33 307 Verslag van een conferentie van voorzitters van commissies Financiën van parlementen van Europese Unie

A/ Nr. 1 VERSLAG VAN EEN CONFERENTIE

Vastgesteld 8 juni 2012

Op 19 t/m 20 maart 2012 vond in Kopenhagen een conferentie plaats van voorzitters van de commissies voor financiën van parlementen van de Europese Unie (hierna «de conferentie»).

Namens de vaste commissie voor Financiën van de Eerste Kamer der Staten-Generaal nam het lid Van Strien deel. Namens de vaste commissie voor Financiën van de Tweede Kamer der Staten-Generaal nam de heer Groot hieraan deel. De delegatie werd ambtelijk begeleid door de heer Van Kessel, adjunct-griffier van de vaste commissie voor Europese Zaken.

De delegatie brengt als volgt verslag uit. De presentaties die gegeven zijn tijdens de conferentie zijn als bijlage toegevoegd aan het verslag1.

De delegatie, Van Strien Groot

De griffier van de delegatie, Van Kessel

Inleiding

Voorafgaand aan de conferentie heeft de heer Sprokkreeff, plaatsvervangend ambassadeur van Nederland in Kopenhagen, met de heer Van Dijk, ambassademedewerker, een technische briefing gegeven over de actuele, politieke situatie in Denemarken en over de stand van zaken van het Deense Voorzitterschap van de Raad van de Europese Unie.

De conferentie werd geopend door mevrouw Jelved, voorzitter van de commissie financiën van het Deense parlement.

Financiële transactiebelasting

Tijdens de eerste sessie werd gedebatteerd over de wenselijkheid van het invoeren van een financiële transactiebelasting als nieuwe eigen middelenbron voor de Europese Unie. Verder werden de voor- en nadelen van het invoeren van een financiële transactiebelasting op Europees en mondiaal niveau afgewogen.

De bijeenkomst werd ingeleid door mevrouw Vestager, de Deense minister voor Economische en Binnenlandse Zaken. Zij gaf in haar bijdrage aan dat er meer analyse nodig is naar de effecten van de invoering van de voorgestelde Europese financiële transactiebelasting. Dit moet een beter beeld geven van het effect dat de invoering van een dergelijke belasting heeft op financiële speculatie, op het functioneren (en de liquiditeit) van de financiële markten en op de groei. Verder wees ze erop dat de financiële transactiebelasting het risico in zich draagt van herallocatie van de beurshandel naar buiten de EU en dat high frequency trading niet de oorzaak van de financiële crisis is.

De heer Šemeta, Eurocommissaris voor belasting en douane, gaf in zijn bijdrage voornamelijk aandacht aan de voordelen van het voorstel voor een Europese financiële transactiebelasting. Hij gaf aan dat 1) de afdrachten van lidstaten aan de Europese Unie verlaagd kunnen worden door het invoeren van een financiële transactiebelasting als nieuwe eigen middelenbron van de Europese Unie. Verder zorgt deze belasting ervoor dat 2) de financiële sector zijn fair share betaalt, 3) high frequency trading wordt ontmoedigd, 4) er een meer gelijk speelveld ontstaat, en 5) het een eerste stap naar een mondiale oplossing is. Hij gaf aan zich bewust te zijn van de subsidiariteits- en andere bezwaren van nationale parlementen.

De heer Dam, uitvoerend directeur van Jyske Bank, deelde in een presentatie zijn visie op de reactie van banken en klanten op een zogenoemde Tobintax (zie bijlage). Hij belichtte vooral de nadelen en gaf onder meer aan dat de financiële transactiebelasting 1) een onzekere opbrengst heeft, 2) een doorbelasting naar de klant zal betekenen, 3) de financiële markten inefficiënter en instabieler maakt, en 4) niet de oorzaak van de financiële crisis wegneemt. De heer Dam betoogde dat de transactiebelasting die Jyske Bank volgens de voorstellen van de Europese Commissie zal moeten afdragen, aanzienlijk hoger dreigt uit te vallen dan de totale jaarwinst van deze bank. Scherpe tariefsverhogingen zullen volgens hem het gevolg zijn. Indien banken toch belastinginkomsten moeten genereren, dan geeft de heer Dam de voorkeur aan een hogere vennootschapsbelasting voor de banken.

De heer Jespersen, gelieerd aan de Roskilde Universiteit, betoogde dat de financiële transactiebelasting een van vele instrumenten is om het functioneren van de financiële markten te verbeteren, maar waarschuwde dat het geen panacee is. Hij bekritiseerde in zijn presentatie (zie bijlage) het onderliggende general equilibrium-model van de Europese Commissie. Verder gaf hij als advies, dat de financiële sector efficiënter gemaakt kan worden, door een transactiebelasting te richten op de secundaire markt, op korte termijn posities en op derivaten, die niet bedoeld zijn om reële activiteiten te financieren. Korte termijn transacties hebben volgens hem voornamelijk een speculatief doel. De heer Kyed, die sprak namens de Deense denktank CEPOS (zie bijlage), gaf aan dat de financiële transactiebelasting 1) een financiële crisis niet kan voorkomen, 2) een onduidelijk, maar wellicht destabiliserend effect op de financiële markten heeft, 3) nieuwe belastingopbrengsten kan creëren, maar tegen hoge kosten, en 4) dat belastingen uiteindelijk altijd bij personen, en niet bij bedrijven terecht komen.

Meerjarig Financieel Kader 2014–2020

Bij het debat over het Meerjarig Financieel Kader 2014–2020 van de Europese Unie betoogde de heer Lamassoure, voorzitter van de begrotingscommissie van het Europees Parlement, dat nieuwe eigen middelen de afdrachten van lidstaten kunnen verminderen en zo de druk op nationale begrotingen kunnen wegnemen. Ook vond hij dat de huidige begroting is verlamd voor wat betreft de hoogte en de structuur. Hij betreurde het feit dat de Europese Unie meer bevoegdheden heeft gekregen, maar niet meer geld. De heer Lewandowski, Eurocommissaris financiële programmering en begroting, gaf uitleg bij het voorstel voor de Europese meerjarenbegroting en zei dat deze moet aansluiten bij de lange termijn visie op de Europese Unie, waarbij wordt geïnvesteerd in werkgelegenheid en economische groei.

Begrotingspact en de parlementaire controle op het begrotingspact

De heer Buti, Directeur-generaal voor economische en financiële zaken van de Europese Commissie, gaf een uitgebreide presentatie over het versterken van de begrotingsdiscipline in de Economische en Monetaire Unie (zie bijlage). Hij gaf een overzicht van alle wetgevingsinitiatieven voor versterking van het economisch bestuur, zoals het zogenoemde six-pack, two-pack en het begrotingspact.

Lord Roper verwees voor het standpunt met betrekking tot het begrotingspact naar een rapport2 van het House of Lords over de Eurozone. Hij gaf daarbij onder andere aan dat het van belang is dat op dit moment waarop de Eurozone stappen zet om de Euro sterker te maken, maatregelen die de interne markt betreffen voorbehouden blijven aan alle 27 lidstaten. Verder bracht hij artikel 16 van het begrotingsverdrag in herinnering, en wees op de intentie om de bepalingen uit het begrotingsverdrag uiteindelijk om te zetten in het raamwerk van het Verdrag van de EU.

In het daarop volgende debat werd ook gesproken over het uitwerken van artikel 13 van het begrotingsverdrag, waarin is vastgelegd dat het Europees Parlement en nationale parlementen samen vaststellen hoe een conferentie [...] wordt georganiseerd ter bespreking van begrotingsbeleid en andere onderwerpen uit het begrotingsverdrag. De Duitse delegatie gaf aan dat zij een rol voor COSAC hiervoor zagen weggelegd. Het onderwerp komt terug op de agenda van de EU-Voorzittersconferentie op 19–21 april 2012 in Warschau.


X Noot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

X Noot
2

Twenty-Fifth Report of the European Union Committee – The euro area crisis – 14 februari 2012 – zie: http://www.publications.parliament.uk/pa/ld201012/ldselect/ldeucom/260/26010.htm

Naar boven