Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Brussel, 12 september 2012
In juni heeft de Commissie bevestigd dat de nationale parlementen een «gele kaart»
hebben getrokken voor het voorstel van de Commissie voor een verordening betreffende
de uitoefening van het recht om collectieve actie te voeren in de context van de vrijheid
van vestiging en de vrijheid van dienstverrichting (COM(2012)130 final) na gemotiveerde
adviezen van 12 nationale parlementen, die in totaal 19 stemmen vertegenwoordigen.
De Commissie heeft de argumenten die de nationale parlementen in hun gemotiveerde
adviezen hebben aangebracht, nauwkeurig onderzocht en er nota van genomen dat de bezorgdheid
vooral betrekking had op de toegevoegde waarde van de ontwerpverordening, de keuze
van de rechtsgrondslag, de bevoegdheid van de EU om op dit gebied wetgevend op te
treden, de gevolgen van het algemeen beginsel van artikel 2 van de ontwerpverordening
en de verwijzingen naar het evenredigheidsbeginsel in artikel 3, lid 4, en in overweging
13 van de ontwerpverordening, de gelijke toegang tot geschillenbeslechtingsmechanismen
en het waarschuwingsmechanisme. De Commissie heeft op basis van dat onderzoek geen
schending van het subsidiariteitsbeginsel vastgesteld.
De Commissie heeft tevens zorgvuldig nota genomen van de ingenomen standpunten en
van de stand van de besprekingen over de ontwerpverordening tussen de relevante belanghebbenden,
met name het Europees Parlement en de Raad. Tegen deze achtergrond erkent de Commissie
dat haar voorstel wellicht niet de voor de goedkeuring ervan noodzakelijke politieke
steun zou krijgen in het Europees Parlement en de Raad.
Gelet op het voorgaande wenst de Commissie u op de hoogte te brengen van haar voornemen
om haar voorstel voor een verordening betreffende de uitoefening van het recht om
collectieve actie te voeren in de context van de vrijheid van vestiging en de vrijheid
van dienstverrichting in te trekken.
De Commissie hoopt zo een snelle onderhandeling mogelijk te maken over het voorstel
voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad over de handhaving van Richtlijn
96/7I/EG en de handhaving van de rechten van gedetacheerde werknemers te verbeteren,
zoals werd onderstreept in punt 3, onder l), van het «Pact voor groei en banen», dat
op 28-29 juni 2012 door de Europese Raad werd aangenomen.
De Vicevoorzitter van de Europese Commissie, Maroš Šefčovič