32 820 Nieuwe visie cultuurbeleid

Nr. 16 MOTIE VAN DE LEDEN VAN DER WERF EN BOSMA

Voorgesteld 27 juni 2011

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende, dat voor de culturele en muzikale vorming in Nederland de beschikbaarheid van symfonische muziek voor het gehele land van groot belang is;

voorts constaterende, dat het kabinet voornemens is, het budget voor de orkesten in de BIS terug te brengen en in het kader van de regionale spreiding een subsidie van maximaal 6 mln. per jaar beschikbaar te stellen voor de instandhouding van minimaal één volwaardige orkestvoorziening per verzorgingsgebied;

constaterende, dat in de conceptministeriële regeling evenwel ook de mogelijkheid is gecreëerd om voor drie daarin genoemde verzorgingsgebieden het zelfstandig doorfunctioneren van de bestaande rijksgefinancierde orkesten als uitgangspunt te nemen, door twee in plaats van één orkestinstelling per verzorgingsgebied te subsidiëren, onder voorwaarde van cofinanciering bij beide instellingen;

constaterende, dat voor een levendige muziekcultuur de rol van orkesten in hun standplaats en omgeving van grote betekenis is;

van mening, dat in plaats van zelfstandig doorfunctioneren, samenwerking in de bedoelde verzorgingsgebieden de voorkeur verdient;

verzoekt de regering om initiatieven in de drie genoemde verzorgingsgebieden die het reële uitzicht bieden op structurele samenwerking aldaar van twee volwaardige symfonische orkesten onder voorwaarden te honoreren;

verzoekt de regering voorts voor een gezamenlijk plan per verzorgingsgebied tijdelijk gedurende een periode van maximaal vier jaar een bedrag van € 500 000 per jaar per individueel gecofinancierd orkest extra beschikbaar te stellen, en dit mogelijk te maken door maximaal 12 mln. te reserveren in het budget dat beschikbaar is voor frictie- en transitiekosten,

en gaat over tot de orde van de dag.

Van der Werf

Bosma

Naar boven