32 500 XIII Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie (XIII) voor het jaar 2011

Nr. 166 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN, LANDBOUW EN INNOVATIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 28 december 2010

Hierbij stuur ik u het eindrapport van het onderzoek naar de «Effecten van1 recreatief medegebruik van ecoducten op het functioneren als faunapassage». Het onderzoek is uitgevoerd door Alterra en is in december 2010 aangeboden aan de directeur Natuur, Landschap en Platteland van het ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie. Tijdens het WGO Natuur van 8 november jl. (kamerstuk 32 500 XIII, nr. 68) heb ik uw Kamer toegezegd het eindrapport in december toe te sturen.

Het onderzoek concludeert ondermeer dat ecoducten met recreatief medegebruik wat betreft het aantal passages van een soort niet per definitie minder goed functioneren, als ecoducten zonder recreatief medegebruik.

Het onderzoek laat verder zien dat de breedte en inrichting van het ecoduct en de faunasoorten die ervan gebruik maken, bepalend zijn voor de mogelijkheden van recreatief medegebruik.

Dit zijn verheugende conclusies, omdat zij bevestigen dat het gebruik door wandelaars, fietsers en ruiters samen kan gaan met het gebruik door diersoorten. Ik beschouw dit onderzoek als een ondersteuning van het huidige beleid dat er op gericht is om recreatief medegebruik op ecoducten mogelijk te maken, tenzij de primaire functie van de faunapassage wordt aangetast.

De staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie,

H. Bleker


XNoot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt van de Tweede Kamer der Staten-Generaal.

Naar boven