32 513 Verslagen van de commissie voor de Verzoekschriften en de Burgerinitiatieven

Nr. 12 VERSLAG OVER HET VERZOEKSCHRIFT 1 VAN W. J. TE B.2 BETREFFENDE KWIJTSCHELDING VAN EEN BELASTINGSCHULD

Vastgesteld 23 september 2010

Klacht

Verzoeker vindt het onjuist dat de Belastingdienst hem geen kwijtschelding verleent voor aanslagen inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen over de jaren 2004 en 2005.

Feiten

Beide aanslagen zijn in 2006 respectievelijk 2007 opgelegd omdat is gebleken dat verzoeker te hoge voorlopige teruggaven zijn toegekend op basis van zijn aangiften. Over het jaar 2004 heeft verzoeker meer inkomsten gehad dan hij heeft ingevuld in zijn aangifte; over het jaar 2005 heeft de inspecteur van de Belastingdienst arbeidskorting teruggevorderd omdat het inkomen in een verkeerde rubriek was ingevuld. De ontvanger van de Belastingdienst heeft een beschikking getroffen op 27 september 2007 waarin is bepaald dat verzoeker niet in aanmerking komt voor kwijtschelding maar dat geen invorderingsmaatregelen zullen worden getroffen als hij € 1 269 betaalt. Verzoeker heeft niets op de aanslagen betaald. In augustus 2009 is namens hem een verzoek ingediend om in het kader van de sanering van schulden finale kwijtschelding te verlenen na betaling van € 1 500. De ontvanger heeft dit verzoek afgewezen omdat het aan verzoeker is te wijten dat de belastingaanslagen niet kunnen worden voldaan en omdat zijn betalingscapaciteit voldoende is. Voor het afzien van verdere invorderingsmaatre gelen is volgens de ontvanger dan ook geen aanleiding meer. Het beroepschrift tegen deze beslissing heeft de directeur van de Belastingdienst afgewezen.

Overwegingen

Verzoeker voert aan dat bij de afwijzing van de kwijtschelding geen rekening is gehouden met zijn aanbod tot mondelinge toelichting en het aanbod van hulp van instanties. De voldoening van de aanslagen is voor hem een niet te overzien probleem.

De minister van Financiën stelt zich op het standpunt dat de beslissingen van de ontvanger en van de directeur van de Belastingdienst in overeenstemming zijn met de wet- en regelgeving met betrekking tot de invordering. Verzoeker heeft nog niets op de aanslagen betaald. Aan verzoeker zal gedurende een korte termijn de gelegenheid worden gegeven om aan de voorwaarden van voornoemde beschikking te voldoen.

Oordeel van de commissie3

Niet gebleken is dat de Belastingdienst de klacht van verzoeker onzorgvuldig heeft behandeld of onvoldoende heeft gemotiveerd. De afwijzing van het beroepschrift is overeenkomstig de Leidraad Invordering 2008. Verzoeker krijgt ook de gelegenheid alsnog aan de voorwaarden van de beschikking van 27 september 2007 te voldoen. Daarmee wordt voldoende tegemoetgekomen aan de klacht van verzoeker.

Voorstel aan de Kamer

Er is geen aanleiding om de Kamer een voorstel te doen.

De fungerend voorzitter van de commissie,

Van Gent

De griffier van de commissie,

De Gier


XNoot
1

Dit adres en de stukken welke de commissie bij haar onderzoek ten dienste hebben gestaan, liggen op het commissiesecretariaat Verzoekschriften, Lange Poten 4, Den Haag, ter inzage van de leden.

XNoot
2

Naam en adres van verzoeker zijn de commissie bekend.

XNoot
3

De commissie bestaat uit de leden: Van Gent (GL) fungerend voorzitter, Cörüz (CDA), Dezentjé Hamming (VVD), Van Raak (SP), Elissen (PVV), Mulder (VVD) en de plaatsvervangende leden Blanksma-van den Heuvel (CDA), Neppérus (VVD) en Blok (VVD).

Naar boven