

58 626

 

20 Koersverschillen

38 746

           
 

Totaal

225 629

120 167

126 046

129 951

129 951

129 951

129 951

                 

VI Veiligheid en Justitie

             

13.03.01 Rechtshandhaving/Europol

258

           
 

Totaal

258

           
                 

IXB Financiën

             

04.07.01 Ontvangsten IFI's

12 548

8 335

7 779

3 717

     
 

Totaal

12 548

8 335

7 779

3 717

0

0

0

                 

X Defensie

             

01.01.01 Crisisbeheersingsoperaties (inclusief contributies)

3 214

1 407

1 407

1 407

1 407

1 407

1 407

 

Totaal

3 214

1 407

1 407

1 407

1 407

1 407

1 407

                 

XIII Economische Zaken, Landbouw en Innovatie

             

05 Internationale economische betrekkingen

             
 

20 Vrijmaken internationaal handels- en investeringsverkeer

             
 

21 Ontvangsten kredieten en garanties

8 637

           
 

30 Bevorderen internationaal ondernemen

             
 

90 Diverse ontvangsten BEB

457

           

15 Een sterke internationale concurrentiepositie

             
 

30 Ondersteunen Ned. Bedrijfsleven in kansrijke markten

 

8 463

14 315

9 315

5 167

1 815

1 815

 

Totaal

9 094

8 463

14 315

9 315

5 167

1 815

1 815

                 

XVI Volksgezondheid, Welzijn en Sport

             

98.03.01 Algemeen

5

           
 

Totaal

5

0

0

0

0

0

0

                 
 

TOTAAL ONTVANGSTEN

250 748

138 372

149 547

144 390

136 525

133 173

133 173

BIJLAGE 3: Berekening ODA-plafond 2012–2015, realisatie ODA-prestatie 2011 en raming ODA-prestatie 2012–2015

Berekening ODA-plafond 2012–2015 (bedragen in miljoenen EUR)
   

2012

2013

2014

2015

Raming BNP

 

610 270,0

629 550,0

651 870,0

674 920,0

           

Basisbedrag 0,7% BNP

 

4 271,9

4 406,9

4 563,1

4 724,4

Bij: geraamde aflossingen op ODA-leningen

 

48,2

46,5

46,1

46,1

Bij: geraamde ontvangsten OS

 

39,5

39,0

34,9

31,2

Bij: Compensatie HGIS GPM/KUNDUZ

 

14,2

14,2

7,1

 

Bij: Kasschuif *

 

70,0

 

– 10,0

 

Af: Eindejaarsmarge 2009

 

– 10,8

– 34,3

   

Af: Eindejaarsmarge 2011

 

– 4,3

     

Af: Kasschuif IDA **

 

– 98,0

– 132,0

60,0

110,0

ODA-plafond 2012–2015

 

4 330,7

4 340,2

4 701,1

4 911,7

           

Realisatie netto ODA prestatie 2011 en Raming netto ODA-prestatie 2012–2015

         
 

2011

2012

2013

2014

2015

Bruto ODA-totaal

4 686,0

4 330,7

4 340,2

4 701,1

4 911,7

Af: geraamde aflossingen op ODA-leningen

– 54,9

– 48,2

– 46,5

– 46,1

– 46,1

Af: geraamde ontvangsten OS

– 109,2

– 39,5

– 39,0

– 34,9

– 31,2

Netto ODA (in miljoenen euro)

4 521,9

4 243,8

4 258,8

4 624,3

4 838,8

           

Raming BNP (in miljarden euro)

605,6

610,3

629,6

651,9

674,9

           

Netto ODA als % van het BNP

0,75

0,70

0,68

0,71

0,72

* 2011 -60,0

** 2011 60,0

BIJLAGE 4: De ODA-uitgaven naar pijler

De ODA-uitgaven naar pijler (bedragen x EUR 1000

Begroting

Artikel

Omschrijving

2011

2012

2013

1e pijler: internationale veiligheid en rechtsorde

BZ

01.01

Internationale rechtsorde

6 465

5 463

5 380

 

02.03

Bestrijding van proliferatie van massavernietigingswapens, bevordering van ontwapening, wapenbeheersing en het voeren van een restrictief en transparant wapenexportbeleid

3 252

3 252

3 252

 

02.05

Veiligheid, goed bestuur en rechtsorde in prioritaire gebieden

335 025

383 283

389 741

 

02.06

Effectieve humanitaire hulp

264 117

227 685

210 000

V&J

31.02.20

Bekostiging Nationale Politie (civiele crisisbeh.missies)

6 935

9 100

8 600

 

33.03.39

Opsp. en vervolging/techn. ass. drugsbestr. Suriname

60

200

200

Defensie

01.01.01

Crisisbeheersingsoperaties (incl. contributies)

4 000

4 400

4 400

IenM

23.01

Meteorologie en seismologie (contributie WMO)

36

27

27

   

Sub-totaal 1e pijler

619 890

633 410

621 600

2e pijler: welvaart

Nederland in de wereld

BZ

08.01

Grotere buitenlandse bekendheid met de Nederlandse cultuur

16 997

10 150

11 121

 

08.03

Vergroten van begrip en/of steun voor Nederlandse zienswijzen, standpunten en beleid in het buitenland en het versterken van het draagvlak in eigen land voor het buitenlandbeleid

30 673

16 984

15 736

EL&I

5.50

Programmatisch pakket

2 256

0

0

 

15

Een sterke internationale concurrentiepositie

0

9 437

2 147

 

15/39.11

Een sterke internationale concurrentiepositie (UNEP)

243

243

243

 

15/39.11

Een sterke internationale concurrentiepositie (FAO)

3 509

3 556

3 556

 

17/36.16

Groen onderwijs van hoge kwaliteit (ISRIC)

1 148

1 198

1 198

 

17/36.16

Groen onderwijs van hoge kwaliteit (Int. Onderw.)

35

35

35

 

33.14

Programma 'Leren voor Duurzame Ontwikkeling'

1 000

0

0

 

Nederland voor de wereld

BZ

04.01

Toegenomen voedselzekerheid in partnerlanden

0

242 033

303 105

 

04.02

Effectief armoedebeleid van ontwikkelingslanden

440 505

182 167

256 138

 

04.03

Economische groei in ontwikkelingslanden door private sectorontwikkeling

367 537

341 070

352 528

 

05.01

Goed onderwijs, goed opgeleide bevolking en capaciteit voor onderzoek en innovatie voornamelijk ten behoeve van de beleidsprioriteiten

311 553

229 410

196 004

 

05.02

Versterking van het maatschappelijk middenveld in ontwikkelingslanden

549 001

473 808

456 125

 

06.01

Duurzaam milieugebruik wereldwijd

255 987

232 922

206 213

 

06.02

Efficiënt en duurzaam watergebruik, veiliger delta's en stroomgebieden en verbeterde toegang tot drinkwater en sanitaire voorzieningen in ontwikkelingslanden/partnerlanden

167 390

180 357

190 977

OCW

06.01

HBO (beurzen niet EU)

3 453

3 453

3 453

 

07.10

Wetenschappelijk onderwijs

58 364

54 564

54 564

 

16.01

Onderzoek en wetenschappen: WOTRO

454

454

454

Financiën

04.20

Mult. Ontw. Banken en Fondsen

337 205

158 373

33 054

VWS

46.01.01

Sport en OS

1 498

0

0

Toerek.

 

EKI-kwijtschelding

4 325

100 000

150 000

   

Sub-totaal 2e pijler

2 553 133

2 240 214

2 236 651

3e pijler: vrijheid

BZ

01.02

Mensenrechten

39 825

38 183

41 835

 

05.03

Gelijke rechten en kansen voor vrouwen

38 951

41 427

42 470

 

05.04

Seksuele en reproductieve gezondheid en rechten voor iedereen incl. hiv/aids

392 568

369 365

379 464

   

Sub-totaal 3e pijler

471 344

448 975

463 769

Consulaire dienstverlening

BZ

07.02

Samen met (keten)partners het personenverkeer reguleren

8 783

9 000

9 000

Toerek.

 

Opvang van asielzoekers

339 698

265 171

271 359

   

Sub-totaal Consulaire dienstverlening

348 481

274 171

280 359

Europese Unie

BZ

03.02

Een effectief, efficiënt en coherent optreden van de Unie ten opzichte van derde landen en regio's, inclusief ontwikkelingslanden

163 233

173 115

177 177

Toerek.

 

EU-begroting

329 867

329 867

329 867

   

Sub-totaal Europese Unie

493 100

502 982

507 044

Algemeen/overig

BZ

11.01

Apparaatsuitgaven

206 946

226 231

225 980

   

Sub-totaal Algemeen/overig

206 946

226 231

225 980

           
   

Totaal ODA binnen de HGIS

4 692 894

4 325 983

4 335 403

   

ODA buiten de HGIS (instituten EL&I)

4 725

4 725

4 725

   

Totaal ODA

4 697 619

4 330 708

4 340 128

BIJLAGE 5a: De ODA-uitgaven in partner- en transitielanden 2013

Profiel 1 landen

2013

Benin

 

2.5 Veiligheid, goed bestuur en rechtsorde

1 000 000

4.1 Toegenomen voedselzekerheid in partnerlanden

9 000 000

4.3 Private sector ontwikkeling

1 100 000

5.4 Seksuele en reproductieve gezondheid en rechten incl hiv/aids

3 150 000

6.2 Integraal waterbeheer, drinkwater en sanitatie

17 500 000

Totaal

31 750 000

   

Ethiopië

 

2.5 Veiligheid, goed bestuur en rechtsorde

2 992 000

4.1 Toegenomen voedselzekerheid in partnerlanden

30 386 000

4.3 Private sector ontwikkeling

765 000

5.1 Onderwijs en onderzoek

300 000

5.4 Seksuele en reproductieve gezondheid en rechten incl hiv/aids

14 000 000

6.2 Integraal waterbeheer, drinkwater en sanitatie

4 500 000

Totaal

52 943 000

   

Mali

PM

   

Mozambique

 

2.5 Veiligheid, goed bestuur en rechtsorde

3 600 000

4.1 Toegenomen voedselzekerheid in partnerlanden

8 250 000

4.3 Private sector ontwikkeling

1 015 000

5.2 Maatschappelijk middenveld

125 000

5.3 Gelijke rechten en kansen voor vrouwen

875 000

5.4 Seksuele en reproductieve gezondheid en rechten incl hiv/aids

11 500 000

6.1 Duurzaam milieugebruik wereldwijd

2 500 000

6.2 Integraal waterbeheer, drinkwater en sanitatie

16 850 000

Totaal

44 715 000

   

Oeganda

 

2.5 Veiligheid, goed bestuur en rechtsorde

10 408 000

4.1 Toegenomen voedselzekerheid in partnerlanden

10 800 000

4.3 Private sector ontwikkeling

700 000

5.1 Onderwijs en onderzoek

3 500 000

5.3 Gelijke rechten en kansen voor vrouwen

50 000

Totaal

25 458 000

   

Rwanda

 

2.5 Veiligheid, goed bestuur en rechtsorde

9 510 000

4.1 Toegenomen voedselzekerheid in partnerlanden

22 360 000

4.2 Effectief armoedebeleid van ontwikkelingslanden

200 000

4.3 Private sector ontwikkeling

9 140 000

6.1 Duurzaam milieugebruik wereldwijd

11 000 000

6.2 Integraal waterbeheer, drinkwater en sanitatie

4 500 000

Totaal

56 710 000

Profiel 2 landen

2013

Afghanistan

 

2.5 Veiligheid, goed bestuur en rechtsorde

39 364 000

Totaal

39 364 000

   

Burundi

 

2.5 Veiligheid, goed bestuur en rechtsorde

7 500 000

4.1 Toegenomen voedselzekerheid in partnerlanden

5 000 000

4.3 Private sector ontwikkeling

4 800 000

5.4 Seksuele en reproductieve gezondheid en rechten incl hiv/aids

3 700 000

6.1 Duurzaam milieugebruik wereldwijd

3 900 000

Totaal

24 900 000

   

Jemen

 

2.5 Veiligheid, goed bestuur en rechtsorde

3 200 000

5.1 Onderwijs en onderzoek

3 375 000

5.3 Gelijke rechten en kansen voor vrouwen

641 000

5.4 Seksuele en reproductieve gezondheid en rechten incl hiv/aids

5 600 000

6.2 Integraal waterbeheer, drinkwater en sanitatie

5 963 000

Totaal

18 779 000

   

Palestijnse gebieden

 

1.2 Bescherming van de rechten van de mens

532 000

2.5 Veiligheid, goed bestuur en rechtsorde

7 775 000

4.1 Toegenomen voedselzekerheid in partnerlanden

5 000 000

6.2 Integraal waterbeheer, drinkwater en sanitatie

2 000 000

Totaal

15 307 000

   

Zuid-Soedan

 

2.5 Veiligheid, goed bestuur en rechtsorde

52 850 000

Totaal

52 850 000

Brede relatie

2013

Bangladesh

 

2.5 Veiligheid, goed bestuur en rechtsorde

3 397 000

4.1 Toegenomen voedselzekerheid in partnerlanden

4 000 000

4.3 Private sector ontwikkeling

2 955 000

5.1 Onderwijs en onderzoek

10 000 000

5.3 Gelijke rechten en kansen voor vrouwen

3 350 000

5.4 Seksuele en reproductieve gezondheid en rechten incl hiv/aids

3 100 000

6.2 Integraal waterbeheer, drinkwater en sanitatie

33 420 000

Totaal

60 222 000

   

Ghana

 

4.1 Toegenomen voedselzekerheid in partnerlanden

8 350 000

4.3 Private sector ontwikkeling

2 000 000

5.4 Seksuele en reproductieve gezondheid en rechten incl hiv/aids

13 727 000

6.2 Integraal waterbeheer, drinkwater en sanitatie

22 500 000

Totaal

46 577 000

   

Indonesië

 

2.5 Veiligheid, goed bestuur en rechtsorde

3 179 000

4.3 Private sector ontwikkeling

2 000 000

5.1 Onderwijs en onderzoek

10 000 000

6.1 Duurzaam milieugebruik wereldwijd

7 650 000

6.2 Integraal waterbeheer, drinkwater en sanitatie

12 100 000

Totaal

34 929 000

   

Kenia

 

2.5 Veiligheid, goed bestuur en rechtsorde

6 053 000

4.1 Toegenomen voedselzekerheid in partnerlanden

3 000 000

4.3 Private sector ontwikkeling

3 000 000

6.1 Duurzaam milieugebruik wereldwijd

6 000 000

6.2 Integraal waterbeheer, drinkwater en sanitatie

9 500 000

Totaal

27 553 000

Transitielanden

2013

Colombia

 

1.2 Bescherming van de rechten van de mens

868 000

2.5 Veiligheid, goed bestuur en rechtsorde

2 256 000

4.3 Private sector ontwikkeling

969 000

6.1 Duurzaam milieugebruik wereldwijd

3 880 000

Totaal

7 973 000

   

Vietnam

 

4.2 Effectief armoedebeleid van ontwikkelingslanden

1 000 000

Totaal

1 000 000

   

Zuid Afrika

 

4.3 Private sector ontwikkeling

386 000

5.1 Onderwijs en onderzoek

3 183 000

5.4 Seksuele en reproductieve gezondheid en rechten incl hiv/aids

2 300 000

Totaal

5 869 000

Totaal regionale programma's

 2013

Afrika Grote Meren

 

2.5 Veiligheid, goed bestuur en rechtsorde

2 500 000

4.1 Toegenomen voedselzekerheid in partnerlanden

4 000 000

6.1 Duurzaam milieugebruik wereldwijd

18 500 000

6.2 Integraal waterbeheer, drinkwater en sanitatie

1 500 000

Totaal

26 500 000

   

Midden-Amerika Programma

 

2.5 Veiligheid, goed bestuur en rechtsorde

15 000 000

Totaal

15 000 000

BIJLAGE 5b: De ODA-uitgaven in exitlanden

Exitlanden

2011

2012

2013

Bolivia

37 432 000

33 773 000

14 674 000

Burkina Faso

38 668 000

32 186 000

30 400 000

Congo, Democratische Republiek

4 163 000

2 828 000

1 000 000

Egypte

6 393 000

6 441 000

3 966 000

Georgië

224 000

137 000

0

Guatemala

12 736 000

4 302 000

2 554 000

Kosovo

746 000

1 491 000

550 000

Moldavië

2 840 000

0

0

Mongolië

4 407 000

2 870 000

611 000

Nicaragua

14 787 000

9 642 000

4 283 000

Pakistan

17 727 000

24 342 000

18 510 000

Senegal

19 259 000

12 175 000

8 775 000

Suriname

33 318 000

16 237 000

7 966 000

Tanzania

47 867 000

25 394 000

11 773 000

Zambia

14 628 000

14 434 000

13 569 000

       

Totaal Exitlanden

255 195 000

186 252 000

118 631 000

BIJLAGE 6: De non-ODA uitgaven naar pijler

De non-ODA-uitgaven naar pijler (bedragen x EUR 1000)

Begroting

Artikel

Omschrijving

2011

2012

2013

1e pijler: internationale veiligheid en rechtsorde

     

BZ

01.01

Internationale rechtsorde

52 352

47 570

47 130

 

02.01

Goede internationale samenwerking ter bevordering van de nationale en bondgenootschappelijke veiligheid

12 630

15 318

20 721

 

02.02

Bestrijding en terugdringing van het internationale terrorisme en andere vormen van internationale criminaliteit

500

500

500

 

02.03

Bestrijding van proliferatie van massavernietigingswapens, bevordering van ontwapening, wapenbeheersing en het voeren van een restrictief en transparant wapenexportbeleid

10 603

7 502

9 502

 

02.05

Veiligheid, goed bestuur en rechtsorde in prioritaire gebieden

162 869

152 295

140 717

 

02.06

Effectieve humanitaire hulp

1 138

2 267

2 067

 

08.02

Een aantrekkelijk vestigingsklimaat voor internationale organisaties in Nederland

14 114

20 403

13 775

V&J

31.02.20

Bekostiging Nationale Politie (civiele crisisbeh.missies)

62

0

0

 

33.03.10

Opsporing en vervolging/NFI

509

519

519

 

36.02.58

Nat. Veiligh. en Terrorismebestr. (NSS)

0

0

700

 

91.01.02/91.01.09

Personeel-materieel/Europol en Eurojust

25 333

22 068

27 524

 

91.01.09

Materieel overig/WIPO

139

248

243

Defensie

01.01.01

Crisisbeheersingsoperaties (incl. contributies)

182 102

213 669

186 100

 

01.01.03

Overige inzet (NSS)

0

0

0

I&M

17.01

17.01 Luchtvaart

1 238

1 115

1 115

 

18.01

18.01 Scheepvaart

868

925

925

 

23.01

23.01 Meteorologie en seismologie (contributie WMO)

854

891

709

   

Sub-totaal 1e pijler

465 311

485 290

452 247

2e pijler: welvaart

       

Nederland in de wereld

       

BZ

02.04

Bevorderen energievoorzienings- en grondstoffenzekerheid

0

0

0

 

04.04

Effectieve Nederlandse handels- en investeringsbevordering

5 839

6 810

6 960

 

08.01

Grotere buitenlandse bekendheid met de Nederlandse cultuur

10 190

8 268

9 068

 

08.03

Vergroten van begrip en/of steun voor Nederlandse zienswijzen, standpunten en beleid in het buitenland en het versterken van het draagvlak in eigen land voor het buitenlandbeleid

20 859

26 834

22 282

OCW

08.11

Cultuur: overig

737

904

904

 

14.01/02/04

Cultuur: overig

6 634

6 666

4 566

I&M

11.01

Algemeen waterbeleid (Partners voor Water)

9 757

14 684

9 536

 

19.02

Int. Beleid, coordinatie en samenwerking

2 478

4 522

5 364

 

19.02

Int. Beleid, coordinatie en samenwerking/CDM

47 345

99 739

31 686

EL&I

2.45

Versterken gezamenlijke kennisbasis

5 106

0

0

 

4.01

Algemeen (bijdragen aan int. Instituten)

520

0

0

 

5.20

Verdere vrijmaking v/h intern. handels-/invest.verkeer en versterking v/d econ. rechtsorde

4 876

0

0

 

5.30

Bevorderen van internationaal ondernemen

22 861

0

0

 

5.50

Programmatisch pakket

41 165

0

0

 

11.95/10.30

Bijdragen (inter)nationale organisaties

1982

2 496

2 396

 

12.05

Subsidies

0

4 850

4 385

 

12.95

Bijdragen (inter)nationale organisaties

0

390

390

 

13.95/3.10

Bijdragen (inter)nationale organisaties

0

233

233

 

14.55/4.20

Opdrachten (Joint Implementation)

12 255

30 236

33 651

 

14.95/4.50

Bijdragen aan (inter)nationale organisaties

374

1 000

1 005

 

15

Een sterke internationale concurrentiepositie

0

120 934

102 741

 

15

Een sterke internationale concurrentiepositie (FAO)

3 372

3 417

3 417

 

15.90

Baten- en lastendiensten

46 666

   
 

16.55/36.15

Opdrachten

160

160

160

 

18.55/33.14

Opdrachten

61

61

61

VWS

97.01.01

Internationale samenwerking/WHO-partnerschap

5 574

5 574

4 721

           

Nederland voor de wereld

       

BZ

04.02

Effectief armoedebeleid van ontwikkelingslanden

11 212

13 429

13 098

 

04.03

Economische groei in ontwikkelingslanden door private sectorontwikkeling

4 500

5 225

7 150

 

05.01

Goed onderwijs, goed opgeleide bevolking en capaciteit voor onderzoek en innovatie voornamelijk ten behoeve van de beleidsprioriteiten

2 595

2 596

2 596

 

06.01

Duurzaam milieugebruik wereldwijd

3 155

1 537

770

OCW

07.10

Wetenschappelijk onderwijs

3 279

3 281

3 281

Financiën

04.20

Mult. Ontw. Banken en Fondsen

71

0

0

   

Sub-totaal 2e pijler

273 623

363 846

270 421

3e pijler: vrijheid

       

BZ

01.02

Mensenrechten

15 777

10 455

20 541

 

03.03

Een hechtere Europese waardengemeenschap

9 680

9 557

9 748

 

05.04

Seksuele en reproductieve gezondheid en rechten voor iedereen

3 365

1 493

1 493

   

Sub-totaal 3e pijler

28 822

21 505

31 782

Consulaire dienstverlening

       

BZ

07.01

Op basis van eigen verantwoordelijkheid consulaire dienstverlening bieden aan Nederlanders in het buitenland

13 938

14 809

14 809

 

07.02

Samen met (keten)partners het personenverkeer reguleren

1 135

1 155

1 155

   

Sub-totaal Consulaire dienstverlening

15 073

15 964

15 964

Europese Unie

         

BZ

03.04

Versterkte Nederlandse positie in de Unie van 27

3 860

3 860

3 860

Toerek.

 

EU-begroting

75 733

75 733

75 733

   

Sub-totaal Europese Unie

79 593

79 593

79 593

Algemeen/overig

       

BZ

09.01

Geheim

10

69

0

 

10.01

Nominaal en onvoorzien

96

30

33 597

 

11.01

Apparaatsuitgaven

488 671

517 553

533 994

Div. dept.

 

Attachés

53 308

57 807

53 125

   

Sub-totaal Algemeen/overig

542 085

575 459

620 716

     

 

 

 

   

Totaal non-ODA

1 404 507

1 541 657

1 470 723

Naar boven