32 500 XVI Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (XVI) voor het jaar 2011

Nr. 11 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 13 oktober 2010

In het Wetgevingsoverleg Sport op 7 december 2009 (Kamerstuk 32 123 XVI, nr. 100) heeft staatssecretaris Bussemaker toegezegd u een onderbouwing van de cijfers toe te sturen over de gehandicaptensportontwikkeling zorginstellingen voor mensen met een handicap. Ook heeft zij toegezegd de Tweede Kamer te informeren over de uitvoering van de motie Atsma/Jan de Vries inzake onderzoek naar de haalbaarheid van topsportprogramma’s voor alle ministeries (Kamerstuk 31 700 XVI, nr. 19) en heeft zij toegezegd u te informeren over de resultaten van de MBO-loot pilot. Aan deze toezeggingen wil ik in deze brief gehoor geven. Daarnaast wil ik u informeren over de uitkomsten van de Monitor en over het manifest Samen voor Sportiviteit en respect dat ik op 29 september aangeboden heb gekregen van elf sportbonden.

Gehandicaptensportontwikkeling in zorginstellingen voor mensen met een (verstandelijke) handicap

Het ministerie van VWS heeft in 2008 een meerjarensubsidie ter beschikking gesteld aan Gehandicaptensport Nederland om de sportparticipatie voor mensen met een beperking te verhogen. Naar aanleiding van deze subsidie heeft Gehandicaptensport Nederland het sportstimuleringsprogramma «Zo kan het ook» ontwikkeld. Doel van dit programma is dat in 2012 alle zorginstellingen voor mensen met een verstandelijke beperking een actief beleid voeren om een actieve leefstijl voor hun bewoners te realiseren. Daarnaast moet er op regionaal niveau sprake zijn van een structureel beweeg -en sportaanbod dat toegankelijk is voor mensen met een verstandelijke beperking vanuit 25 tot 30 woonvoorzieningen.

Op dit moment nemen 33 woonvoorzieningen, verspreid door heel Nederland, deel aan het programma «Zo kan het ook» met als doel om in totaal 60 750 cliënten te bereiken. Samen met Gehandicaptensport Nederland zijn de woonvoorzieningen een samenwerkingsverband aangegaan om sport en bewegen structureel in te bedden in het beleid van de eigen instelling. Zij hebben projectplannen geschreven en activiteiten uitgevoerd ter stimulering van sport en bewegen binnen de zorginstelling. Op dit moment worden 42 037 cliënten bereikt met de sport- en beweegprojecten. Van deze 42 037 zijn inmiddels 2887 cliënten gaan bewegen en 2803 cliënten zijn gestart met sporten. Daarnaast hebben inmiddels 794 cliënten deelgenomen aan fitheidstesten.

Uitvoering van de motie Atsma/Jan de Vries inzake onderzoek naar de haalbaarheid van topsportprogramma's voor alle ministeries (31 700 XVI, nr. 19)

De motie om meer topsporters in dienst te nemen bij het Rijk, is in juli 2009 ook opgenomen in het kabinetsstandpunt bij het Olympisch Plan 2028. Het Ministerie van VWS heeft dit samen met het Ministerie van BZK verder opgepakt. De beide ministeries werken intensief samen om flexibele werkplekken bij het Rijk voor topsporters mogelijk te maken. In opdracht van het Ministerie van Binnenlandse Zaken voert Flexchange de bemiddeling uit van topsporters binnen de Rijksoverheid. Flexchange is de uitvoeringsorganisatie en specialist van het Rijk op het gebied van tijdelijke arbeid en interne mobiliteit. Flexchange werkt hierbij nauw samen met Randstad die de pool van topsporters beheert en kandidaten met interesse in een werkplek bij het Rijk doorverwijst naar Flexchange.

Inmiddels zijn er drie topsporters werkzaam bij het Rijk.

Stand van zaken MBO-Pilot

Om de combinatie topsport en mbo te versterken en de samenhang hierin te bevorderen hebben NOC*NSF, VWS en de MBO Raad in 2007 het initiatief genomen voor een pilot Mbo LOOT. Doel van het onderzoek was om toe te werken naar een effectieve en transparante structuur voor topsport in het mbo.

Naar aanleiding van dit onderzoek hebben betrokken partijen besloten om speciale faciliteiten binnen het mbo te realiseren. De MBO Raad is met betrokken partijen en onderwijsinstellingen in overleg om dit verder vorm te geven.

Monitor Breedtesportimpuls(BSI) en Buurt, onderwijs, sport-impuls (BOS-impuls) 

Eind 2009/begin 2010 heeft Berenschot in opdracht van VWS een gecombineerde monitor naar de breedtesportimpuls (BSI) en de Buurt, onderwijs, sport-impuls (BOS-impuls) uitgevoerd. De voornaamste uitkomsten van de BOS/BSI monitor zijn dat de BSI en de BOS-impuls in grote mate hebben bijgedragen aan het verbeteren van de sportinfrastructuur en het verhogen van de sportparticipatie.

Er is in gemeenten een grotere samenhang ontstaan in het sportbeleid. De rol van de gemeente is veranderd van verhuurder van sportaccommodaties naar regievoerder op sportgebied. Uit de monitor blijkt dat gemeenten projecten lokaal zeer verschillend invullen. Het aanbieden van activiteiten op wijkniveau blijken succesvoller te zijn dan activiteiten die voor een hele stad worden georganiseerd.

Manifest Samen voor Sportiviteit en Respect

Op 29 september jongstleden hebben elf sportbonden VWS het manifest Samen voor Sportiviteit en Respect aangeboden. Dit manifest is één van de resultaten van de eerste fase van het programma Samen voor Sportiviteit en Respect dat door mij gesubsidieerd wordt. In het manifest spreken de sportbestuurders van de elf bonden uit dat sportiviteit en respect een intrinsieke waarde is van de sport en dat zij zich als sportbestuurders er alles aan gaan doen om dat voor iedereen zichtbaar te maken. Ook geven de sportbestuurders in het manifest aan dat zij hierop aanspreekbaar zijn. Alle deelnemende bonden hebben actieplannen gemaakt waarin staat hoe zij hetgeen in het manifest staat binnen hun sport gaan realiseren.

De minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

A. Klink

Naar boven