32 716 Evaluatie Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (Wet WIA)

Nr. 24 BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 6 april 2017

Met deze brief wil ik uw Kamer informeren over ontwikkelingen op het gebied van de verzekering voor de Werkhervattingsregeling gedeeltelijk arbeidsgeschikten (WGA) en de Ziektewet (ZW). Ik geef een beeld van de bewegingen in de hybride WGA- en ZW-markten in het licht van wijzigingen in de wet- en regelgeving per 1 januari 2017. Daarnaast breng ik uw Kamer op de hoogte van de uitvoering van de motie van lid Schut-Welkzijn (Kamerstuk 34 336, nr. 8). De motie roept op om te regelen dat bij faillissement van een eigenrisicodragende werkgever, de verzekeraar van deze werkgever zijn re-integratieactiviteiten kan voortzetten.

Ontwikkelingen verzekeringsmarkt

De WGA en ZW kennen een hybride financiering. Werkgevers zijn standaard bij UWV verzekerd. Tweemaal per jaar, op 1 januari en op 1 juli, kunnen zij door middel van een verzoek aan de Belastingdienst eigenrisicodrager worden. Werkgevers die reeds eigenrisicodrager zijn, kunnen de Belastingdienst vragen het eigenrisicodragerschap te beëindigen om terug te keren naar de publieke verzekering bij het UWV.

Wijzigingen wet- en regelgeving per 1 januari 2017

Per 1 januari 2017 zijn twee wijzigingen in werking getreden op de hybride markt WGA. De Wet verbetering hybride markt creëert een evenwichtiger speelveld tussen de publieke verzekering van UWV en de private verzekeringsmarkt. UWV brengt een meer marktconforme premie in rekening bij (middel)grote werkgevers die na een periode van eigenrisicodragerschap terugkeren naar de publieke verzekering. Daarnaast vallen de staartlasten van werkgevers die na een periode van publieke verzekering bij UWV eigenrisicodrager worden niet meer onder het eigen risico van werkgevers (ongeacht hun grootte). Hiermee wordt aangesloten bij de private verzekeringen die de staartlasten ook affinancieren.

Tegelijk zijn, als onderdeel van de Wet beperking ziekteverzuim en arbeidsongeschiktheid vangnetters (BEZAVA), de WGA-vast en WGA-flex aan elkaar gekoppeld. Werkgevers moeten nu dus kiezen voor publieke of private verzekering voor hun gehele WGA-risico. Hiermee worden werkgeversprikkels voor flexwerkers meer in lijn gebracht met die voor vaste werknemers.

Als werkgevers naast eigenrisicodragerschap voor de WGA ook voor eigenrisicodragerschap voor de Ziektewet kiezen, dragen werkgevers zelf de gehele1 verantwoordelijkheid voor de re-integratie bij ziekte. Zij zijn dan zowel voor vast personeel als voor flexwerkers verantwoordelijk voor de re-integratie. De werkgever kan vanaf de eerste ziektedag werken aan de re-integratie van zijn personeel.

Marktbewegingen

In reactie op deze wijzigingen in de wet- en regelgeving hebben veel werkgevers opnieuw een afweging gemaakt voor eigenrisicodragerschap of publieke verzekering. Bij beschouwing van de marktbewegingen moet een onderscheid worden gemaakt tussen de aantallen werkgevers en de verzekerde loonsom. Hieronder beschrijf ik de marktbewegingen per 1 januari 20172. Figuur 1 en 2 geven een overzicht3.

Per 1 januari 2017 heeft een groot aantal werkgevers dat eigenrisicodrager voor de WGA-vast was, besloten terug te keren naar UWV. Per saldo daalt het aantal eigenrisicodragers voor de WGA met 7,0 procentpunt tot 6,7% van het totaal aantal werkgevers. Het zijn met name kleine werkgevers die geen eigenrisicodrager meer zijn. De daling van het aandeel WGA-eigenrisicodragers in de totale loonsom is derhalve relatief beperkt: dit aandeel daalt van 41,2% in 2016 naar 36,9% in 2017.

De bewegingen in de hybride markt voor de ZW hebben een tegengesteld karakter: het aantal ZW-eigenrisicodragers is toegenomen van 1,9% naar 3,3% van het totaal. UWV verwacht dat het aandeel ZW-eigenrisicodragers in de totale loonsom toeneemt van 34,5% in 2016 naar 41,4% in 2017.

Uit contacten met verzekeraars blijkt dat de bewegingen in beide hybride markten deels verklaard worden door nieuw beleid van WGA-verzekeraars ten aanzien van nieuwe eigenrisicodragers. WGA-verzekeraars verlangen van nieuw te verzekeren werkgevers dat zij hun WGA-eigenrisicodragerschap complementeren met ZW-eigenrisicodragerschap. Dit beleid is goed te verklaren vanuit het oogpunt van risicobeheersing: alleen als de werkgever ZW-eigenrisicodrager is, kunnen werkgever en verzekeraar zelf in de eerste twee ziektejaren werken aan re-integratie van flexkrachten, en daarmee hun WGA-instroom effectief beheersen.

Voor werkgevers spelen meerdere factoren een rol bij het besluiten tot een publieke verzekering of eigenrisicodragerschap. Op dit moment zijn de beweegredenen van werkgevers die per 1-1-2017 zijn overgestapt nog grotendeels onduidelijk. Om de betekenis van de marktbewegingen voor het hybride stelsel beter te duiden, ben ik voornemens de beweegredenen van deze groep werkgevers te (laten) onderzoeken.

Re-integratie na faillissement eigenrisicodrager

Tijdens de kamerbehandeling van de Wet verbetering hybride markt WGA is een motie van mevrouw Schut-Welkzijn4 aangenomen (Handelingen II 2015/16, nr. 67, item 23). De motie roept op om, in overleg met verzekeraars, UWV en Belastingdienst, te regelen dat bij faillissement van een eigenrisicodrager, de verzekeraar van deze eigenrisicodrager re-integratieactiviteiten kan voortzetten. In de huidige situatie neemt UWV de wettelijke re-integratieverantwoordelijkheid over na faillissement van een eigenrisicodrager, en heeft het geen ruimte om de verzekeraar bij de re-integratieactiviteiten te betrekken. Ik heb bij de behandeling van deze motie aangegeven dat blijvende betrokkenheid van de verzekeraars in een dergelijke situatie in de rede ligt. De verzekeraar blijft immers ook na faillissement van de verzekerde werkgever verantwoordelijk voor de financiering van de uitkeringen van zieke en arbeidsongeschikte werknemers, en heeft daarmee een prikkel om deze effectief te re-integreren.

Op dit moment werken het Verbond van Verzekeraars, UWV en SZW aan een oplossing waarbij onderlinge afspraken, vastgelegd in een convenant, verdere betrokkenheid van de verzekeraar waarborgen. Momenteel wordt nader onderzocht hoe dergelijke afspraken vorm kunnen krijgen. In ieder geval zal dit wijzigingen in wet- en regelgeving vergen. Ik informeer uw Kamer verder over de voortgang zodra verder concrete stappen kunnen worden gezet.

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, L.F. Asscher


X Noot
1

In de eerste twee jaar door loondoorbetaling bij ziekte en het eigenrisicodragerschap voor de ZW, vervolgens voor de WGA.

X Noot
2

De Belastingdienst werkt nog aan herstel van in eerste instantie foutief aangeleverde garantieverklaringen. Het definitieve beeld voor de WGA kan daarom nog (licht) afwijken van de in deze brief gepresenteerde cijfers. Naar verwachting zijn de effecten van deze herstelacties marginaal.

X Noot
3

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

X Noot
4

Kamerstuk 34 336, nr. 8

Naar boven