Het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State wordt
niet openbaar gemaakt, omdat het zonder meer instemmend luidt/uitsluitend
opmerkingen van redactionele aard bevat (artikel 26, vijfde lid, van de Wet op
de Raad van State).
Hieronder is opgenomen het nader rapport d.d. 6 december 2011,
aangeboden aan de Koningin door de minister van Onderwijs, Cultuur en
Wetenschap, mede namens de minister van Economische Zaken, Landbouw en
Innovatie.
Blijkens de mededeling van de Directeur van Uw kabinet van
15 september 2011, nr. 11.002173, machtigde Uwe Majesteit de Afdeling
advisering van de Raad van State haar advies inzake het bovenvermelde voorstel
van wet rechtstreeks aan mij te doen toekomen.
Dit advies, gedateerd 26 oktober 2011, nr. 11.002173, bied ik U
hierbij aan.
Het voorstel geeft de Afdeling advisering van de Raad van State
geen aanleiding tot het maken van inhoudelijke opmerkingen.
Van de gelegenheid is gebruik gemaakt om het wetsvoorstel en de
memorie van toelichting te wijzigen. Voor het reeds in 2008 gestarte experiment
leergang vm2 zou de beperking van de maximale duur van een experiment tot zes
jaar, ongewenste gevolgen hebben, omdat leerlingen die met een leergang zijn
gestart, deze niet af zouden kunnen maken. Een overgangsbepaling is opgenomen
om te regelen dat het experiment leergang vm2 als onderwijskundig programma
weliswaar een duur van ten hoogste zes jaar heeft, maar dat een binnen die zes
jaar – te rekenen vanaf 1 augustus 2008 – gestarte opleiding, met een
studieduur van vier jaar, wel door de leerling kan worden afgemaakt.
Ik moge U, mede namens mijn ambtgenoot van Economische zaken,
Landbouw en Innovatie, verzoeken het hierbij gevoegde gewijzigde voorstel van
wet en de gewijzigde memorie van toelichting aan de Tweede Kamer der
Staten-Generaal te zenden.
De minister van
Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
J. M. van Bijsterveldt-Vliegenthart