Aan de leden
Den Haag, 8 december 2010
Het Presidium legt hierbij aan u voor twee voorstellen van de commissie voor de Werkwijze tot wijziging van het Reglement
van Orde in verband met de staatkundige vernieuwing van het Koninkrijk (kamerstuk 32 571, nr. 2 en kamerstuk 32 572, nr. 2) met ingang van 10 oktober 2010.
De nieuwe staatkundige structuur van het Koninkrijk zoals neergelegd in het per 10 oktober 2010 gewijzigde Statuut van het
Koninkrijk (Stb. 2010, 333), noopt tot een aantal wijzigingen van het Reglement van Orde van de Tweede Kamer. Zo bevat het Reglement van Orde bepalingen
over de vaste commissie voor Nederlands-Antilliaanse en Arubaanse Zaken, het parlementair overleg Koninkrijksrelaties, de
zitplaatsen van bijzonder gedelegeerden, het spreekrecht van Gevolmachtigde Ministers en bijzondere gedelegeerden, de vaststellingen
van Rijkswetgeving en de goedkeuring van verdragen. Deze bepalingen dienen te worden aangepast aan het feit dat er nu drie
Koninkrijkspartners zijn in plaats van twee. Tegelijk met deze aanpassingen kunnen ook enige technische onvolkomenheden in
de betrokken bepalingen hersteld worden.
Het Presidium is met de commissie voor de Werkwijze van mening dat, gelet op artikel 153 vierde lid van het Reglement van
Orde, deze voorstellen tot wijziging van het Reglement van Orde van eenvoudige aard zijn.
Het Presidium stelt u voor om in te stemmen met beide voorstellen tot wijziging van het Reglement van Orde (kamerstuk 32 571, nr. 2 en kamerstuk 32 572, nr. 2).
De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal,
G. A. Verbeet
De griffier van de Tweede Kamer der Staten-Generaal,
J. E. Biesheuvel-Vermeijden