32 430 Wijziging van de Algemene Ouderdomswet teneinde een korting te kunnen toepassen op de toeslag voor de echtgenoot die jonger is dan 65 jaar

G BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 4 februari 2011

Tijdens de kamerbehandeling d.d. 20 en 21 december 2010, van het wetsvoorstel Wijziging van de Algemene Ouderdomswet teneinde een korting te kunnen toepassen op de toeslag voor de echtgenoot die jonger is dan 65 jaar, heb ik toegezegd uw Kamer een brief te sturen waarin ik een alternatieve vormgeving voorleg. Met voorliggende brief kom ik aan genoemde toezegging tegemoet. Deze brief zal ik tegelijkertijd ter informatie aan de Tweede Kamer aanbieden.

Tijdens de behandeling is een aantal bezwaren naar voren gebracht ten aanzien van de vormgeving van het ingediende wetsvoorstel. Deze bezwaren zagen met name op de hoogte van de inkomensgrens waaronder niet wordt gekort, de snelheid van invoering en de kansen van partners om zelf in aanvullend inkomen te voorzien. Rekening houdend met de gewisselde argumenten zal ik het wetsvoorstel door middel van een novelle als volgt aanpassen:

  • 1. De inkomensgrens waaronder niet gekort zal worden, wordt verhoogd van € 20 000 op jaarbasis naar € 30 000.

  • 2. Om te voorkomen dat de verhoging van de inkomensgrens leidt tot structureel lagere besparingen zal het kortingspercentage verhoogd worden van 8% naar 10%.

  • 3. De invoeringsdatum wordt verschoven van 1 januari 2011 naar 1 juli 2011.

Inkomensgrens en kortingspercentage

Het initiële wetsvoorstel bevatte een grens voor het gezamenlijk inkomen van de beide partners van ca. € 20 000 (110% van het bruto-minimumloon incl. vakantietoeslag) waaronder niet gekort zou worden, om te voorkomen dat de maatregel onevenwichtig zou neerslaan bij degenen die het sterkst afhankelijk zijn van de partnertoeslag. Verschillende Kamerfracties vonden deze grens aan de lage kant en pleitten tijdens het debat voor een hogere grens. Door de inkomensgrens te verhogen naar € 30 000 (162% bruto-minimumloon incl. vakantietoeslag) op jaarbasis worden huishoudens met een aanvullend pensioen van ongeveer € 12 000 boven de AOW van de korting uitgezonderd. Hoewel steeds is beoogd bij de bepaling van de inkomensgrens uit te gaan van het bruto-minimumloon, met inbegrip van de bruto-minimum-vakantietoeslag, staat dit niet expliciet in het wetsvoorstel. Van de gelegenheid wordt gebruik gemaakt om ook dit aan te passen.

De hogere inkomensgrens brengt met zich mee dat de groep die met de korting te maken krijgt kleiner zal zijn. Randvoorwaarde voor de aanpassing van de inkomensgrens is echter dat de met de maatregel beoogde besparing vanaf 2012 grosso modo hetzelfde zal zijn. Daarom zal het kortingspercentage voor de AOW’er en de partner, wier gezamenlijk inkomen boven de aangepaste grens uitkomt, worden verhoogd, van 8% naar 10%. Het besparingsverlies dat als gevolg van de geschetste aanpassingen ontstaat, blijft voor de jaren na 2011 beperkt tot ca € 5 mln. per jaar. Voor 2011 is er een duidelijk lagere opbrengst (€ 55 mln.) dan oorspronkelijk voorzien vanwege de latere invoeringsdatum. Dekking van dit besparingsverlies zal worden ingevuld bij de Voorjaarsnota.

Inkomenseffecten

Onderstaande tabel geeft inzicht in de inkomenseffecten van dit aangepaste voorstel ten opzichte van het oorspronkelijke voorstel. Door de hogere inkomensgrens zullen AOW’ers met een gezamenlijk inkomen tussen de € 20 000 en € 30 000, in tegenstelling tot het oorspronkelijke voorstel, niet gekort worden. Inkomens boven de hogere inkomensgrens krijgen te maken met de verhoogde korting van 10% waardoor er bij hen juist een grotere inkomensdaling optreedt dan in het oorspronkelijke voorstel. Daarbij dient wel opgemerkt te worden dat het inkomenseffect niet volledig optreedt in 2011, nu de oorspronkelijk beoogde inwerkingtredingsdatum van 1-1-2011 niet is gehaald.

Inkomenssituatie

(uitgaande van een AOW-paar zonder werkende partner)

Inkomenseffect aangepast voorstel

Inkomenseffect oorspronkelijk voorstel

Alleen AOW

0%

0%

AOW + € 5 000

0%

– 2¼%

AOW + € 10 000

0%

– 2%

AOW + € 12 500*1

– 2¼%

– 1¾%

AOW + € 15 000

– 2¼%

– 1½ %

XNoot
1

Het betreft hier een huishouden met een inkomen net boven de inkomensgrens van € 30 000 dat te maken krijgt met de maximale korting.

Te volgen procedure en informeren cliёnten

Ik bereid een novelle voor waarin de in deze brief gepresenteerde aanpassingen op het oorspronkelijke wetsvoorstel zijn uitgewerkt. Als de Tweede Kamer instemt met deze aanpassingen, zal vervolgens de novelle in uw Kamer kunnen worden behandeld, tezamen met het oorspronkelijke wetsvoorstel. Ik verwacht de novelle in maart bij de Tweede Kamer te kunnen indienen.

De beoogde invoeringsdatum is 1 juli 2011. Indien en zodra de Tweede Kamer akkoord is met de voorgestelde novelle, zullen AOW’ers die eventueel met de korting te maken kunnen krijgen, door middel van een brief en via de websites van de SVB en mijn ministerie over de voorgenomen aanpassingen geïnformeerd worden. Via dezelfde websites zijn zij thans al geïnformeerd over het feit dat het invoeren van de voorgestelde korting in de huidige vorm niet per 1 januari 2011 doorgaat en dat ik in januari aan het parlement zal aangeven hoe ik de geplande korting op de AOW-partnertoeslag wil vormgeven.

Ik vertrouw erop met deze voorgenomen aanpassingen recht te doen aan het debat dat ik met u heb gevoerd.

De minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

H. G. J. Kamp

Naar boven