32 847 Integrale visie op de woningmarkt

Nr. 927 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR VOLKSHUISVESTING EN RUIMTELIJKE ORDENING

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 7 juli 2022

Op 19 april heeft de vaste Kamercommissie voor Binnenlandse Zaken mij verzocht om een reactie op de aan haar gerichte brief van de BelangenVereniging Vrij Wonen (BVVW) te Biddinghuizen d.d. 30 maart 2022 met betrekking tot handhaving op permanente bewoning van recreatiewoningen. Hierbij stuur ik u mijn reactie.

In de brief van de BVVW worden een aantal casussen genoemd waarbij gemeenten handhaven op permanente bewoning van recreatiewoningen. Ook geeft de BVVW aan dat een toename waar te nemen van het aantal gemeenten dat handhaaft op recreatiewoningen. Als laatste roept de BVVW op om gemeenten af te laten zien van handhaving zodat recreatiewoningen ingezet kunnen worden voor permanente bewoning.

Handhaving dient altijd te geschieden binnen de kaders van geldende wet- en regelgeving. Wanneer door belanghebbenden vermoed wordt dat dit niet het geval is, kan een zaak worden voorgelegd aan de rechter.

Wanneer men zich niet aan het bestemmingsplan houdt, heeft de gemeente de beginselplicht tot handhaving. Het is mogelijk dat de aandacht voor het thema permanente bewoning van recreatiewoningen gemeenten bewust heeft gemaakt van de situatie op parken en hun handhavingsplicht. Ik beschik niet over specifieke gegevens van het aantal gemeenten dat handhaaft en de ontwikkeling van dit aantal.

Ik span mij ervoor in, om daar waar dat mogelijk en wenselijk is recreatiewoningen in te zetten voor de woningmarkt. Ik doe dit bijvoorbeeld door het inzetten van het expert- en aanjaagteam «transformatie van vakantieparken». Ook zal ik in het kader van de afspraken die ik maak met provincies en woondealregio´s hen vragen om een inventarisatie te maken van de aantallen parken die geschikt zijn om te transformeren naar de bestemming «wonen». Daarbij is het aan gemeenten om, binnen provinciale kaders, de afweging te maken of een park ingezet kan worden voor de woningmarkt. Niet op ieder park is dit mogelijk of wenselijk.

Gemeenten hebben hier als lokale overheid het beste zicht op; de uiteindelijke afweging is aan hen. Mocht een gemeente besluiten dat permanente bewoning van recreatiewoningen op een park toegestaan dient te worden, dan kan zij een gedoogbeschikking afgeven, een omgevingsvergunning verlenen, of de bestemming wijzigen.

De Minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening, H.M. de Jonge

Naar boven