32 772 Beleidsdoorlichting Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Nr. 7 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 4 september 2015

Met deze brief informeer ik u over de opzet en vraagstelling van de beleidsdoorlichting van beleidsartikel 2.1 Kwaliteit en Veiligheid, welke eind 2016 aan uw Kamer wordt verzonden. Met deze brief geef ik uitvoering aan de motie-Harbers c.s., waarin de regering wordt verzocht de opzet en de vraagstelling van geplande beleidsdoorlichtingen met de Kamer te delen. Hiermee sluit ik tevens aan bij mijn brief van 25 maart jl. met Kamerstuk 32 772, nr. 4, waarin ik u heb ingelicht over de opzet en vraagstelling van andere beleidsdoorlichtingen die in 2015 en 2016 plaatsvinden.

De beleidsdoorlichting zal voldoen aan de regels en kwaliteitseisen van de Regeling Periodiek Evaluatieonderzoek (RPE). Dit houdt onder andere in dat de beleidsdoorlichting wordt voorzien van een oordeel door een onafhankelijk deskundige over de kwaliteit van het uitgevoerde onderzoek.

Met de beleidsdoorlichting onderzoek ik de doeltreffendheid en doelmatigheid van het gevoerde beleid op het artikelonderdeel Kwaliteit en Veiligheid in de curatieve zorg. De beleidsdoorlichting steunt, als syntheseonderzoek, zoveel mogelijk op reeds uitgevoerde of lopende (deel)onderzoeken naar de doelmatigheid en de doeltreffendheid van (onderdelen van) het gevoerde beleid.

Kwaliteit en veiligheid van curatieve zorg

Ik ben verantwoordelijk voor een kwalitatief goed en toegankelijk stelsel voor curatieve zorg tegen maatschappelijk verantwoorde kosten. Het leveren van kwalitatief goede en veilige zorg is in de eerste plaats de verantwoordelijkheid van zorginstellingen en zorgverleners. Door te stimuleren, te regisseren en te financieren worden randvoorwaarden geschapen voor kwalitatief goede en veilige zorg en innovatie van de zorg bevorderd. Met deze beleidsdoorlichting wordt de doeltreffendheid en de doelmatigheid van het geheel aan ingezette beleidsinstrumenten in kaart gebracht.

Initiatieven op het terrein van de Life Sciences and Health worden ondersteund met als doel de beschikbaarheid van medische producten en materialen op termijn te bevorderen. Om de patiëntveiligheid in de curatieve zorg verder te verbeteren zet ik in op transparantie en op bestuurlijke afspraken met de verschillende sectoren. Daarnaast worden instrumenten zoals het implantatenregister, de teratologie informatie service gefaciliteerd en proberen we door voorlichting en toezicht de aankoop van vervalste medische producten tegen te gaan.

Het bevorderen van kwalitatief goede zorg realiseer ik ondermeer via medefinanciering van hoogwaardig oncologisch onderzoek. De financiering van initiatieven zoals het wegnemen van belemmeringen bij orgaandonatie en donatie bij leven, het onderhouden van het donorregister en het geven van publieksvoorlichting over orgaandonatie dragen ook bij aan de algemene doelstelling van beleid. Dat geldt eveneens voor het financieren van bijwerkingenregistraties ten behoeve van het monitoren van de productveiligheid.

Daarnaast bezie ik welke maatregelen genomen kunnen worden ter verdere verhoging van de doelmatigheid en de doeltreffendheid van het beleid. Tevens geef ik een beschrijving van beleidsopties indien er significant minder middelen (-/- 20%) beschikbaar zijn en wat de maatschappelijke gevolgen daarvan zouden zijn.

Financiële omvang van beleidsartikel 2.1* op basis van de OW2016

Bedragen x € 1.000

 

2013

2014

2015

2016

 

116.315

114.608

121.332

129.192

* tot en met 2012 is er geen vergelijkbaar artikelonderdeel

Reikwijdte van de doorlichting

In beginsel worden alle instrumenten die onder begrotingsartikel 2.1 vallen in de beleidsdoorlichting geëvalueerd in relatie tot de bijdrage die ze leveren aan de kwaliteit en beschikbaarheid van de zorg. Tevens staat de vraag centraal of als gevolg van die bijdrage de zorg en medische producten zijn geleverd met voldoende waarborgen voor de veiligheid van de patiënt.

Begrotingsartikel 2.1 omvat de volgende beleidsterreinen:

  • Patiëntveiligheid;

  • Kwaliteit oncologische zorg;

  • Zwangerschap en geboorte;

  • Kwaliteit en organisatie van beschikbaarheid van medische producten en lichaamsmateriaal;

  • Innovatie en Standaarden Informatie uitwisseling;

Een enkel instrument wordt op dit moment niet betrokken in de beleidsdoorlichting, omdat er te weinig informatie beschikbaar is voor een goede beoordeling. Het betreft de expertisefunctie zintuiglijk gehandicapten, doelmatigheid UMC’s/Citrienfonds.

Expertisefunctie zintuigelijk gehandicapten

In 2015 is de extramurale zorg voor zintuiglijk gehandicapten (ZG) overgegaan van de AWBZ naar de Zorgverzekeringswet (Zvw). Op grond van de AWBZ werd de expertisefunctie zintuiglijk gehandicapten (o.a. kennis en innovatie, onderzoek) gedeeltelijk via een lumpsum gefinancierd. In april 2014 heeft de NZa advies uitgebracht over de bekostiging van de extramurale behandeling van zintuiglijk gehandicapten in de Zorgverzekeringswet (bijlage bij Kamerstuk 30 597, nr. 439). Over de expertisefunctie adviseerde de NZa om een alternatieve bekostiging tijdelijk vorm te geven in de vorm van een subsidie. Dat heeft ertoe geleid dat deze activiteiten per 2015 rechtstreeks bekostigd worden op historische basis vanuit artikel 2.1. Het gaat in 2015 om een bedrag van € 26.25 mln. De NZa oordeelt dat nader onderbouwend onderzoek nodig is naar de besteding van de lumpsum die instellingen ontvangen voor de expertisefunctie. Gegeven het feit dat de financiering in de vorm van een subsidie pas per 2015 van kracht is en verantwoording van de bekostiging hiervan vóór 2015 niet heeft plaatsgevonden, is het niet mogelijk oordeel te geven over de doelmatigheid en doeltreffendheid van het gevoerde beleid.

Doelmatigheid UMC’s (Citrienfonds)

De doelmatigheid van Universitair Medisch Centra (UMC’s) krijgt vorm in het ZonMw-programmma Citrienfonds. VWS heeft ten behoeve van het Citrienfonds een subsidie van € 5 mln per jaar toegezegd voor de jaren 2014 t/m 2018. Binnen het ZonMw-programma Citrienfonds gaan projecten lopen rondom vijf thema’s (registratie aan de bron, oncologische netwerken, terugdringen van onnodige zorg, patiëntveiligheid en E-health). De plannen voor registratie aan de bron en terugdringen onnodige zorg zijn gehonoreerd en van start gegaan. De plannen voor oncologische netwerken en patiëntveiligheid worden nog aangepast aan de door ZonMw gestelde voorwaarden. E-health volgt dit najaar. ZonMw gaat naast de kwaliteitsbeoordeling en monitoring van de projecten ook de externe evaluatie van het Citrienfonds doen. Een beoordeling van doelmatigheid en doeltreffendheid van dit onderdeel is gezien de fase waarin het verkeert in 2015/2016 nog niet mogelijk.

Voor een aantal nog lopende projecten dat is gefinancierd uit de voormalige FES-gelden is het nog niet mogelijk een evaluatie uit te voeren op het effectbereik, wel zal een overzicht worden gegeven van de voortgang en bevindingen tot heden. Het betreft het project Lifelines en het programma rond Life Sciences and Health waarbinnen projecten worden uitgevoerd op het gebied van regeneratieve geneeskunde, vaccins, diagnostiek, geneesmiddelen en medische technologie. Deze projecten lopen nog door 2016 en gedeeltelijk tot 2017. De doorlichting van de voormalige FES-projecten heeft geen betrekking op het beleid van andere departementen.

In termen van financieel beslag wordt 78,4% van het artikel geëvalueerd.

Relatie met overige beleidsdoorlichtingen

Met mijn brief van 25 maart jl. heb ik u geïnformeerd over de planning van de beleidsdoorlichtingen. De beleidsdoorlichting van artikel 1.2, Ziektepreventie hebt u inmiddels op 15 juni 2015 ontvangen (Kamerstuk 32 772, nr. 5). In 2015 ontvangt u nog de beleidsdoorlichting van artikel 1.2, van artikel 2.3 en van artikel 4.1. In 2016 ontvangt u de onderhavige beleidsdoorlichting van artikel 2.1 alsmede die van artikel 4.2 en 4.5. In 2017 ontvangt u de beleidsdoorlichting van artikel 2.2.

Daarmee is dan het gehele artikel 2 doorgelicht. Artikel 2 bestaat uit drie onderdelen te weten:

  • 2.1 Kwaliteit en Veiligheid

  • 2.2 Toegankelijkheid en betaalbaarheid

  • 2.3 Bevordering werking van het stelsel.

Periode van doorlichting

Het huidige artikel 2.1 is ontstaan in de VWS-begroting 2013 door een nieuwe indeling van de begrotingsartikelen. De beleidsdoorlichting heeft betrekking op het huidige beleid en de periode waarnaar gekeken wordt is afhankelijk van wanneer het beleid in de huidige vorm gestart is. Globaal kan gesteld worden dat in de beleidsdoorlichting de periode 2012–2015 wordt onderzocht. Daar waar relevant zal ook het beleid en financiële instrumenten van eerdere jaren worden meegenomen.

Overzicht te gebruiken evaluaties en overige bronnen

Het volgende onderzoek en documenten worden betrokken bij de beleidsdoorlichting:

  • Monitor zorggerelateerde schade (2013)

  • IGZ rapporten naar aanleiding van toezicht op kwaliteit en veiligheid in de zorg waaronder Het Resultaat Telt in de ziekenhuizen 2012, 2013, 2014, De Veiligheid Telt 2009–2011, Toezicht op het operatief proces 2012, thematisch Toezicht medicatieveiligheid in de GGZ.

  • ZonMw programma Veiligheid in de zorg

  • Verantwoordingsrapportages NKI, IKNL, Palga

  • Monitor schade door verkeerd geneesmiddelengebruik (2013)

  • Geneesmiddelenketen (2014)

  • Rapportages en adviezen Stichting Perinatale Registratie Nederland (PRN).

  • RIVM rapportages inzake geboortezorg (2016)

  • IGZ rapporten geboortezorg

  • ZonMw programma geboortezorg

  • Evaluatie pilots orgaandonatie; Amsterdam, Groningen, Leiden, Maastricht (2014)

  • Effectonderzoeken campagnes orgaandonatie (jaarlijks)

  • Evaluatie subsidieregeling Donatie bij leven (2015)

  • Site visit Report NKI (2015)

  • TI Pharma New Tracks to Medicines (2014)

  • Voortgangsverslagen FES-LSH

  • Verantwoordingsrapportages Lifelines

Het volgende thans lopende en nog uit te voeren onderzoek wordt bij de doorlichting betrokken:

  • Evaluatie Nederlandse Transplantatiestichting (2016)

  • Uitwerking EU-verordeningen wees- en kindergeneesmiddelen en advanced therapy medicinal products (2015)

  • Evaluatie TI- Pharma (2016)

Gezien de omvang van het onderwerp, het budgettaire beslag en de noodzaak om nog aanvullend onderzoek te doen is ervoor gekozen om de beleidsdoorlichting Kwaliteit en Veiligheid uit te besteden. Dat geldt ook voor het aanvullend onderzoek dat in ieder geval wordt gedaan op het terrein van patiëntveiligheid en oncologie.

Onafhankelijkheid en uitvoering van de onderzoeken

Voor de begeleiding van de beleidsdoorlichting wordt een klankbordgroep samengesteld met deelname van een onafhankelijk deskundige. Deze deskundige zal de methodologie en de uitvoering van het onderzoek toetsen en de kwaliteit van de beleidsdoorlichting bewaken. Het oordeel van deze onafhankelijke derde wordt samen met de doorlichting meegezonden aan de Tweede Kamer. Op operationeel niveau worden werkgroepen samengesteld met daarin de meest betrokken beleidsmedewerkers en vertegenwoordigers van de departementale controller (FEZ) en het Ministerie van Financiën.

Ik vertrouw er op u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E.I. Schippers

Naar boven