33 141 Wijziging van de Wet van 7 juli 2010 tot wijziging van de Wet kinderopvang, de Wet op het onderwijstoezicht, de Wet op het primair onderwijs en enkele andere wetten in verband met wijzigingen in het onderwijsachterstandenbeleid (Stb. 2010, 296) in verband met wijziging van de regeling van de ouderbijdrage aan de peuterspeelzaal bij deelname van een kind aan voorschoolse educatie en van de Wet op het primair onderwijs in verband met wijziging van de schriftelijke instemming van ouders van leerlingen met een grote achterstand in de Nederlandse taal

Nr. 7 AMENDEMENT VAN HET LID SMITS

Ontvangen 28 november 2012

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

In artikel I wordt na «als bedoeld in artikel 167, eerste lid,» ingevoegd: of waarvan de ouders tezamen een jaarinkomen hebben dat lager ligt dan 110% van het tot een jaarbedrag herleide minimumloon per maand, bedoeld in artikel 8, eerste lid, onderdeel a, van de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag,.

Toelichting

Uit het onderzoek van Sardes «Waarom wel, waarom niet» is in 2007 gebleken dat de financiële bijdrage één van de grootste drempels is voor ouders om hun kinderen deel te laten nemen aan voorschoolse educatie. Om die reden is bij het Besluit vaststelling doelstelling en bekostiging onderwijsachterstandenbeleid 2006–2010 een maximale ouderbijdrage vastgelegd voor ouders van doelgroepkinderen. Het instellen van die maximale ouderbijdrage heeft ook gewerkt: de prijzen zijn omlaag gegaan en meer doelgroepkinderen nemen deel aan voorschoolse educatie. Daarom wil de regering deze financiële maatregel in stand houden. Deze zelfde redenering geldt ook voor kinderen van ouders die tot de minima doelgroep behoren. Ook voor hen is de bijdrage vaak een drempel en derhalve blijven deze kinderen onnodig verstoken van deelname.

Smits

Naar boven