33 037 Mestbeleid

Nr. 195 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 10 april 2017

In mijn brief van 20 december jongstleden (Kamerstuk 33 037, nr. 183) heb ik uw Kamer geïnformeerd over mijn inzet voor de invulling van het zesde actieprogramma Nitraatrichtlijn. Met deze brief informeer ik u, mede namens de Minister en de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, over de voortgang van het proces van invulling van het zesde actieprogramma Nitraatrichtlijn. Hiermee geef ik tevens invulling aan het verzoek van de vaste commissie voor Economische Zaken (brief van 21 december 2016) om «de Kamer tijdig en voorafgaand aan de presentatie in het Nitraatcomité dit jaar (Kamerstuk 34 532, nr. 27, p. 10) te informeren over het eindrapport van de ex-post en ex-ante evaluatieonderzoeken in het kader van de Evaluatie Meststoffenwet en over het concept zesde Actieprogramma Nitraatrichtlijn».

De afgelopen maanden is er gewerkt aan de verdere invulling van het zesde actieprogramma Nitraatrichtlijn op basis van de hoofdlijnen van mijn brief van 20 december 2016 (Kamerstuk 33 037, nr. 183). Om te zorgen voor voldoende draagvlak voor de invulling van het zesde actieprogramma Nitraatrichtlijn vindt uitwerking van maatregelen plaats in overleg met belangenorganisaties en andere overheden. Dit moet een pakket maatregelen opleveren dat bijdraagt aan een verdere verbetering van de waterkwaliteit waar dat nodig is.

Voor de realisatie van de waterkwaliteitsdoelen van de Nitraatrichtlijn zal niet alleen de periode van het zesde actieprogramma (2018 tot en met 2021) worden benut, maar ook de programmaperiode van het volgende, zevende actieprogramma (2022 tot en met 2025). Het «uitrollen» van maatregelen om de doelen van de Nitraatrichtlijn te realiseren kan dan ook doorlopen in de periode na het zesde actieprogramma. Dat sluit eveneens aan bij de Delta-aanpak Waterkwaliteit en Zoetwater, dat voorziet in het proces dat leidt tot vaststelling van de derde generatie Stroomgebiedbeheerplannen voor de Kaderrichtlijn Water (2022 tot en met 2027).

Op basis van mijn brief van 20 december 2016 (Kamerstuk 33 037, nr. 183) over de contouren van het zesde actieprogramma Nitraatrichtlijn heeft inmiddels bilateraal ambtelijk overleg met de diensten van de Europese Commissie over de invulling van het zesde actieprogramma plaatsgevonden.

Ik wil in de komende maand de uitwerking van mogelijke maatregelen afronden. In ambtelijk technisch overleg met de diensten van de Europese Commissie zal ik laten verkennen of het pakket van maatregelen door de Europese Commissie als voldoende wordt beoordeeld om als basis te dienen voor het zesde Actieprogramma én om het overleg over een nieuwe derogatie voor Nederland te kunnen starten. Ik zal u voor de zomer informeren over de stand van zaken inzake het concrete pakket aan maatregelen in het zesde actieprogramma Nitraatrichtlijn.

Het zesde actieprogramma Nitraatrichtlijn is MER (Milieueffect Rapportage)-plichtig. Er zal dan ook een plan-MER worden uitgevoerd op het concept van het actieprogramma, waarover de Commissie MER onafhankelijk advies uitbrengt. Dit plan-MER wordt met het concept zesde actieprogramma Nitraatrichtlijn voor inspraak gepubliceerd. De voorbereidingen voor de uitvoering van dit plan-MER worden reeds getroffen. Ik streef ernaar de periode voor inspraak vóór de zomer van 2017 te starten.

Voor wat betreft de voortgang in het Nitraatcomité kan ik u het volgende melden. Op 29 maart 2017 heeft het Nitraatcomité vergaderd. In deze vergadering heeft Nederland een korte toelichting gegeven op de voortgang van de uitvoering van het met de Europese Commissie overeengekomen maatregelenpakket 2017 om de fosfaatproductie van de veehouderij weer onder het niveau van het productieplafond te krijgen (Kamerstuk 33 037, nr. 189). Ik hoop dat de Europese Commissie en de andere lidstaten op basis van die presentatie voldoende vertrouwen hebben in de Nederlandse maatregelen om de fosfaatproductie weer onder het niveau van het derogatieplafond te brengen zodat de weg vrij is om het proces te starten om te komen tot een positief advies van het Nitraatcomité over een nieuwe derogatie voor Nederland. De eerstvolgende vergadering van het Nitraatcomité vindt naar verwachting voor de zomer plaats.

De Staatssecretaris van Economische Zaken, M.H.P. van Dam