32 521 Introductie van een regeling die het mogelijk maakt oudere belastingplichtigen een tegemoetkoming te verstrekken met het oog op compensatie van koopkrachtverlies als gevolg van beleidsmaatregelen (Wet mogelijkheid koopkrachttegemoetkoming oudere belastingplichtigen)

Nr. 11 BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 18 april 2012

In uw brief van 11 april jl. verzocht u mij om binnen 2 weken in aanvulling op de gestelde schriftelijke vragen door het lid Groot een reactie te geven op de berichtgeving in de Volkskrant van 5 april 2012: «In het buitenland wonende AOW-er houdt recht op koopkrachttegemoetkoming». U verzocht mij specifiek in te gaan op de budgettaire consequenties en hoe deze uitspraak samenhangt met het kritische advies van de Raad van State inzake het wetsvoorstel (Kamerstuk 32 521).

Het artikel in de Volkskrant verwijst naar een uitspraak van de rechtbank Haarlem in een aantal zaken over de exporteerbaarheid van de tegemoetkoming op grond van de Wet mogelijkheid koopkrachttegemoetkoming oudere belastingplichtigen (MKOB). De rechtbank heeft geoordeeld dat de MKOB geen maatregel in de fiscale sfeer is, maar dat het een uitkering bij ouderdom is die onder de sociale zekerheid valt. De Sociale Verzekeringsbank overweegt thans of er hoger beroep wordt ingesteld tegen de uitspraak van de rechtbank. Hierop wil ik niet vooruit lopen.

De minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, H. G. J. Kamp

Naar boven