33 032 Wijziging van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek in verband met het juridisch ouderschap van de vrouwelijke partner van de moeder anders dan door adoptie

33 514 (R1998) Wijziging van de Rijkswet op het Nederlanderschap in verband met de wijziging van Boek 1 van het Nederlandse Burgerlijk Wetboek betreffende het ontstaan van het juridisch ouderschap van de vrouwelijke partner van de moeder anders dan door adoptie

I1 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VEILIGHEID EN JUSTITIE

Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 4 april 2016

Per 1 mei 2014 is de Staatscommissie Herijking ouderschap ingesteld. De staatscommissie heeft tot taak2 de regering te adviseren over de wenselijkheid van wijziging van het Burgerlijk Wetboek en aanverwante wetten in verband met de hierna volgende onderwerpen:

  • a. het ontstaan van juridisch ouderschap, zoals vormgegeven in het huidige afstammingsrecht;

  • b. meerouderschap en meeroudergezag;

  • c. draagmoederschap.

Blijkens het instellingsbesluit dient het advies van de Staatscommissie voor 1 mei 2016 gereed te zijn. Naar verluidt verlopen de werkzaamheden van de Staatscommissie voorspoedig. De datum van 1 mei blijkt evenwel, gelet op de complexiteit van de opdracht, niet haalbaar. Daarom heb ik het mandaat van de Staatscommissie verlengd tot en met 31 december van dit jaar. Dat geeft de Staatscommissie de gelegenheid om haar advies met de benodigde aandacht en zorgvuldigheid af te ronden. De verwachting is dat het rapport van de Staatscommissie in de tweede helft van 2016 zal worden aangeboden en openbaar zal worden gemaakt.

De Minister van Veiligheid en Justitie, G.A. van der Steur


X Noot
1

Letter I heeft alleen betrekking op wetsvoorstel 33 032.

X Noot
2

Artikel 2 van de Regeling van 28 april 2014, nr. 512296, houdende instelling van een staatscommissie Herijking ouderschap.

Naar boven