32 558 Wijziging van diverse onderwijswetten in verband met onder meer afschaffen van de verblijfsduurbeperking in het voortgezet onderwijs, bewaken van de examenkwaliteit in het voortgezet onderwijs en het voortgezet algemeen volwassenenonderwijs, alsmede uitbreiding van de staatsexamenmogelijkheden

Nr. 8 NOTA VAN WIJZIGING

Ontvangen 25 februari 2011

Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:

A

In de considerans worden de volgende wijzigingen aangebracht:

1. De zinsnede «dat de bewaartermijn voor examens in het voortgezet onderwijs moet worden verruimd;» vervalt.

2. Toegevoegd wordt een zinsnede, luidend: dat overeenkomstige wijzigingen dienen te worden aangebracht in de BES-wetten;.

B

In artikel I, onderdeel B, worden de volgende wijzigingen aangebracht:

1. De aanhef komt te luiden: In artikel 29 worden de volgende wijzigingen aangebracht:.

2. Na de aanhef wordt ingevoegd:

1. Aan het eerste lid wordt een volzin toegevoegd, luidende:

Het eindexamen kan voor elk vak, intrasectoraal of intersectoraal programma of ander programma- onderdeel bestaan uit een schoolexamen, uit een centraal examen dan wel beide.

3. Na deze volzin wordt ingevoegd:

2. Na het eerste lid worden twee leden ingevoegd, luidende:.

4. Artikel 29, lid 1a, komt te luiden:

1a. Indien ten aanzien van een schoolsoort of leerweg het gemiddelde verschil tussen de cijfers van het centraal examen en het schoolexamen over een periode van drie jaren meer dan een half punt bedraagt, kan Onze Minister in afwijking van het eerste lid besluiten dat het bevoegd gezag voor een periode van twee jaren leerlingen niet in de gelegenheid stelt een eindexamen af te leggen in de desbetreffende schoolsoort of leerweg.

5. In artikel 29, lid 1b, wordt voor de slotpunt ingevoegd: voor zover dat verschil meer dan een half punt bedraagt.

C

In artikel I, onderdeel D, wordt onder 2 na «het vijfde lid» ingevoegd: van artikel 60.

D

In plaats van artikel IV worden drie nieuwe artikelen ingevoegd, luidende:

ARTIKEL IV. WIJZIGING LEERPLICHTWET BES

De Leerplichtwet BES wordt gewijzigd als volgt:

A

In artikel 11, eerste lid, wordt de zinsnede «dan wel een bij de wet geregelde combinatie van leren en werken verzorgt» vervangen door:, een bij de wet geregelde combinatie van leren en werken, dan wel een onderwijsprogramma als bedoeld in artikel 62, derde lid, onderdeel d, van de Wet voortgezet onderwijs BES verzorgt.

B

In artikel 13, eerste lid, wordt «respectievelijk het volledige programma van de combinatie leren en werken te volgen dat door die school of instelling wordt aangeboden» vervangen door: , het volledige programma van de combinatie leren en werken, respectievelijk het onderwijsprogramma, bedoeld in artikel 62, derde lid, onderdeel d, van de Wet voortgezet onderwijs BES, te volgen dat door die school of instelling wordt aangeboden.

ARTIKEL IVa. WIJZIGING WET EDUCATIE EN BEROEPSONDERWIJS BES

In de Wet educatie en beroepsonderwijs BES wordt na artikel 6.2.2 een nieuw artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 6.2.2a. Ontneming recht op examinering educatie; waarschuwing

1. Onze Minister kan aan een instelling het recht op examinering van een opleiding educatie als bedoeld in artikel 7.3.1, eerste lid, onderdeel a, ontnemen, indien

a. de kwaliteit van de examens van die opleiding langer dan één jaar onvoldoende is geweest, of

b. niet of niet meer wordt voldaan aan hetgeen bij of krachtens deze wet is bepaald ten aanzien van de examens.

2. Bij de ontneming van het recht, bedoeld in het eerste lid, wordt bepaald met ingang van welk tijdstip dit geschiedt. Onze Minister maakt de ontneming van het recht, bedoeld in het eerste lid, openbaar.

3. Voordat Onze Minister een besluit als bedoeld in het eerste lid neemt, geeft hij het bevoegd gezag een waarschuwing op grond van zijn bevindingen over de kwaliteit van de examinering, onder bepaling van de termijn waarbinnen aan die waarschuwing gevolg moet zijn gegeven. Onze Minister maakt de waarschuwing openbaar.

4. Het bevoegd gezag kan niet eerder dan na verloop van drie studiejaren na het besluit tot ontneming, bedoeld in het eerste lid, het recht op examinering opnieuw verkrijgen. Artikel 1.4.2 is van overeenkomstige toepassing.

ARTIKEL IVb. WIJZIGING WET VOORTGEZET ONDERWIJS BES

De Wet voortgezet onderwijs BES wordt gewijzigd als volgt:

A

In artikel 64 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

1. In het opschrift wordt «en verblijfsduur» vervangen door: ; verblijfsduur praktijkonderwijs.

2. In het vijfde lid vervallen de eerste en tweede volzin.

3. In het vijfde lid wordt in de tweede volzin (nieuw) «derde volzin» vervangen door: eerste volzin.

4. In het vijfde lid wordt in de derde volzin (nieuw) «vierde volzin» vervangen door: tweede volzin.

5. Het zesde tot en met twaalfde lid vervallen, onder vernummering van het dertiende lid tot zesde lid.

B

In artikel 72 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

1. Aan het eerste lid wordt een volzin toegevoegd, luidende:

Het eindexamen kan voor elk vak, intrasectoraal of intersectoraal programma of ander programma- onderdeel bestaan uit een schoolexamen, uit een centraal examen dan wel beide.

2. Na het eerste lid worden twee leden ingevoegd, luidende:

1a. Indien ten aanzien van een schoolsoort of leerweg het gemiddelde verschil tussen de cijfers van het centraal examen en het schoolexamen over een periode van drie jaren meer dan een half punt bedraagt, kan Onze Minister in afwijking van het eerste lid besluiten dat het bevoegd gezag voor een periode van twee jaren leerlingen niet in de gelegenheid stelt een eindexamen af te leggen in de desbetreffende schoolsoort of leerweg.

1b. Onze Minister besluit of toepassing wordt gegeven aan lid 1a nadat het bevoegd gezag van de school gedurende een periode van ten minste drie jaar de gelegenheid heeft gehad, het gemiddelde verschil, bedoeld in lid 1a, ongedaan te maken, voor zover dat verschil meer dan een half punt bedraagt.

C

In artikel 112 wordt na het eerste lid een lid ingevoegd, luidende:

1a. Artikel 72, leden 1a en 1b, zijn van overeenkomstige toepassing op de bevoegdheid het eindexamen af te nemen, bedoeld in het eerste lid.

D

1. In artikel 116, eerste lid, wordt het gedeelte na «hoger algemeen voortgezet onderwijs» vervangen door: , voor middelbaar algemeen voortgezet onderwijs en voor voorbereidend beroepsonderwijs, als bedoeld in artikel 72, eerste lid.

2. Aan het vijfde lid van artikel 116 wordt een volzin toegevoegd luidende: Tevens kan daarbij worden bepaald dat dit bedrag is verschuldigd door het bevoegd gezag van een school ten aanzien waarvan toepassing is gegeven aan artikel 72, lid 1a, of door het bevoegd gezag van een instelling ten aanzien waarvan toepassing is gegeven aan artikel 6.2.2a, eerste lid, van de Wet educatie en beroepsonderwijs BES.

Toelichting

Deze nota van wijziging wordt ingediend mede namens de minister van Economische Zaken, Innovatie en Landbouw. Zij houdt het volgende in:

  • 1. aanpassing van de considerans van het wetsvoorstel in verband met de wijzigingen, voorgesteld in onderdeel D van deze nota van wijziging;

  • 2. verduidelijking van de tekst van artikel I, onderdeel B, van het wetsvoorstel, conform het voorstel van de leden van de CDA-fractie in het Verslag bij het wetsvoorstel, en aanvulling van artikel 29, eerste lid, van de WVO met de begrippen «schoolexamen» en «centraal examen», ontleend aan het Eindexamenbesluit v.w.o.-h.a.v.o.-m.a.v.o.-v.b.o.;

  • 3. een redactionele verbetering in artikel I, onderdeel D, van het wetsvoorstel;

  • 4. schrapping van artikel IV (wijzigingen WOT) omdat inmiddels door het wetsvoorstel diplomaregister de regels over het bewaren van examengegevens als geheel worden gewijzigd en het mijn voorkeur heeft, in het kader van dát wetsvoorstel met het Parlement van gedachten te wisselen over het bewaren van die gegevens;

  • 5. toevoeging van wijzigingen in de BES-wetgeving, overeenkomend met de voorgestelde wijzigingen van de Wet op het voortgezet onderwijs, de Wet educatie en beroepsonderwijs en de Leerplichtwet 1969.

De minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

J. M. van Bijsterveldt-Vliegenthart

Naar boven