32 758 Bezuinigingsmonitor 2011

Nr. 4 LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN

Vastgesteld 14 juni 2011

De commissie voor de Rijksuitgaven1 en de vaste commissie voor Financiën2 hebben over het rapport «Bezuinigingsmonitor 2011» van de Algemene Rekenkamer (Kamerstuk 32 758, nr. 2) de navolgende vragen ter beantwoording aan de regering voorgelegd.

Deze vragen, alsmede de daarop bij brief van 10 juni 2011 gegeven antwoorden, zijn hieronder afgedrukt.

De voorzitter van de commissie voor de Rijksuitgaven,

Van Gerven

De voorzitter van de vaste commissie voor Financiën,

Dezentjé Hamming-Bluemink

De griffier van de commissie voor de Rijksuitgaven,

Groen

1

De Algemene Rekenkamer geeft aan dat 2,65 van de 2,9 miljard euro is ingeboekt. Meer dan 40% van dit verschil wordt veroorzaakt door «afrondingsverschillen». Hoe kan het dat zo’n groot verschil veroorzaakt wordt door afrondingsverschillen? Heeft het kabinet hier te ruimhartig geschat bij het regeerakkoord?

De Algemene Rekenkamer (AR) spreekt in haar rapport van 107 miljoen euro aan afrondingsverschillen tussen de voorgenomen en ingeboekte bezuinigingen. Het kabinet herkent dit getal niet. In bijlage 2 van het AR rapport wordt een verschillenanalyse gegeven van de getallen in het Regeerakkoord en de getallen die zij heeft terug kunnen terugvinden in de begrotingen. Hier spreekt de AR over 77,4 miljoen euro aan afrondingsverschillen.

Het klopt dat er afrondingsverschillen zijn; de totalen in het regeerakkoord zijn gebaseerd op onafgeronde bedragen terwijl de afzonderlijke maatregelen zijn ingeboekt op basis van afgeronde bedragen. Tegenover een voor de schatkist negatief afrondingsverschil in 2011 staat overigens een positief afrondingsverschil in latere jaren.

2

De korting op EU-afdrachten van 1 miljard euro is al ingeboekt terwijl hier nog over onderhandeld moet worden. Wat zouden de gevolgen voor de kabinetsplannen zijn als deze korting er niet komt? Moet er dan ergens anders 1 miljard euro gevonden worden?

Het kabinet streeft naar het behalen van 18 miljard euro aan bezuinigingen in 2015. De korting op de EU afdrachten is daar onderdeel van. Deze korting is ook het uitgangspunt bij de onderhandelingen over de Nederlandse bijdrage aan de EU. Mocht deze besparing niet worden gerealiseerd dan zullen alternatieve maatregelen moeten worden genomen.

3

Hoe beoordeelt de regering nut en noodzaak van een bezuinigingsmonitor in het licht van een kleinere overheid aangezien dezelfde informatie beschikbaar is via het ministerie van Financiën?

De minister van Financiën heeft zowel in het debat over de Najaarsnota als het Verantwoordingsdebat toezeggingen gedaan om tweejaarlijks (bij Miljoenennota en Financieel Jaarverslag) te rapporteren over de voortgang van de maatregelen uit het regeerakkoord. Hierin wordt duidelijk wat de voortgang van individuele maatregelen is en tot welke eventuele alternatieve maatregelen is besloten. Ook zal worden weergegeven wat de planning is, bijv. wanneer het kabinet verwacht een wetsvoorstel naar de Tweede Kamer te sturen.

4

Is de Algemene Rekenkamer volgens de regering voldoende bekend met de systematiek van inkomsten- en uitgavenkaders en kadertoetsingen? Wat vindt de regering in dit kader van de conclusie van de Algemene Rekenkamer dat het kabinet «achterloopt» met bezuinigingen?

De intensiveringen en ombuigingen uit het regeerakkoord zijn bij Startnota verwerkt in het inkomstenkader en de uitgavenkaders. Bij Miljoenennota wordt hierover zoals gebruikelijk meerjarig gerapporteerd.

Het kabinet kan zich niet vinden in de conclusie van de AR dat zij achterloopt met bezuinigen. Wat betreft de lasten klopt de constatering van de AR dat in 2011 de opbrengst van de maatregelen btw-verhoging podiumkosten, afschaffen heffingskortingen in box 3 en assurantiebelasting niet volledig wordt behaald. Het kabinet loopt echter geen structurele vertraging op. Bovendien heeft het kabinet alternatieve maatregelen genomen waardoor een deel van de opbrengst ook al in 2011 wordt behaald. Overigens zijn de maatregelen aangepast op verzoek van de Eerste Kamer (btw-verhoging podiumkosten) en de Tweede Kamer (amendement Slob, heffingskortingen). Tegelijkertijd heeft het kabinet oog voor wat er in de praktijk wel en niet mogelijk is. Zo is er het tarief op de assurantiebelasting niet per 1 januari maar per 1 maart verhoogd, omdat de verzekeringsbranche aangaf meer tijd nodig te hebben voor het aanpassen van de premies.

5

De Algemene Rekenkamer is van mening dat de Tweede Kamer minimaal jaarlijks door het kabinet geïnformeerd zou moeten worden over de voortgang van de bezuinigingsoperatie. Zal het kabinet gehoor geven aan de oproep om dit ieder jaar op Verantwoordingsdag te doen? Zo niet, waarom niet?

Zie antwoord op vraag 3.


X Noot
1

Samenstelling:

Leden: Omtzigt, P.H. (CDA), Veen, E. van der (PvdA), Neppérus, H. (VVD), Gerven, H.P.J. van (SP), voorzitter, Blanksma-van den Heuvel, P.J.M.G. (CDA), Dijck, A.P.C. van (PVV), Broeke, J.H. ten (VVD), ondervoorzitter, Ouwehand, E. (PvdD), Heijnen, P.M.M. (PvdA), Bashir, F. (SP), Sap, J.C.M. (GL), Harbers, M.G.J. (VVD), Plasterk, R.H.A. (PvdA), Groot, V.A. (PvdA), Braakhuis, B.A.M. (GL), Vliet, R.A. van (PVV), Mulder, A. (VVD), Dijkgraaf, E. (SGP), Verhoeven, K. (D66), Koolmees, W. (D66), Besselaar, I.H.C. van den (PVV), Schouten, C.J. (CU) en Vacature, (CDA).

Plv. Leden: Knops, R.W. (CDA), Vermeij, R.A. (PvdA), Ziengs, E. (VVD), Gesthuizen, S.M.J.G. (SP), Haverkamp, M.C. (CDA), Gerbrands, K. (PVV), Beek, W.I.I. van (VVD), Thieme, M.L. (PvdD), Monasch, J.S. (PvdA), Irrgang, E. (SP), Grashoff, H.J. (GL), Straus, K.C.J. (VVD), Hamer, M.I. (PvdA), Kuiken, A.H. (PvdA), Gent, W. van (GL), Beertema, H.J. (PVV), Boer, B.G. de (VVD), Staaij, C.G. van der (SGP), Pechtold, A. (D66), Koşer Kaya, F. (D66), Graus, D.J.G. (PVV), Slob, A. (CU) en Hijum, Y.J. van (CDA).

X Noot
2

Samenstelling:

Leden: Dezentjé Hamming-Bluemink, I. (VVD), voorzitter, Omtzigt, P.H. (CDA), Irrgang, E. (SP), Knops, R.W. (CDA), Neppérus, H. (VVD), Blanksma-van den Heuvel, P.J.M.G. (CDA), Dijck, A.P.C. van (PVV), Spekman, J.L. (PvdA), Thieme, M.L. (PvdD), Heijnen, P.M.M. (PvdA), ondervoorzitter, Bashir, F. (SP), Sap, J.C.M. (GL), Harbers, M.G.J. (VVD), Plasterk, R.H.A. (PvdA), Groot, V.A. (PvdA), Bemmel, J.J.G. van (PVV), Braakhuis, B.A.M. (GL), Vliet, R.A. van (PVV), Dijkgraaf, E. (SGP), Verhoeven, K. (D66), Koolmees, W. (D66), Huizing, M.E. (VVD) en Schouten, C.J. (CU).

Plv. leden: Broeke, J.H. ten (VVD), Werf, M.C.I. van der (CDA), Gesthuizen, S.M.J.G. (SP), Hijum, Y.J. van (CDA), Leegte, R.W. (VVD), Haverkamp, M.C. (CDA), Graus, D.J.G. (PVV), Bouwmeester, L.T. (PvdA), Ouwehand, E. (PvdD), Veen, E. van der (PvdA), Vacature, (SP), Grashoff, H.J. (GL), Schaart, A.H.M. (VVD), Vermeij, R.A. (PvdA), Smeets, P.E. (PvdA), Beertema, H.J. (PVV), Gent, W. van (GL), Jong, L.W.E. de (PVV), Staaij, C.G. van der (SGP), Koşer Kaya, F. (D66), Pechtold, A. (D66), Ziengs, E. (VVD) en Slob, A. (CU).

Naar boven