32 403 Wijziging van de Wegenverkeerswet 1994 op een aantal punten van uiteenlopende aard, van de Wet personenvervoer 2000 ten aanzien van het openbaar-vervoerverbod en enkele technische wijzigingen, van de Wet advies en overleg verkeer en waterstaat in verband met wijzigingen in de vorm waarin betrokkenen en organisaties bij het beleidsproces worden betrokken, alsmede wijziging van de Wet op de economische delicten, de Wet luchtvaart, de Binnenvaartwet, de Wet capaciteitsbeheersing binnenvaartvloot, de Wet belastingen op milieugrondslag, de Waterwet, de Invoeringswet Waterwet, de Waterschapswet en de Crisis- en herstelwet op enkele punten van technische aard (Verzamelwet Verkeer en Waterstaat 2010)

Nr. 10 AMENDEMENT VAN HET LID VERHOEVEN

Ontvangen 22 juni 2011

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

In artikel II, onderdeel D, komt het tweede lid van artikel 98 als volgt te luiden:

  • 2. Bij algemene maatregel van bestuur worden regels gesteld over de duur van een ontzegging als bedoeld in het eerste lid.

Toelichting

Dit amendement regelt dat er, vanuit het oogpunt van rechtszekerheid, een maximumduur van het openbaar-vervoerverbod wordt opgenomen in een algemene maatregel van bestuur.

Een wijziging van de Wet personenvervoer 2000, die wordt behandeld in deze Verzamelwet V&W 2010, maakt het mogelijk een door de vervoerders opgelegd openbaar-vervoerverbod strafrechtelijk te handhaven.

In het wetsvoorstel is echter geen maximumduur voor dit verbod opgenomen. De regering houdt de mogelijkheid open om op een later moment alsnog middels een algemene maatregel van bestuur nadere regels te stellen; daarom staat er in het wetsvoorstel dat er bij of krachtens algemene maatregel van bestuur regels kunnen worden gesteld over de maximumduur.

Het is echter wenselijk, uit het oogpunt van rechtszekerheid, om dit nu al om te zetten in een verplichting; zodat er regels moeten worden gesteld bij algemene maatregel van bestuur.

Dit is overeenkomstig het advies van de Raad van State.

Verhoeven

Naar boven