33 039 Verdrag tot oprichting van de Afrikaanse faciliteit voor juridische ondersteuning; Tunis, 30 april 2008, (Trb. 2011, 36 en 153)

A/ Nr. 1 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Ter griffie van de Eerste en van de Tweede Kamer der Staten-Generaal ontvangen op 3 oktober 2011.

De wens dat het verdrag aan de uitdrukkelijke goedkeuring van de Staten-Generaal wordt onderworpen kan door of namens één van de Kamers of door ten minste vijftien leden van de Eerste Kamer dan wel dertig leden van de Tweede Kamer te kennen worden gegeven uiterlijk op 3 november 2011.

Het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State wordt niet openbaar gemaakt, omdat het uitsluitend opmerkingen van redactionele aard bevat (artikel 26, zesde lid j° vijfde lid, van de Wet op de Raad van State).

Aan de Voorzitters van de Eerste en van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 30 september 2011

Overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, eerste lid, en artikel 5, eerste lid, van de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen, de Raad van State gehoord, heb ik de eer u hierbij ter stilzwijgende goedkeuring over te leggen het op 30 april 2008 te Tunis tot stand gekomen verdrag tot oprichting van de Afrikaanse faciliteit voor juridische ondersteuning (Trb. 2011, 36 en 153).

Een toelichtende nota bij het verdrag treft u eveneens hierbij aan.

De goedkeuring wordt alleen voor het Europese deel van Nederland gevraagd.

De minister van Buitenlandse Zaken,

U. Rosenthal

TOELICHTENDE NOTA

I. Inleiding

De Raad van Bewindvoerders van de Afrikaanse ontwikkelingsbank (AfDB)1 heeft in juni 2008 besloten tot de oprichting van de «African Legal Support Facility» als onafhankelijke internationale organisatie waarbij de AfDB één van de deelnemende partijen is. De «African Legal Support Facility» (verder te noemen de ALSF) is een nieuw initiatief voor Afrika dat nauw aansluit bij de visie van de Nederlandse overheid ten aanzien van ontwikkelingssamenwerking. Het doel van de ALSF is te opereren als een juridisch en technisch dienstverlenende instantie teneinde de juridische capaciteit en onderhandelingsvaardigheden van Afrikaanse landen te versterken op het terrein van schuldenbeheer en procesvoering en bij het aangaan van commerciële contracten.

De faciliteit is opgericht vanuit de behoefte van Afrikaanse landen op tweeërlei gebied: (i) allereerst was er behoefte aan assistentie bij het procederen in rechtszaken die tegen hen worden aangespannen door de zogenaamde «vulture funds». Dit zijn financiële fondsen (ook wel aasgierfondsen genoemd) die de schuldenlasten van ontwikkelingslanden ver onder de nominale waarde opkopen en vervolgens die landen via gerechtelijke procedures dwingen de volledige schuld plus interesten terug te betalen. Een techniek om hun belegging terug te vorderen is beslagname van overheidsgelden, zoals ontwikkelingsgeld bestemd voor het financieren van projecten in ontwikkelingslanden; en (ii) behoefte aan technisch en juridisch advies bij het uitonderhandelen van complexe commerciële contracten.

Nederland ondersteunt de oprichting van de ALSF mede in het licht van de toezegging in het vorige regeerakkoord om de schuldenpositie van ontwikkelingslanden te verbeteren.

Het verdrag is opgesteld door de AfDB zelf. De AfDB en 29 staten hebben het verdrag inmiddels ondertekend en 9 partijen hebben reeds een akte van bekrachtiging neergelegd. Hiermee is het verdrag per 15 december 2008 in werking getreden.

II. Artikelsgewijze toelichting

Het verdrag bevat bepalingen met betrekking tot de doelstelling en taken van de ALSF, het lidmaatschap, de financiering en enkele artikelen over privileges en immuniteiten. Ook bevat het verdrag organisatorische en institutionele bepalingen.

Artikel II van het verdrag bevat een omschrijving van de doelstellingen en activiteiten van de ALSF. De algemene doelstelling is de Afrikaanse landen te voorzien in juridisch advies en bijstand om de onderhandelingspositie van die landen te verbeteren op het gebied van schuldenbeheer en procesvoering en bij het aangaan van commerciële contracten. Om dat te bereiken zal de ALSF onder andere trainingen verzorgen en een databank met jurisprudentie en juridische experts opzetten.

In artikel III wordt de juridische status van de ALSF vastgelegd. De ALSF is een internationale organisatie met volledige juridische rechtspersoonlijkheid volgens de geldende wetgeving in de deelnemende lidstaten. Tevens heeft de ALSF juridische bevoegdheid om overeenkomsten aan te gaan, bezittingen te verwerven en partij te zijn bij juridische procedures.

Artikel IV regelt het lidmaatschap van de ALSF. Het lidmaatschap staat open voor de lidstaten van de AfDB, andere staten, de AfDB zelf en andere internationale organisaties.

Artikel V bepaalt dat de vestigingsplaats van de ALSF in een door de Raad van Bestuur gekozen staat zal zijn die partij is bij dit verdrag. Een en ander zal worden vastgelegd bij aparte zetelovereenkomst.

Artikel VI heeft betrekking op de financiering van de ALSF. De ALSF wordt gefinancierd door vrijwillige bijdragen van partijen, andere staten of private instellingen en door de AfDB. Het lidmaatschap van de ALSF staat los van de financiering van de ALSF. Partijen zullen niet verantwoordelijk worden gesteld voor eventuele schulden van de ALSF (derde lid).

De AfDB heeft eind 2008 zelf circa EUR 12 miljoen bijgedragen aan de ALSF, na goedkeuring van alle gouverneurs waaronder ook die van Nederland. De mogelijkheid tot een Nederlandse bijdrage aan de ALSF is genoemd tijdens een Algemeen Overleg op 9 oktober 2008 over de Nederlandse inzet voor de jaarvergadering van de Wereldbank en het IMF (Kamerstukken II 2008–2009, 26 234, nr. 88). Na nadere interne prioriteitenstelling is echter besloten op korte termijn geen financiële bijdrage te verlenen.

De artikelen VII tot en met XIV omvatten de organisatorische en institutionele bepalingen. De ALSF kent als organen: de Raad van Bestuur (artikel VIII tot en met X), een Uitvoerende Raad (artikel XI tot en met XIII), een directeur en andere reguliere werknemers (artikel XIV). Alle bevoegdheden van de ALSF zijn ondergebracht bij de Raad van Bestuur. De Raad van Bestuur kan bevoegdheden delegeren naar de Uitvoerende Raad met uitzondering van enkele bevoegdheden genoemd in artikel 8 zoals bijvoorbeeld de bevoegdheid de leden van de Uitvoerende Raad te benoemen of de bevoegdheid het verdrag te amenderen. De Raad van Bestuur bestaat uit twaalf leden die worden aangewezen door Partijen. Vijf leden zijn (roulerend) afgevaardigden van regionale staten die lid zijn van de AfDB en die ieder de vijf Afrikaanse regio’s vertegenwoordigen. Vier leden worden geselecteerd uit staten die partij zijn bij dit verdrag en tevens lid zijn van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO). Eén lid zal vervolgens de niet-OESO landen vertegenwoordigen, één lid de AfDB en één lid de deelnemende internationale organisaties.

De Uitvoerende Raad voert de taken uit die hem zijn opgedragen door de Raad van Bestuur en die opgenomen zijn in het verdrag. De Uitvoerende Raad bestaat uit vijf leden die worden aangewezen door de Raad van Bestuur. De leden worden op persoonlijke titel benoemd en niet als vertegenwoordiger van een deelnemende partij.

De directeur is verantwoordelijk voor het dagelijks functioneren van de ALSF. Hij wordt benoemd door de Uitvoerende Raad.

De artikelen XVI tot en met XXV betreffen bepalingen omtrent privileges en immuniteiten. Dit zijn de gebruikelijke privileges en immuniteiten, nodig voor het functioneren van de organisatie. Echter, ten aanzien van artikel XXII, tweede lid, onder (ii), over het heffen van belasting over inkomen, zal op grond van het derde lid een voorbehoud worden gemaakt, inhoudende dat Nederland zich het recht voorbehoudt om belasting te heffen over door de ALSF aan stafpersoneel betaalde salarissen en emolumenten, als dat stafpersoneel gekwalificeerd kan worden als belastingplichtige voor de Nederlandse inkomstenbelasting. Dit omdat de ALSF geen interne heffing kent die de inkomstenbelasting vervangt. Daarnaast is ten aanzien van de meestbegunstigingsclausule van artikel XXV bij de ondertekening van het verdrag voor het Koninkrijk een verklaring afgelegd dat Nederland dit artikel opvat als inhoudende dat Nederland de ALSF in Nederland zal behandelen zoals Nederland elke andere internationale (intergouvernementele) organisatie in Nederland behandelt, waarbij het Nederlandse beleid op het gebied van privileges doorslaggevend is.

Artikel XXVII bepaalt dat het verdrag in werking treedt wanneer tien deelnemende staten en internationale organisaties het verdrag hebben ondertekend en zeven akten van bekrachtiging zijn gedeponeerd. Op 15 december 2008 is het verdrag in werking getreden. Voor later toetredende staten wordt het verdrag van kracht op de datum waarop de akte van bekrachtiging wordt gedeponeerd.

Artikel XXVIII stelt vast dat de looptijd van de ALSF veertien jaar is vanaf de datum van inwerkingtreding van het verdrag. Deze looptijd kan worden verkort of verlengd door de Raad van Bestuur.

III. Koninkrijkspositie

Gezien de aard van het verdrag – het betreft voornamelijk een vorm van ontwikkelingssamenwerking – zal het verdrag, voor wat het Koninkrijk betreft, alleen voor het Europese deel van Nederland gelden.

De minister van Buitenlandse Zaken,

U. Rosenthal


X Noot
1

De AfDB is een regionale multilaterale ontwikkelingsbank en werd in 1964 bij verdrag opgericht door een groep van 23 Afrikaanse staten met als doel de kapitaalstroom naar Afrika te vergroten (Overeenkomst tot oprichting van de Afrikaanse Ontwikkelingsbank; Khartoem, 4 augustus 1963, Trb. 1981, 28). Deze bank telt thans 77 lidstaten waarvan 53 Afrikaanse en 24 niet-regionale landen, waaronder Nederland. Het doel van de AfDB is het bestrijden van armoede in Afrika door het bevorderen van (duurzame) economische groei, sociale ontwikkeling en economische integratie.

Naar boven