32 434 Wijziging van de Wet bestrijding ongevallen Noordzee en van de Wet voorkoming verontreiniging door schepen in verband met de implementatie van richtlijn nr. 2009/17/EG van 23 april 2009 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie tot wijziging van richtlijn 2002/59/EG betreffende de invoering van een communautair monitoring- en informatiesysteem voor de zeescheepvaart (PbEU L 131)

Nr. 5 VERSLAG

Vastgesteld 24 september 2010

De vaste commissie voor Verkeer en Waterstaat1, belast met het voorbereidend onderzoek van dit wetsvoorstel, heeft de eer verslag uit te brengen van haar bevindingen. Het verslag behandelt alleen die onderdelen waarover door de genoemde fracties inbreng is geleverd. Onder het voorbehoud dat de regering de gestelde vragen tijdig en afdoende zal hebben beantwoord, acht de commissie de openbare behandeling van dit wetsvoorstel voldoende voorbereid.

Algemeen

De leden van de VVD-fractie hebben met veel belangstelling kennisgenomen van het voorliggende wetsvoorstel en willen de regering nog enkele vragen voorleggen.

De leden van de PvdA-fractie hebben met belangstelling kennis genomen van het onderhavige wetsvoorstel. De leden ondersteunen het aanvullende pakket van maatregelen om de veiligheid van de scheepvaart in Europese wateren te bevorderen. De leden van de PvdA-fractie hebben nog enkele vragen.

De leden van de SP-fractie hebben met belangstelling kennis genomen van het wetsvoorstel. Deze leden kennen een groot belang toe aan het voorkomen van verontreiniging van de zeeën. Betere registratie en volgsystemen van schepen en van ladingen kunnen veel schade voorkomen. Deze leden hebben slechts enkele vragen en opmerkingen.

Identificatiesystemen voor schepen

De leden van de PvdA-fractie constateren dat de wijziging van de Monitorrichtlijn onder meer is bedoeld voor het verbeteren van de kennis over het maritieme verkeer door een verbetering van de informatieverzameling en de ontwikkeling van een netwerk voor het delen van deze informatie tussen lidstaten van de Europese Unie. Om dit te bereiken dienen vissersschepen die langer zijn dan vijftien meter over een Automatisch Identificatie Systeem (hierna AIS) te beschikken en passagiersschepen en vrachtschepen, groter dan driehonderd gigaton, uitgerust te zijn met een Long Range Identification and Tracking of Ships-systeem (hierna LRIT-systeem). De leden van de PvdA-fractie vragen de regering of alle schepen die onder de voorschriften van de richtlijn vallen én varen onder Nederlandse vlag, al voorzien zijn van een AIS of een LRIT-systeem. Mocht dit niet het geval zijn, dan vragen de leden welke kosten hier naar verwachting aan verbonden zijn.

De leden van de PvdA-fractie vragen voorts hoe het staat met de ontwikkeling van het SafeSeaNet. Welke lidstaten hebben nog geen lokaal of nationaal systeem operationeel? Voor welke lidstaten geldt er op dit moment nog geen harmonisatie van de elektronische gegevensuitwisseling?

De leden van de SP-fractie constateren dat sprake is van de introductie van een breed scala aan systemen om schepen en ladingen te volgen. De leden van de SP-fractie vragen in hoeverre die allemaal op elkaar aansluiten. Ook vragen deze leden in hoeverre de systemen aansluiten bij de in Nederland gehanteerde systemen.

De afgelopen jaren hebben de leden van de SP-fractie aangedrongen op het harmoniseren en op elkaar afstemmen van ladingvolgsystemen over de verschillende modaliteiten heen. Een lading kan op een reis meermalen van modaliteit wisselen. Van weg, naar lucht, naar spoor, naar binnenwater, naar zee en alle mogelijke overgangen daarin denkbaar. Voor elke modaliteit zijn aparte formulieren en signaleringen voorgeschreven. De leden van de SP-fractie vragen of de voorgestelde wijziging bijdraagt aan het harmoniseren en op elkaar afstemmen van die registratiesystemen en signaleringen. Zo ja, op welke wijze? Zo nee, welke ruimte heeft de regering om dit in ieder geval voor Nederlandse situatie wel te bevorderen?

Omzetting van de richtlijn in Nederlandse regelgeving

De leden van de PvdA-fractie constateren dat de wijzigingen van de Monitorrichtlijn divers zijn. Een aantal van de onderwerpen is reeds geregeld in de Nederlandse wet- en regelgeving. De implementatietermijn van richtlijn 2009/17/EG loopt tot 30 november 2010. De leden van de PvdA-fractie vragen de regering of Nederland die implementatietermijn zal halen en zo nee, wat daarvan de gevolgen zijn.

Opvang van schepen

De leden van de VVD-fractie vragen of in de dagelijkse praktijk het onderscheid tussen wat wel en niet te definiëren valt als «schadelijke gevolgen» wel eenduidig is. De leden vragen of er duidelijke richtlijnen bestaan voor dit onderscheid. De definitie van «schadelijke gevolgen» is bepalend voor de verdeling van bevoegdheden tussen de voorzitter van het Regionaal Beheersteam Noordzeerampen en de waterbeheerder. De leden van de VVD-fractie vragen wat de consequenties van de uitbreiding van de bevoegdheid van het ministerie van Verkeer en Waterstaat zijn in het geval er sprake is van «schadelijke gevolgen», zowel in materiële als personele zin.

De leden van de PvdA-fractie constateren dat de minister ook bij gestrande, gezonken of aan de grond geraakte schepen maatregelen kan nemen om de versnipperde situatie, zoals omschreven in de memorie van toelichting, tegen te gaan. De leden van de PvdA-fractie vragen de regering wat de consequenties zijn van de verplaatsing van de bevoegdheid om maatregelen te nemen bij gevallen van gestrande, gezonken of aan de grond geraakte schepen met schadelijke gevolgen van de waterbeheerder naar de minister van Verkeer en Waterstaat.

De leden van de SP-fractie constateren dat bij het overbrengen van schepen naar een Nederlandse haven de mogelijkheid is gecreëerd om te vragen naar het verzekeringsbewijs van een verzekering tegen maritieme vordering. De leden van de SP-fractie vragen of het ontbreken daarvan voor de Nederlandse autoriteiten aanleiding kan zijn het schip te weigeren in een Nederlandse haven. Zo ja, wat is de beleidslijn als het gaat om een schip dat ernstig gevaar met zich mee brengt voor het mariene milieu waarin het schip zich bevindt? Is de regering bereid elk schip, dat op de Noordzee in nood verkeert, toe te laten in een Nederlandse haven? Zo nee, waarom niet?

Administratieve lasten

De leden van de VVD-fractie vragen waar het vermelde percentage van tien procent vaste administratieve lasten op is gebaseerd. De leden van de VVD-fractie zijn voorstander van lastenverlichting en vragen om die reden of de procedure nu hetzelfde blijft, of dat het wetsvoorstel in feite neerkomt op een administratieve lastenverzwaring.

Onderdeel D

De leden van de PvdA-fractie waarderen de dynamische verwijzing naar de Monitorrichtlijn. Hierdoor leiden toekomstige wijzigingen van de richtlijn niet steeds tot aanpassing van de Wet voorkoming verontreiniging door schepen (Wvvs). Onder onderdeel D wordt echter een lid toegevoegd, zodat wijzigingen van deze richtlijnen voor de toepassing van de Wvvs ook gelden met ingang van de dag waarop die wijzigingen geïmplementeerd moeten zijn. De leden van de PvdA-fractie vragen om een motivering voor het aanbrengen van deze toevoeging.

De fungerend voorzitter van de commissie,

Ten Broeke

De adjunct-griffier van de commissie,

Israel


XNoot
1

Samenstelling:

Leden: Dijksma, S.A.M. (PvdA), Gent, W. van (GL), Slob, A. (CU), Koopmans, G.P.J. (CDA), Aptroot, Ch.B. (VVD), Samsom, D.M. (PvdA), Jansen, P.F.C. (SP), Koppejan, A.J. (CDA), Graus, D.J.G. (PVV), Broeke, J.H. ten (VVD), fng voorzitter, Ouwehand, E. (PvdD), Rouwe, S. de (CDA), Bashir, F. (SP), Mos, R. de (PVV), Tongeren, L. van (GL), Monasch, J.S. (PvdA), Sharpe, J.E.J.W. (PVV), Nieuwenhuizen, C. van (VVD), Dekken, T.R. van (PvdA), Dijkgraaf, E. (SGP), Lucas-Smeerdijk, A.W. (VVD), Verhoeven, K. (D66) en Koolmees, W. (D66).

Plv. leden: Groot, V.A. (PvdA), Peters, M. (GL), Vacature (CU), Atsma, J.J. (CDA), Lodders, W.J.H. (VVD), Vermeij, R.A. (PvdA), Gerven, H.P.J. van (SP), Hijum, Y.J. van (CDA), Klaveren, J.J. van (PVV), Harbers, M.G.J. (VVD), Thieme, M.L. (PvdD), Uitslag, A.S. (CDA), Karabulut, S. (SP), Jong, L.W.E. de (PVV), Braakhuis, B.A.M. (GL), Plasterk, R.H.A. (PvdA), Agema, M. (PVV), Neppérus, H. (VVD), Jacobi, L. (PvdA), Staaij, C.G. van der (SGP), Snijder-Hazelhoff, J.F. (VVD), Veldhoven, S. van (D66) en Ham, B. van der (D66).

Naar boven