Het advies van de Raad van State wordt niet openbaar gemaakt, omdat het zonder meer instemmend luidt / uitsluitend opmerkingen
van redactionele aard bevat (artikel 25a, vierde lid, onderdeel b, van de Wet op de Raad van State)
Hieronder is opgenomen het nader rapport d.d. 18 juni 2010, aangeboden aan de Koningin door de minister van Volkshuisvesting,
Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer.
Blijkens de mededeling van de Directeur van Uw kabinet van 3 april 2009, nr. 09.000896, machtigde Uwe Majesteit de Raad van
State zijn advies inzake het bovenvermelde voorstel van wet rechtstreeks aan mij te doen toekomen. Dit advies, gedateerd 3 september
2009, nr. W08.09.0108/IV, bied ik U hierbij aan.
Het voorstel geeft de Raad van State geen aanleiding tot het maken van inhoudelijke opmerkingen.
Van de gelegenheid is gebruik gemaakt om het wetsvoorstel en de memorie van toelichting te actualiseren. In het wetsvoorstel
hoeft geen rekening meer te worden gehouden met de Wet op de waterhuishouding, die inmiddels is komen te vervallen, maar uitsluitend
nog met de Waterwet, die op 22 december 2009 in werking is getreden. De bepalingen die betrekking hebben op de Wet op de waterhuishouding
zijn daarom geschrapt en er is uitgegaan van de inwerkingtreding van de Waterwet als een vaststaand feit in plaats van een
mogelijke gebeurtenis. Dit heeft inhoudelijk voor het wetsvoorstel verder geen gevolgen.
Tenslotte zijn enkele wijzigingen van redactionele aard aangebracht.
Ik moge U verzoeken het hierbij gevoegde gewijzigde voorstel van wet en de gewijzigde memorie van toelichting aan de Tweede
Kamer der Staten-Generaal te zenden.
De minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,
J. C. Huizinga-Heringa