32 646 Maximumsnelheden hoofdwegennet

Nr. 14 BRIEF VAN DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN MILIEU

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 6 december 2011

Uw vaste commissie voor Infrastructuur en Milieu heeft mij verzocht het onderzoek naar verkeersveiligheideffecten van de snelheidsverhoging en alle bijbehorende stukken te doen toekomen, die dagblad De Pers met een beroep op de Wet openbaarheid van bestuur (hierna: Wob) heeft opgevraagd. Hierbij voldoe ik aan dat verzoek.

Het Wob-verzoek betreft documenten die betrekking hebben op verkeersveiligheid of verkeersemissies voor luchtkwaliteit bij de verhoging van de maximumsnelheid naar 130 km/h en de snelheidsverhoging op de 80 km zones naar 100 km/h. Het Wob-verzoek betreft de periode tussen 7 juni 2010, de datum die aangegeven staat in het Wob-verzoek, en 4 augustus 2011, de datum waarop het Wob-verzoek ingediend werd. Hierbij ontvangt u de documenten die 7 oktober jl. volledig of gedeeltelijk openbaar gemaakt zijn1. Deze documenten zijn sinds die datum ook beschikbaar op rijksoverheid.nl.

Bij mijn brief van 28 november jl. (Kamerstuk 32 646, nr. 13) over de landelijke uitrol snelheidsverhoging heb ik de eindrapportage van Rijkswaterstaat bijgevoegd. Aan deze rapportage liggen een aantal deelrapporten ten grondslag, die vanaf 28 november jl. uiteraard ook openbaar zijn. Deze deelrapporten kan ik ook aan u beschikbaar stellen.

De minister van Infrastructuur en Milieu,

M. H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus


X Noot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Naar boven