32 698 Hoogwaterbeschermingsprogramma

Nr. 64 BRIEF VAN DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 11 maart 2022

De extreme neerslag van juli 2021 met bijbehorende wateroverlast in Limburg zijn zeer ingrijpend geweest voor de betrokkenen. Zowel de materiële als emotionele schade is groot. Veel schade is inmiddels hersteld door bewoners, ondernemers, gemeenten, Waterschap Limburg, Provincie Limburg, Rijkswaterstaat en ProRail. Helaas is dit nog niet voor alle betrokkenen het geval, waardoor de gevolgen nog dagelijks voor veel inwoners merkbaar zijn.

Op 12 oktober 2021 is uw Kamer geïnformeerd over het instellen van de Beleidstafel wateroverlast en hoogwater naar aanleiding van de gebeurtenissen (Kamerstukken 32 698, nr. 62). De beleidstafel heeft als doelstelling te leren van de opgetreden situatie in Limburg en om nu en in de toekomst, beter voorbereid te zijn voor de gevolgen van een periode van extreme neerslag. De beleidstafel benadrukt daarmee het nationaal belang van een veilig Nederland, waarbij proactief en structureel wordt gewerkt aan het verminderen van risico’s op het gebied van waterveiligheid en wateroverlast.

Dit is een blijvend actueel thema. Het Intergovernmental Panel on Climate Change (IPCC) geeft in haar meest recente rapport aan dat klimaatverandering sneller gaat dan eerder verwacht en dat het belangrijk is op adaptatie in te zetten1. Daarnaast geeft het nieuws van de afgelopen weken over diverse wateroverlast-situaties in het land door grote regenval dit belang wederom aan. Met deze brief ontvangt uw Kamer het eerste advies van de Beleidstafel wateroverlast en hoogwater aan. Het rapport is bijgevoegd als bijlage2.

Tevens wordt met deze brief invulling gegeven aan de eerdere toezegging van mijn voorganger uit het Wetgevingsoverleg Water van 22 november 2021. Het betreft de toezegging om in het voorjaar een inhoudelijke reactie op de uitkomsten van de Beleidstafel wateroverlast en hoogwater te delen waarbij op de opgave in Limburg en de inhoudelijke en financiële dilemma's wordt ingegaan.

Eerste advies

De beleidstafel beoogt met dit eerste advies aanbevelingen te doen over korte termijnverbeteringen in het waterbeleid en de uit te werken punten voor het eindadvies.

De neerslag van afgelopen zomer was extreem, en dit kan overal in Nederland voorkomen. Als het buiensysteem van afgelopen zomer volledig boven Nederland was gepositioneerd, in plaats van grotendeels boven België en Duitsland, had de helft van ons land te maken gehad met deze extreme neerslag. Door klimaatverandering nemen klimaatextremen toe en bestaat er een reële kans dat dit soort gebeurtenissen zich vaker voor gaat doen, zoals ook door het KNMI is aangegeven in het Klimaatsignaal»21. Gebleken is dat de watersystemen, ruimtelijke inrichting en crisisbeheersing niet zijn berekend op een situatie van deze omvang. De beleidstafel constateert dat het nu en in de toekomst niet mogelijk zal zijn om alle schade volledig te voorkomen. Wel kunnen we ons zo goed mogelijk voorbereiden op klimaatverandering in Limburg en in de rest van Nederland.

De beleidstafel heeft daartoe in het eerste advies 25 aanbevelingen geformuleerd. De beleidstafel adviseert op hoofdlijnen als volgt:

  • Zorg dat burgers, bedrijven en overheden beter voorbereid zijn op extreme neerslag door transparante en eenduidige informatievoorziening te faciliteren als overheden en daarmee het bewustzijn van de risico’s te vergroten.

  • Verbeter de kwaliteit van monitoring en voorspelling van neerslag en rivierafvoeren. Door de data- en informatievoorziening te verbeteren, zijn waterbeheerders en crisisorganisaties beter in staat tijdig de nodige maatregelen te nemen en burgers, bedrijven en andere organisaties goed te informeren.

  • Houd bij beheer en onderhoud van waterinfrastructuur meer rekening met de kans op het voorkomen van hoogwaterperiodes in de zomer. Informeer elkaar over en weer over groot onderhoud aan de waterinfrastructuur, ook grensoverschrijdend, en stel protocollen op voor beheer en onderhoud in het zomerseizoen.

  • Werk aan een robuust hoofdwatersysteem en regionaal systeem. Verbeter de transparantie over de normering van wateroverlast vanuit regionale watersystemen en verken hoe regionale watersystemen meer aan het toekomstig klimaat kunnen worden getoetst.

  • Houd bij de ruimtelijke inrichting van Nederland beter rekening met de kans op voorkomen en de gevolgen van extreme neerslagsituaties. Waar we voorheen vaak watersystemen hebben aangepast aan de gewenste functies in een gebied, moeten we water en bodem nu meer centraal stellen in de inrichting van Nederland om beter om te gaan met klimaatextremen.

  • Benut bestaande en toekomstige internationale samenwerking in het verbeteren van de klimaatrobuustheid van de stroomgebieden van de Maas en de Rijn.

Het advies betreft een eerste set van aanbevelingen die gebaseerd zijn op waarnemingen van afgelopen juli. Ik onderschrijf het belang van deze aanbevelingen. Tevens wordt gewerkt aan een uitgebreide analyse waarin de gebeurtenissen van afgelopen zomer nader worden onderzocht. Dit is een complexe analyse die nog niet is afgerond. Op basis van de eerste resultaten is al wel duidelijk dat er een fundamenteel andere aanpak nodig is om de beekdalen beter te beschermen tegen wateroverlast in Limburg.

Op basis van de uitgebreide analyse zullen mogelijke maatregelen worden geformuleerd om wateroverlast in de toekomst zoveel mogelijk te beperken en het regionaal systeem klimaatrobuust te maken. Dit komt terug in het eindadvies.

Er is aan de beleidstafel afgesproken dat geadviseerde maatregelen worden meegenomen in bestaande programma’s en trajecten. Daarnaast zijn in het coalitieakkoord extra middelen gereserveerd voor de beekdalen van de zijrivieren van de Maas. De inzet van deze middelen wordt samen met de betrokken regionale partijen uitgewerkt. De inhoudelijke onderbouwing van de benodigde maatregelen in Limburg worden onder meer gebaseerd op de uitgebreide analyse en bijbehorende aanbevelingen van de beleidstafel.

Proces totstandkoming eerste advies

De aanbevelingen in het eerste adviesrapport zijn opgesteld in samenwerking met alle betrokken partijen. Daarnaast heeft het Overlegorgaan van de Fysieke Leefomgeving (OFL) en een voor de beleidstafel opgezette wetenschappelijke klankbordgroep (WK) van het Expertise Netwerk Waterveiligheid (ENW) naar de aanbevelingen gekeken en hierover advies uitgebracht. Het OFL vertegenwoordigt een brede groep belangengroepen en maatschappelijke organisaties. De WK bestaat uit onafhankelijke adviseurs uit de academische wereld. Deze adviesrapporten worden gepubliceerd op de website van het OFL3 en het ENW4.

Het eerste advies is op 3 februari 2022 vastgesteld door de Beleidstafel en op 9 maart 2022 bekrachtigd door de Stuurgroep Water.

Vervolg

De verwachting is dat aan het eind van 2022 het eindadvies met uw Kamer gedeeld kan worden. In dit eindadvies zal de beleidstafel onder meer ingaan op concrete opties om het waterbewustzijn te vergroten, een verdere uitwerking van maatregelen in Zuid-Limburg, de impact van extreme neerslag op andere locaties in Nederland en een nadere concretisering van aanbevelingen rond water en bodem als sturend principe in de ruimtelijke ordening.

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat, M.G.J. Harbers

Naar boven