33 045 Wijziging van de Wet tegemoetkoming chronisch zieken en gehandicapten teneinde het recht op een tegemoetkoming afhankelijk te maken van de draagkracht

B VOORLOPIG VERSLAG VAN DE VASTE COMMISSIE VOOR VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT¹

Vastgesteld 14 februari 2012

Het voorbereidend onderzoek van dit wetsvoorstel geeft de commissie aanleiding tot het maken van de volgende opmerkingen en het stellen van de volgende vragen. De commissie verzoekt de regering om deze vragen uiterlijk 14 maart 2012 van beantwoording te voorzien.

Inleiding

De commissie heeft naar aanleiding van de behandeling van het wetsvoorstel in de Tweede Kamer bijgevoegde brief met een aantal vragen van de Chronisch zieken en Gehandicapten Raad Nederland (CG-Raad) ontvangen², die zij de regering graag ter beantwoording voorlegt.

De leden van de PvdA-fractie hebben met bezorgdheid kennis genomen van de wijziging van de Wet tegemoetkoming chronisch zieken en gehandicapten (Wtcg) en het voornemen deze regeling afhankelijk te maken van draagkracht. Zij hebben vragen over de gekozen grens, de uitvoerbaarheid en de terugwerkende kracht.

De leden van de fractie van het CDA hebben met belangstelling kennisgenomen van het wetsvoorstel. Zij steunen de regering om het recht op een tegemoetkoming te beperken tot diegenen die deze, gelet op hun inkomen, het hardst nodig hebben om de extra kosten als gevolg van ziekte of handicap te kunnen dragen. Naar aanleiding van de wijzigingen van het bij de Eerste Kamer ingediende voorstel ten opzichte van het voorstel zoals dat werd ingediend bij de Tweede Kamer – zij refereren hier aan het aangenomen amendement-Van der Staaij/Dijkstra³ en het gewijzigde Artikel III – hebben de leden van de CDA-fractie nog enkele vragen.

De leden van de PVV-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van het voorstel tot wijziging van de Wet tegemoetkoming chronisch zieken en gehandicapten. Zij leggen de regering nog graag een vraag voor.

De leden van de SP-fractie sluiten zich bij de vragen van de fracties van PvdA, CDA en PVV aan.

PvdA-fractie

De leden van de PvdA-fractie zijn van mening dat een tegemoetkoming bedoeld is voor mensen die zelf niet bij machte zijn de premie of de zorgkosten feitelijk te dragen. Zij kunnen begrijpen dat ook voor de WTCG het draagkrachtbeginsel overwogen moet worden. In dit voorstel wordt echter geredeneerd vanuit de bezuinigingstaakstelling en daarop is de draagkracht grens gebaseerd. Het gevolg is dat niet alleen mensen met een hoog inkomen van tegemoetkoming worden uitgesloten maar ook de mensen met een midden en modaal inkomen. Het gaat bij deze groep niet alleen om de inkomensgrens maar ook om de algehele situatie waarin zij zich bevinden: meer kosten vanwege hun ziekte, minder vanzelfsprekend een goede kwaliteit van leven, minder mogelijkheden om de korting op te vangen door meer te gaan werken of op een andere wijze hun inkomen aan te vullen. De leden van de PvdA-fractie willen dan ook graag een nadere onderbouwing van de gekozen grens.

Zij ontvangen verder graag een overzicht van de maatregelen waar deze groepen nog meer mee te maken zullen krijgen en vernemen graag wat de algehele effecten zijn op hun inkomen. Is bij de ontwikkeling van dit voorstel rekening gehouden met deze stapeling en meer in het bijzonder met de voorgestelde introductie van een vermogenstoets bij de zorgtoeslag?

De leden van de PvdA-fractie hebben ook vragen over de uitvoerbaarheid. Bij de invoering van de Wtcg is reeds veel discussie geweest over de complexiteit van de wet en uitvoerbaarheid ervan. Op welke wijze denkt de regering te kunnen garanderen dat deze wijziging ook daadwerkelijk uitvoerbaar zal zijn?

De leden van deze fractie vragen verder of overwogen is om een hardheidsclausule op te nemen. Ziet de regering mogelijkheden om dit alsnog te doen?

Ook vernemen zij graag waarom gekozen is voor het met terugwerkende kracht invoeren van het inkomensafhankelijk maken van de regeling. Gelden hierbij alleen financiële argumenten?

Het komt de leden van de PvdA-fractie voor dat als de regeling wordt ingevoerd, deze op 1 januari 2013 zou moeten ingaan. In dit verband zijn zij benieuwd naar de mogelijkheden die de regering ziet om in de komende maanden te werken aan een betere afstemming tussen verschillende maatregelen die een inkomensafhankelijke bijdrage regelen.

CDA-fractie

De dekking van het amendement-Van der Staaij/Dijkstra wordt gevonden in het verlagen van de tegemoetkoming in 2012 met 4%. Verder introduceert het gewijzigde Artikel III van het wetsvoorstel een terugwerkende kracht. De leden van de CDA-fractie vragen de regering aan te geven wat de gevolgen zijn van de terugwerkende kracht voor de mensen die het betreft en te motiveren hoe zij deze terugwerkende kracht rechtvaardigt.

Bovendien vragen de aan het woord zijnde leden of naast de bovengenoemde kwestie met betrekking tot de invoering met terugwerkende kracht, niet dient te worden onderzocht of er voor de met het wetsvoorstel voorziene wijzigingen van (het totaal van) de hoogte van de voorzieningen voor samenwonende personen niet bepalingen van overgangsrecht nodig zijn. Gaarne vernemen de leden van de CDA-fractie of dit onderzoek er niet toe zou moeten leiden daartoe specifieke bepalingen in de wet op te nemen.

PVV-fractie

De regering heeft aangegeven dat ze naar reële alternatieven gaat kijken voor de Wtcg en in het voorjaar met vervolgstappen zal komen. De leden van de fractie van de PVV willen graag weten of de terugkeer naar een systeem waarbij je de rekeningen van je daadwerkelijke zorgkosten bewaart en ze aan het eind van het jaar neerlegt bij het Centraal Administratiekantoor (CAK) voor de tegemoetkoming, hierbij ook een optie is. Dit is voor iedereen te begrijpen en zo komt de tegemoetkoming ook direct terecht bij diegene die ook werkelijk de meerkosten gemaakt heeft.

De leden van de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport zien met belangstelling de antwoorden van de regering tegemoet.

De voorzitter van de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport, Slagter-Roukema

De griffier van de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport, De Boer

---

1 Samenstelling:

Holdijk (SGP), Dupuis (VVD), (vice-voorzitter), Linthorst (PvdA), Putters (PvdA), Slagter-Roukema (SP), (voorzitter), Thissen (GL), Nagel (50PLUS), Hermans (VVD), Koffeman (PvdD), Kuiper (CU), Meurs (PvdA), Quik-Schuijt (SP), Reuten (SP), De Vries-Leggedoor (CDA), Flierman (CDA), Martens (CDA), vac. (CDA), Scholten (D66), Backer (D66), Ganzevoort (GL), De Lange (OSF), Beuving (PvdA), Popken (PVV), Frijters-Klijnen (PVV), Van Dijk (PVV), De Grave (VVD), Bröcker (VVD), Beckers (VVD).

2 Brief CG-Raad van 26 januari 2012; ter inzage gelegd onder griffienummer 149766.02.

3 Kamerstukken II 2011/12, 33 045, nr. 8.