32 889 Voorstel van wet van de leden Voortman en Pieter Heerma tot wijziging van de Wet aanpassing arbeidsduur ten einde flexibel werken te bevorderen

32 855 Modernisering regelingen voor verlof en arbeidstijden

Nr. 27 BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 15 juni 2015

Initiatiefwetsvoorstel flexibel werken

Op 14 april 2015 heeft de Eerste Kamer het initiatiefwetsvoorstel van de leden Voortman (GL) en Van Hijum (CDA) tot wijziging van de Wet aanpassing arbeidsduur ten einde flexibel werken te bevorderen (Kamerstuk 32 889) aanvaard. Het kabinet draagt dit voorstel van wet voor bekrachtiging voor.

Het kabinet zal zorgdragen voor een zo spoedig mogelijke plaatsing in het Staatsblad en voor een inwerkingtredingsbesluit. Het voorstel van wet zal op 1 januari 2016 in werking treden. Voor deze datum is gekozen omdat werkgevers tijd wordt gegund om zich voor te bereiden op de gewijzigde regelgeving.

Meerlingenverlof Wet arbeid en zorg

Tijdens de plenaire behandeling van de Wet modernisering regelingen voor verlof en arbeidtijden in oktober 2014 (Handelingen II 2014/15, nr. 13, item 21) heeft de Tweede Kamer het amendement Heerma aanvaard1. Dit amendement voorziet in een verlenging van het zwangerschapsverlof voor werkneemsters die een meerling verwachten. Hierbij deel ik u mede dat de inwerkingtredingsdatum van het zogenoemde meerlingenverlof 1 april 2016 zal zijn. Een eerdere inwerkingtreding is niet mogelijk vanwege de noodzakelijke aanpassingen aan het ICT-systeem die UWV, dat de regeling uitvoert, voor inwerkingtreding dient door te voeren.

Overigens strekt het amendement zich niet uit tot de verlofuitkering voor zelfstandigen en gelijkgestelden die een meerling verwachten. Met de Verzamelwet SZW 2016 zullen ook deze vrouwen onder de uitbreiding van het verlof worden gebracht. Naar verwachting is de parlementaire behandeling van deze wet aan het einde van het jaar afgerond.

Inwerkingtreding van het meerlingenverlof voor zelfstandige en gelijkgestelde vrouwen zal dan gelijktijdig met het meerlingenverlof voor werkneemsters plaatsvinden.

Een afschrift van deze brief heb ik gezonden aan de voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal.

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, L.F. Asscher


X Noot
1

Kamerstuk 32 855, nr. 24.

Naar boven