32 824 Integratiebeleid

Nr. 85 BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 10 december 2014

In de Regeling van Werkzaamheden van 18 november jl. (Handelingen II 2014/15, nr. 25, item 9, blz. 1) heeft uw lid de heer De Graaf (PVV) verzocht om een reactie op het artikel op Nu.nl over de uitkomsten van een peiling door bureau Ipsos. Hierbij zend ik u deze reactie.

De kop die Nu.nl op 14 november jl. plaatste boven het artikel over een peiling van het onderzoeksbureau Ipsos luidde: «Een meerderheid van de Nederlanders [namelijk: 55%] vindt dat het aantal inwoners van buitenlandse afkomst te hoog is». Daarmee werd in feite één uitkomst van de peiling uit context gehaald.

In de peiling onderzocht Ipsos percepties van mensen over immigratie in de eigen woonomgeving en in Nederland als geheel.Ipsos concludeert met name dat de meerderheid van de Nederlanders het aantal migranten in Nederland fors overschat: 57% van de respondenten schatte het aandeel migranten in Nederland (aanzienlijk) hoger in dan in werkelijkheid het geval is. Uit de analyse van Ipsos naar de omvang van de misperceptie naar partijvoorkeur, blijkt dat vooral de huidige PVV- en SP-achterban het aantal migranten overschat.

Tegen de achtergrond van het overschatten van het aantal migranten dient de uitkomst gelezen te worden dat een meerderheid van de Nederlandse bevolking (namelijk 55%) van mening is dat het aantal mensen van buitenlandse komaf in Nederland te hoog is. Toen in de peiling dezelfde respondenten werd gevraagd wat zij vonden van het aantal mensen van buitenlandse komaf in hun eigen woonomgeving – waar mensen een veel nauwkeuriger oordeel over kunnen vellen – bleek dat niet 55%, maar 24% het aandeel migranten te hoog vond. Soortgelijke verschillen zijn ook zichtbaar bij de oordelen over de omvang van immigratie en de mate van tolerantie in de manier waarop met andere culturen wordt omgegaan. Zo oordeelt van de ondervraagden 12% negatief over de omvang van immigratie in de directe omgeving (landelijk 46%) en vindt 22% dat te tolerant wordt omgegaan met andere culturen in de eigen woonomgeving (landelijk 48%). Deze uitkomsten over de directe woonomgeving staan in schril contrast met het – meer abstracte – oordeel over Nederland als geheel. Ipsos geeft de analyse dan ook de titel «(mis)percepties over immigratie» mee.

Voor wat betreft de vraag van de heer De Graaf wat de regering gaat doen aan «deze noodkreet» geldt dat het beeld vooral afhankelijk is van de vraag die wordt gesteld en er een omvangrijke misperceptie bestaat. Het kabinet hecht er aan om discussies te voeren en beleid te ontwikkelen op basis van feiten. Op het terrein van integratie is er een degelijke en algemeen toegankelijke informatievoorziening beschikbaar in de Jaarrapporten Integratie die het CBS op mijn verzoek opstelt. Het Jaarrapport 2014 is als bijlage bij de voortgangsbrief Agenda Integratie aan uw Kamer toegestuurd (Kamerstuk 32 824, nr. 79).

Ik verwacht dat dit zal bijdragen aan de kennis en het inzicht op dit terrein.

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, L.F. Asscher

Naar boven