Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 19 september 2016
Hierbij beantwoord ik uw brief van 6 september 2016 waarin Kamerlid Voortman (Groenlinks)
verzoekt om een brief naar aanleiding van het Volkskrant artikel «Farmaceuten betalen
miljoenen aan artsen» van 3 september 2016 (Handelingen II 2015/16, nr. 107, Regeling
van werkzaamheden).
De Volkskrant heeft een onderzoek gedaan naar betalingen van farmaceutische bedrijven
aan artsen met behulp van gegevens uit het Transparantieregister Zorg, die in april
2016 zijn gepubliceerd over het jaar 2015. Dit heeft een ranglijst met 2.400 artsen
opgeleverd die gezamenlijk € 5,6 miljoen ontvingen van farmaceutische bedrijven voor
met name dienstverlening en gastvrijheid.
Volgens artikel 94 van de Geneesmiddelwet is gunstbetoon verboden, tenzij het valt
onder een van de vier uitzonderingen en mits het binnen redelijke perken blijft, zoals
vastgesteld in de Beleidsregels Gunstbetoon. Dienstverlening en gastvrijheid zijn
twee van deze uitzonderingen. Daarin moeten beroepsbeoefenaren en farmaceutische bedrijven
hun verantwoordelijkheid nemen. Het is belangrijk dat partijen dit doen. In de gedragscode
Geneesmiddelenreclame van de Stichting Code Geneesmiddelenreclame (CGR), waar de Nederlandse
farmaceutische industrie bij is aangesloten, zijn bepalingen opgenomen over transparantie.
Het Transparantieregister Zorg geeft inzicht in betaalde samenwerkingen tussen beroepsbeoefenaren
en farmaceutische bedrijven. Het is goed dat we een Transparantieregister Zorg hebben
en dat we informatie hebben over de bedragen die worden betaald. Nederland loopt in
Europa voorop met het maken van afspraken over transparantie. Het aantal bedrijven
dat financiële relaties meldt, wordt met het jaar groter. Ook moeten er nu meer financiële
relaties gemeld worden. Deze inzichtelijkheid die met het Transparantieregister Zorg
wordt geboden, stelt onderzoeksjournalisten, zoals die van de Volkskrant, in staat
om in artikelen aandacht te schenken aan hetgeen ze constateren. De hoogte van de
bedragen die beroepsbeoefenaren ontvangen, is een probleem als deze niet in verhouding
staan tot de geleverde werkzaamheden en beïnvloeding van artsen tot gevolg hebben.
Het artikel in de Volkskrant is derhalve juist een voorbeeld dat het Transparantieregister
Zorg werkt. Zonder het Transparantieregister Zorg was het voor de media/journalistiek
en dus voor de maatschappij veel moeilijker om dit soort gegevens te achterhalen.
Een goed voorbeeld waarbij de farmaceutische industrie haar verantwoordelijkheid neemt,
is dat GlaxoSmithKline (GSK), een groot farmaceutisch bedrijf, zelf initiatief neemt
om niet meer de randen van de wet op te zoeken, maar juist daar steeds meer afstand
van te nemen. GSK is gestopt met het betalen van artsen voor het houden van spreekbeurten.
Ook betaalt GSK geen reis- en verblijfskosten meer.1
Los van de afspraken binnen de sector zelf, is er altijd nog de IGZ die toeziet op
handhaving van de Geneesmiddelenwet. De IGZ heeft gegevens opgevraagd van de artsen
in de top-10 en onderzoekt of zij de Geneesmiddelenwet hebben overtreden. Ik kan niet
op de resultaten van dit onderzoek vooruitlopen.
Ik bestudeer de suggesties die de onderzoekers doen om het Transparantieregister Zorg
verder te verbeteren en zal daarom ook contact opnemen met de Stichting Code Geneesmiddelenreclame
om met hen te bespreken welke verbeterstappen zij op hun programma hebben.
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E.I. Schippers