De memorie van antwoord heeft de commissie aanleiding gegeven tot het maken van de
volgende opmerkingen en tot het stellen van de volgende vragen.
1. Inleiding
De leden van de PvdA-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de antwoorden van de regering
met betrekking tot de Wijziging van de Visserijwet 1963. Deze leden beschouwen de
reactie als een stap in de goede richting en hebben een aantal aanvullende vragen.
De leden van de SP-fractie, de leden van de GroenLinks-fractie en het lid van de PvdD-fractie sluiten zich aan bij deze vragen.
2. Strafmaat
De regering gaat er van uit dat de opname van visstroperij in de Wet op de economische
delicten een ontmoedigende werking heeft op potentiële visstropers. Hoe beoordeelt
de regering in dit verband de hoogte van de boetes? Is de regering het met de leden
van de PvdA-fractie eens, dat deze boetes in relatie tot de opbrengsten van de visstroperij
te laag zijn en dat daar de facto geen ontmoedigende werking van uit gaat? Is de regering bereid om over de beoogde
delicten en de strafmaat in overleg te treden met het Openbaar Ministerie?
3. Heterdaadbepaling
Wat zijn de redenen voor de regering om in dit geval te kiezen voor een heterdaadbepaling?
Is de regering het met de leden van de PvdA-fractie eens, dat de heterdaadbepaling
in de praktijk de bestrijding van de visstroperij bemoeilijkt? Als er in een concrete
situatie sterke aanwijzingen zijn voor visstroperij is strafvervolging zonder heterdaad
immers niet mogelijk.
4. Aanduiding herkomst vis
Is de regering bereid om te stimuleren, dat de restaurants uit vrije wil gaan aangeven
waar zij de vis hebben gekocht? Gaat de regering bevorderen dat er in de sector een
convenant wordt afgesproken? Immers, dit geeft duidelijkheid aan de consument en er
kan een certificerende werking van uit gaan. Welke acties kan de regering in dit verband
ondernemen?
De leden van de vaste commissie voor Economische Zaken, Landbouw en Innovatie verzoeken
de regering de nadere memorie van antwoord vóór 5 maart 2012 aan de Eerste Kamer te
zenden.
De voorzitter van de vaste commissie voor Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, Kneppers-Heynert
De griffier van de vaste commissie voor Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, De Boer