32 553 EU-voorstel: Wijziging verordening voedseldistributie aan de meest behoeftigen – COM(2010)486

D VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVELEG

Vastgesteld 12 december 2011

De vaste commissies voor Economische Zaken, Landbouw en Innovatie1 en voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid2 hebben op 1 november 2011 in een gezamenlijke vergadering gesproken over de Wijziging van Verordening (EG) nr. 1290/2005 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid, en van Verordening (EG) nr. 1234/2007 houdende een gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten en specifieke bepalingen voor een aantal landbouwproducten («Integrale-GMO-verordening»), ten aanzien van de voedselverstrekking aan de meest behoeftigen in de Gemeenschap3.

Naar aanleiding daarvan hebben zij de staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie op 16 november 2011 een brief gestuurd.

De staatssecretaris heeft op 9 december 2011 gereageerd.

De commissies brengen bijgaand verslag uit van het gevoerde schriftelijk overleg.

De griffier voor dit verslag,

Kim van Dooren

BRIEF AAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN, LANDBOUW EN INFRASTRUCTUUR5

Den Haag, 16 november 2011

De commissies voor Economische Zaken, Landbouw en Innovatie en voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid hebben op 1 november jl. in een gezamenlijke vergadering gesproken over de Wijziging van Verordening (EG) nr. 1290/2005 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid, en van Verordening (EG) nr. 1234/2007 houdende een gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten en specifieke bepalingen voor een aantal landbouwproducten («Integrale-GMO-verordening»), ten aanzien van de voedselverstrekking aan de meest behoeftigen in de Gemeenschap COM(2010)4864.

In de Tweede Kamer is op 12 oktober 2011 een motie door de leden Grashoff en Koopmans5 ingediend waarin de regering verzocht wordt om medewerking te verlenen aan een redelijke overgangsregeling, aangezien het wegvallen van de regeling er toe leidt dat in een aantal EU-landen voedselbanken in acute problemen komen.

De motie vraagt om een overgangsregeling voor de jaren 2012 en 2013 ten aanzien van het Europese programma voor voedselhulp aan de minstbedeelden in Europa. Dit programma is na 25 jaar plotseling beëindigd, waardoor voedselbanken in onder meer Oost-Europa per 1 januari 2012 geen voedsel meer kunnen verstrekken aan mensen die in armoede leven. In uw reactie op motie van 14 oktober j.l.6 aan de Tweede Kamer geeft u aan deze motie niet uit te zullen voeren, omdat het kabinet een nieuwe basis voor een sociaal programma in de EU onwenselijk vindt uit het oogpunt van subsidiariteit. Sociaal beleid behoort volgens het kabinet tot de nationale bevoegdheid van de individuele EU-lidstaten.

Zowel het Poolse voorzitterschap als de Raad van Ministers stellen dat een tijdelijke oplossing voor 2012 en 2013 volledig losstaat van de periode na 2013 en geen nieuwe verdragsbasis betekent voor sociaal beleid op Europees niveau.

Tijdens de Landbouwraad van 14 november jl. is gebleken dat Duitsland – dat de Nederlandse bezwaren tegen het voorgestelde nieuwe voedselhulpprogramma deelt – wel gevoelig is gebleken voor de hardheid van een plotselinge beëindiging van het bestaande voedselhulpprogramma per 1 januari 2012 en derhalve in kan stemmen met de tijdelijke regeling voor de duur van twee jaar. Hiermee heeft de tijdelijke regeling, die nog formeel moet worden vastgesteld, naar het zich laat aanzien een gekwalificeerde meerderheid gekregen.

De leden van fractie van GroenLinks, gesteund door de fracties van de PvdA, SP en ChristenUnie vragen u in dit licht waarom u de motie niet uitvoert, door in Europees verband in te stemmen met een overgangsregeling voor de periode 2012/2013 en tegelijkertijd duidelijk te maken dat de verordening per 2014 haar geldigheid verliest.

De leden van de vaste commissies voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid en Economische Zaken, Landbouw en Innovatie zien met belangstelling uit naar uw reactie en vernemen het antwoord graag binnen vier weken na dagtekening van deze brief.

De voorzitter van de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

Dr. Joyce Sylvester

De voorzitter van de vaste commissie voor Economische Zaken, Landbouw en Innovatie,

Prof. mr. dr. E. M. Kneppers-Heynert

BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN, LANDBOUW EN INNOVATIE

Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 9 december 2011

In deze brief beantwoord ik de vraag van de Vaste Kamercommissies voor EL&I en SZW aangaande een hernieuwd verzoek tot uitvoering van de motie Grashoff/Koopmans (TK 21 501-32, nr.  522) naar aanleiding van de Landbouwraad van 14 november jl. (uw brief d.d. 16 november 2011). In de genoemde motie Grashoff/Koopmans wordt de regering verzocht om medewerking te verlenen aan een overgangsregeling voor de minstbedeeldenregeling voor de jaren 2012 en 2013.

Zoals reeds aangegeven in mijn brief in reactie op de motie (TK 21 501-32, nr.  526), betreft dit een principieel vraagstuk. Namelijk of Nederland steun zou moeten geven aan een communautair gefinancierd en vormgegeven sociaal zekerheidsvangnet voor de minstbedeelden. Het kabinet is van oordeel dat het domein van de sociale zekerheid een nationale bevoegdheid van de individuele Europese lidstaten moet blijven. Op basis van subsidiariteit is een Europees voedselprogramma met een duidelijk binnenlands karakter daarom niet gewenst.

U schrijft dat zowel het Pools Voorzitterschap als de Raad van Ministers stellen dat een tijdelijke oplossing voor 2012 en 2013 volledig losstaat van de periode na 2013 en geen nieuwe verdragsbasis betekent voor sociaal beleid op Europees niveau. Duitsland en Frankrijk hebben echter samen een verklaring afgelegd waarin zij o.a. een verband leggen met het wetgevingsvoorstel voor een nieuw minstbedeeldenprogramma ná 2013 (bijgevoegd). Mogelijk komt de Europese Commissie één dezer dagen met een aangepast voorstel. Mocht dat het geval zijn, zal ik het kabinetsstandpunt daarover op de gebruikelijke wijze kenbaar maken.

De staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie

H. Bleker

Bijlage Raadsverklaring van 14 november 2011 van Frankrijk en Duitsland:

The EU regulation regarding the distribution of food products to the most deprived persons relies on the distribution of products from Union intervention stocks supplemented, on a temporary basis, by purchases on the market. Successive reforms of the CAP and market evolutions have resulted in a progressive reduction in intervention stocks, as well as the range of products available.

Recognizing the importance of the work of charity organizations in Member States using the current program, France and Germany agree to continue the program for a transition period ending definitely on 31 December 2013 in order to allow these organizations to take into account this new situation. In this context, France and Germany welcome the ongoing exchange of views between their charity organizations.

However, given the discussion in the Council, France and Germany consider that the conditions are not met for a proposal of a new program for a period post 2013 to be presented by the Commission and adopted by the Council. This is why both countries can’t agree with legal and financial proposals by the Commission of such a program in the future.


X Noot
1

Samenstelling Economische Zaken, Landbouw en Innovatie:

Holdijk (SGP), Kneppers-Heynert (VVD) (voorzitter), Terpstra (CDA), Noten (PvdA) (vice-voorzitter), Sylvester (PvdA), Essers (CDA) Thissen (GL), Nagel (50PLUS), Elzinga (SP), Koffeman (PvdD), Reuten (SP), Schaap (VVD), Smaling (SP), Flierman (CDA), Hoekstra (CDA), Van Boxtel (D66), Backer (D66), Vos (GL), De Lange (OSF), Schrijver (PvdA), Postema (PvdA), Vlietstra (PvdA), Klever (PVV), Van Strien (PVV), Faber-van de Klashorst (PVV), Ester (CU), Van Rey (VVD), Bröcker (VVD) en Beckers (VVD).

X Noot
2

Samenstelling Sociale Zaken en Werkgelegenheid:

Holdijk (SGP), Kneppers-Heijnert (VVD), Terpstra (CDA), Noten (PvdA), Sylvester (PvdA) (voorzitter), Thissen (GL), Nagel (50PLUS), Ruers (SP), Elzinga (SP), Koffeman (PvdD), Strik (GL), Flierman (CDA), Hoekstra (CDA), Scholten (D66), Backer (D66), De Lange (OSF), Sent (PvdA), Postema (PvdA), Klever (PVV) (vice-voorzitter), Van Dijk (PVV). Reynaers (PVV), Ester (CU), De Grave (VVD), Van Rey (VVD) en Beckers (VVD).

X Noot
3

Dossiernummer E080128 op www.europapoort.nl; gewijzigd voorstel COM(2010)486 en tweede gewijzigd voorstel COM(2011)634 zijn bij dit verslag opgenomen.

X Noot
4

Dossiernummer E080128 op www.europapoort.nl

X Noot
5

Kamerstukken II 2011/12, 21 501-32, nr.  522.

X Noot
6

Kamerstukken II 2011/12, 21 501-32, nr.  526.

Naar boven