32 758 Bezuinigingsmonitor 2011

Nr. 3 LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN

De commissie voor de Rijksuitgaven1 en de vaste commissie voor Financiën2 hebben een aantal vragen voorgelegd aan de Algemene Rekenkamer over het rapport van de Algemene Rekenkamer «Bezuinigingsmonitor 2011» (Kamerstuk 32 758, nr. 2)

De Algemene Rekenkamer heeft deze vragen beantwoord bij brief van 15 juni 2011. Vragen en antwoorden zijn hierna afgedrukt.

De voorzitter van de commissie voor de Rijksuitgaven,

Van Gerven

De voorzitter van de vaste commissie voor Financiën,

Dezentjé Hamming-Bleumink

De griffier van de commissie voor de Rijksuitgaven,

Groen

1

Op de overzichten van de bezuinigingsmonitor worden nu de gevolgen voor de uitgaven weergegeven. De Algemene Rekenkamer geeft ook aan dat de beleidseffecten vaak onduidelijk zijn. Is het mogelijk om één van de gegeven voorbeelden uit te breiden met een extra kolom met de beleidseffecten om zo duidelijk te maken hoe dat er uit zou kunnen zien?

Het is mogelijk om één van de gegeven voorbeelden uit te breiden met een extra kolom met de beleidseffecten.

Wij hebben de minister van Financiën in onze Bezuinigingsmonitor 2011 aanbevolen om jaarlijks te rapporteren over de mate waarin de budgettaire effecten van de maatregelen uit het regeerakkoord zijn gerealiseerd. Daarbij zouden de overzichten bij ons rapport als voorbeeld kunnen dienen.

Tijdens het Verantwoordingsdebat in de Tweede Kamer op 19 mei 2011 heeft de minister van Financiën aangegeven dat hij de Tweede Kamer voortaan zal informeren over de voortgang van de bezuinigingsmaatregelen. De minister gaf aan dat hij dit twee keer per jaar zal doen: bij het financieel jaarverslag over de verantwoording over het afgelopen jaar en op Prinsjesdag.

Gezien de toezegging van de minister van Financiën aan de Tweede Kamer zou het verzoek om de overzichten uit te breiden met beleidseffecten volgens ons in eerste instantie aan de minister van Financiën gericht dienen te worden.

2

Is de Algemene Rekenkamer bekend met de systematiek van inkomsten- en uitgavenkaders en kadertoetsingen? Is de Algemene Rekenkamer zich bewust dat de bezuinigingsopgave verwerkt is in de inkomsten- en uitgavenkaders die zijn vastgesteld bij de startnota? Is de Algemene Rekenkamer zich tevens bewust dat zo lang de rijksinkomsten en -uitgaven in de pas lopen met de gestelde kaders, het kabinet aan de bezuinigingsopgave voldoet? Voelt de Algemene Rekenkamer zich op basis hiervan genoodzaakt de stelling aan te passen dat het kabinet «achterloopt» met de bezuinigingen?

Wij zijn bekend met de systematiek van inkomsten- en uitgavenkaders en kadertoetsingen. Wij zijn ons ervan bewust dat de bezuinigingsopgave is verwerkt in de inkomsten- en uitgavenkaders die zijn vastgesteld bij de startnota en dat de bezuinigingsopgave samenhangt met de realisatie van deze kaders.

In de Bezuinigingsmonitor 2011 hebben we onderzocht in hoeverre de bezuinigingen conform het maatregelpakket in het regeerakkoord zijn ingeboekt. De realisatie van de kaders laten we daarbij buiten beschouwing, omdat dit een breder perspectief betreft dan alleen de budgettaire gevolgen van de maatregelen die zijn weergegeven in de financiële bijlage van het regeerakkoord.

Wij schrijven in het rapport dat van de voorgenomen bezuinigingen uit het regeerakkoord van € 2,9 miljard voor 2011, per 15 maart 2011, € 2,65 miljard is ingeboekt in de Rijksbegroting. Van dit verschil van € 254,4 miljoen wordt € 107 miljoen veroorzaakt door afrondingsverschillen en € 147 miljoen door wijzigingen in de geplande lastenmaatregelen. Over hoe en de mate waarin het nog ontbrekende bedrag wordt ingeboekt en of en hoe de bezuinigingen over 2011 zijn gerealiseerd kunnen wij pas in 2012 rapporteren.

3

Wat voegt de bezuinigingsmonitor volgens de Algemene Rekenkamer toe ten opzichte van de huidige budgettaire nota’s van het kabinet waarin reeds helder wordt gerapporteerd over kadertoetsingen?

In de Bezuinigingsmonitor 2011 analyseren we de omvang en de samenstelling van de verschillende categorieën maatregelen uit het regeerakkoord: de ombuigingen, de intensiveringen, de lasten en de Balkenende IV-maatregelen. De bezuinigingsmonitor bevat daarnaast nieuwe informatie die volgens ons van toegevoegde waarde is voor de Tweede Kamer.

Ten eerste geeft het rapport in één oogopslag een integraal overzicht van de maatregelen. Dit wordt niet bereikt met de bronnen waar de minister van Financiën in zijn reactie op ons rapport naar verwijst. De minister van Financiën wijst op vijf informatiebronnen waarmee de Tweede Kamer wordt of zal worden geïnformeerd over de voortgang van de bezuinigingsmaatregelen:

  • een «tabel à la het Stimuleringspakket» die tweemaal per jaar naar de Tweede Kamer wordt gestuurd, te beginnen bij de Miljoenennota 2012;

  • de verdiepingsbijlage in de departementale begrotingen;

  • de Miljoenennota;

  • het Financieel Jaarverslag van het Rijk;

  • een aparte brief van de minister-president op Verantwoordingsdag 2011.

Deze informatie over de voortgang van de bezuinigingmaatregelen wordt op verschillende momenten en in verschillende stukken naar de Tweede Kamer gestuurd. Daarmee krijgt de Tweede Kamer volgens de Algemene Rekenkamer geen integraal overzicht aangeleverd over de mate waarin het kabinet op koers ligt met het bezuinigingspakket van € 18 miljard en wat daarvan de gevolgen zijn.

Ten tweede ligt de toegevoegde waarde van ons rapport in het feit dat de methodiek die wij hanteren meer informatie biedt. Dit komt omdat wij een niveau dieper gaan dan de minister van Financiën, namelijk tot op het niveau van de gevolgen. De minister van Financiën gaf in zijn reactie op ons rapport aan voornamelijk te willen rapporteren op het niveau van begrotingsartikelen. Ter illustratie noemen wij hier artikel 5 «Menselijke ontplooiing en sociale ontwikkeling» in het overzicht van het Ministerie van Buitenlandse Zaken (§ 4.2.2 uit ons rapport). Dit artikel valt uiteen in 22 afzonderlijke gevolgen die alleen zichtbaar zijn als tot op het niveau van de gevolgen wordt gerapporteerd. Wij achten het van belang dat de Tweede Kamer ook in deze gevolgen inzicht krijgt.

Ten derde geeft het rapport nieuwe informatie over de Balkenende IV-maatregelen in het Regeerakkoord. Voor de jaren 2012 tot en met 2014 is in openbare stukken geen specificatie te vinden van de Balkenende IV-maatregelen en de wijze waarop deze doorwerken in de bezuinigingen zoals voorgenomen in het regeerakkoord. Deze informatie hebben wij daarom opgenomen in het rapport (in tabel 6 op pagina 16). Deze cijfers zijn afkomstig van het Ministerie van Financiën en waren niet eerder voor de Tweede Kamer beschikbaar.

4

Klopt het dat u op deze bladzijden de definitie van lasten aanhoudt zoals deze door het kabinet wordt gebruikt en niet de definitie zoals deze door het CPB wordt aangehouden? Bent u voornemens om ook kritisch naar dit begrip te kijken als het kabinet voortaan zelf een bezuinigingsmonitor presenteert?

In de Bezuinigingsmonitor 2011 hebben we onderzocht in hoeverre de bezuinigingen conform het maatregelpakket in het regeerakkoord zijn ingeboekt. Wij hebben er hierbij voor gekozen de definities en de cijferpresentaties van het kabinet te volgen. Dit geldt ook voor de definitie van de lasten. Hiermee nemen wij overigens geen stelling in de lopende discussies rond dit onderwerp. De keuzes die wij gemaakt hebben in ons onderzoek moeten dan ook niet als zodanig worden opgevat.

Wij zijn op dit moment niet voornemens om naar de invulling van het begrip lasten te kijken als het kabinet voortaan zelf een bezuinigingsmonitor presenteert. Wel zullen we onder meer bezien of het gekozen begrip consistent wordt toegepast.


X Noot
1

Samenstelling:

Leden: Omtzigt, P.H. (CDA), Veen, E. van der (PvdA), Neppérus, H. (VVD), Gerven, H.P.J. van (SP), Voorzitter, Blanksma-van den Heuvel, P.J.M.G. (CDA), Dijck, A.P.C. van (PVV), Broeke, J.H. ten (VVD), Ondervoorzitter, Ouwehand, E. (PvdD), Heijnen, P.M.M. (PvdA), Bashir, F. (SP), Sap, J.C.M. (GL), Harbers, M.G.J. (VVD), Plasterk, R.H.A. (PvdA), Groot, V.A. (PvdA), Braakhuis, B.A.M. (GL), Vliet, R.A. van (PVV), Mulder, A. (VVD), Dijkgraaf, E. (SGP), Verhoeven, K. (D66), Koolmees, W. (D66), Besselaar, I.H.C. van den (PVV), Schouten, C.J. (CU) en Vacature, CDA.

Plv. leden: Knops, R.W. (CDA), Vermeij, R.A. (PvdA), Ziengs, E. (VVD), Gesthuizen, S.M.J.G. (SP), Haverkamp, M.C. (CDA), Gerbrands, K. (PVV), Beek, W.I.I. van (VVD), Thieme, M.L. (PvdD), Monasch, J.S. (PvdA), Irrgang, E. (SP), Grashoff, H.J. (GL), Straus, K.C.J. (VVD), Hamer, M.I. (PvdA), Kuiken, A.H. (PvdA), Gent, W. van (GL), Beertema, H.J. (PVV), Boer, B.G. de (VVD), Staaij, C.G. van der (SGP), Pechtold, A. (D66), Koşer Kaya, F. (D66), Graus, D.J.G. (PVV), Slob, A. (CU), Hijum, Y.J. van (CDA).

X Noot
2

Samenstelling:

Leden: Dezentjé Hamming-Bluemink, I. (VVD), Voorzitter, Omtzigt, P.H. (CDA), Irrgang, E. (SP), Knops, R.W. (CDA), Neppérus, H. (VVD), Blanksma-van den Heuvel, P.J.M.G. (CDA), Dijck, A.P.C. van (PVV), Spekman, J.L. (PvdA), Thieme, M.L. (PvdD), Heijnen, P.M.M. (PvdA), Ondervoorzitter, Bashir, F. (SP), Sap, J.C.M. (GL), Harbers, M.G.J. (VVD), Plasterk, R.H.A. (PvdA), Groot, V.A. (PvdA), Bemmel, J.J.G. van (PVV), Braakhuis, B.A.M. (GL), Vliet, R.A. van (PVV), Dijkgraaf, E. (SGP), Verhoeven, K. (D66), Koolmees, W. (D66), Huizing, M.E. (VVD) en Schouten, C.J. (CU).

Plv. leden: Broeke, J.H. ten (VVD), Werf, M.C.I. van der (CDA), Gesthuizen, S.M.J.G. (SP), Hijum, Y.J. van (CDA), Leegte, R.W. (VVD), Haverkamp, M.C. (CDA), Graus, D.J.G. (PVV), Bouwmeester, L.T. (PvdA), Ouwehand, E. (PvdD), Veen, E. van der (PvdA), Vacature, SP, Grashoff, H.J. (GL), Schaart, A.H.M. (VVD), Vermeij, R.A. (PvdA), Smeets, P.E. (PvdA), Beertema, H.J. (PVV), Gent, W. van (GL), Jong, L.W.E. de (PVV), Staaij, C.G. van der (SGP), Koşer Kaya, F. (D66), Pechtold, A. (D66), Ziengs, E. (VVD) en Slob, A. (CU).

Naar boven