33 121 Invoering van een bankenbelasting (Wet bankenbelasting)

I MOTIE VAN HET LID SENT C.S.

Voorgesteld 3 juli 2012

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende, dat het kabinet in de Wet Bankenbelasting van de bancaire sector een bijdrage vraagt in de vorm van een bankenbelasting;

constaterende, dat het kabinet De Nederlandsche Bank gevraagd heeft de effecten op de kredietverlening goed te monitoren, zodat – indien nodig – tijdig en accuraat kan worden ingegrepen;

overwegende, dat als gevolg van de stapeling van maatregelen ten aanzien van financiële instellingen, en de onzekerheid die ermee is verbonden, de kredietverlening door financiële instellingen mogelijk duurder en moeizamer wordt;

overwegende, dat, onder de vigerende economische omstandigheden, het op peil houden van de kredietverlening door de financiële instellingen van het grootste belang is;

verzoekt het kabinet de Kamer tijdig, in elk geval uiterlijk 1 juni 2013 te informeren over de kredietverleningssituatie in Nederland middels een rapport van De Nederlandsche Bank en, indien noodzakelijk, een voorstel te doen voor onmiddellijk te effectueren ingrepen in de situatie,

en gaat over tot de orde van de dag.

Sent

De Boer

Essers

Backer

Ester

Naar boven