32 395 XVII Wijziging van de begrotingsstaat van de begroting voor Jeugd en Gezin (XVII) voor het jaar 2010 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota)

Nr. 2 MEMORIE VAN TOELICHTING

A. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL

Bij een wetsvoorstel tot een begrotingswijziging wordt geen algemene toelichting opgenomen. De beleidsinhoudelijke toelichting bij de begroting(sstaat) wordt opgenomen in onderdeel B van de memorie van toelichting (de begrotingstoelichting).

Wetsartikel 1 tot en met 3

De begrotingsstaten die onderdeel uitmaken van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 1, derde lid, van de Compatibiliteitswet elk afzonderlijk bij de wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om de begrotingsstaat van de begroting voor Jeugd en Gezin voor het jaar 2010 te wijzigen.

De in de begrotingsstaat opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht (de zogenaamde begrotingstoelichting).

De minister voor Jeugd en Gezin,

A. Rouvoet

B. BEGROTINGSTOELICHTING

1. LEESWIJZER

In deze suppletore begroting zijn de wijzigingen van de begroting 2010 voor Jeugd en Gezin opgenomen. De gepresenteerde cijfers sluiten aan bij de Voorjaarsnota 2010, die de Minister van Financiën aan de Tweede Kamer aanbiedt.

Om de leesbaarheid van de toelichting op de beleidsartikelen te bevorderen zijn de volgende criteria voor het toelichten van wijzigingen van de begroting toegepast:

  • 1. Naast de beleidsmatig relevante mutaties worden de mutaties toegelicht als het hiermee gepaard gaande bedrag voor de programma-uitgaven op doelstellingsniveau hoger is dan 3% van de vastgestelde begroting of groter dan € 3 miljoen.

  • 2. Mutaties die afzonderlijk lager zijn dan deze criteria en/of die betrekking hebben op interne verrekeningen binnen de administratie van Jeugd en Gezin, staan gesaldeerd toegelicht met de algemene tekst Overige mutaties. Hierdoor kan dat saldo van de post »overige mutaties» uiteindelijk hoger zijn dan de bovengenoemde normen.

  • 3. Voor wat betreft de verplichtingenmutaties wordt per artikel enkel het saldo weergegeven;

In paragraaf 2 wordt het beleid met betrekking tot de begrotingsuitgaven- en ontvangsten besproken. Ten slotte volgt in paragraaf 3 de artikelsgewijze toelichting van de begrotingsmutaties.

2. HET BELEID MET BETREKKING TOT DE BEGROTINGSUITGAVEN EN -ONTVANGSTEN

2.1. Wettelijke basis

In deze paragraaf worden de onderwerpen vermeld waarvoor deze begrotingswet de wettelijke basis vormt. Dit betreft:

Verbetering naschoolse opvang op Bonaire

In 2010 is door Jeugd en Gezin € 522.042 voor investeringen in het benodigde achterstallige onderhoud en de verbetering van de naschoolse opvang op Bonaire beschikbaar gesteld. De subsidie wordt verleend aan Stichting Jeugdwerk Jong Bonaire.

Het betreft specifiek de volgende investeringen in 2010:

Omschrijving

Bedrag in €

Leslokalen, keuken, algemeen 

245.343

Parkeerplaats

73.786

Grote zaal

129.127

Gymzaal 

73.786

Totaal

522.042

Stimuleringsmaatregel bouw en onderhoud jeugdzorginstellingen

In het aanvullende beleidsakkoord 2009–2015 van het kabinet is een reeks van maatregelen opgenomen om de economische ontwikkeling in 2009 en 2010 te stimuleren. Daarbij zijn incidentele middelen beschikbaar gekomen voor bouw en onderhoud van jeugdzorginstellingen. Het gaat in totaal om € 80 miljoen, te verdelen over de jaren 2009 en 2010. Van dit bedrag is € 70 miljoen bestemd voor de provinciaal gefinancierde jeugdzorg en € 10 miljoen voor de gesloten jeugdzorg.

Om deze eenmalige, tijdelijke impuls zo snel en zo gericht mogelijk (temporary, timely and targeted) effect te laten hebben, worden de jeugdzorginstellingen rechtstreeks gesubsidieerd op grond van de Begrotingswet. In de tweede suppletoire begroting 2009 is een lijst met instellingen en maximumbedragen voor 2009 opgenomen. In deze eerste suppletoire begroting 2010 volgen de bedragen voor 2010.

De incidentele middelen die beschikbaar zijn voor de bouwimpuls jeugdzorg, zijn als subsidieplafond gehanteerd. Voor het bepalen van de volgorde waarin de subsidieaanvragen gehonoreerd werden, zijn van tevoren beleidsprioriteiten aangebracht voor de provinciaal gefinancierde jeugdzorg. Voor de gesloten jeugdzorg is na beschouwing van alle aanvragen het beleid aangescherpt tot drie type projecten. De subsidies zijn verleend met vermelding van de verplichtingen van de subsidieontvanger. Deze verplichtingen zijn zoveel als mogelijk ontleend aan de Subsidieregeling VWS-subsidies.

Naam instelling

Bedrag 2010 in €

Provinciaal gefinancierde jeugdzorg

 

Stichting Jeugdhulp Friesland

2.897.977

Stichting Trajectum Novum

3.913.056

Mutsaersstichting

3.101.257

Stichting Horizon instelling voor Jeugdzorg En Onderwijs

1.670.353

Stichting Parlan Specialisten in Kinder- en Jongerenzorg

3.727.513

Stichting Jeugdhulpverlening Flevoland

340.729

Stichting Altra

71.609

Stichting het Kabouterhuis

2.672.609

Leger Des Heils (Gelderland)

1.342.396

Stichting Lindenhout

223.585

Stichting Tender

2.186.094

Stichting Kompaan

591.479

Stichting Leger Des Heils Welzijns En Gezondheidszorg

15.000

Stichting Base Groep

2.071.538

De Hoenderloo Groep

2.546.400

Stichting Rubicon Jeugdzorg

95.000

Stichting Oosterpoort

1.618.124

Stichting Ock het Spalier

119.546

Stichting De Opbouw

634.864

Stichting Timon

1.454.587

Stichting Trias Jeugdhulp

958.669

Stichting Koraal Groep

492.000

De Rading

260.785

Stichting Frentrop Jongerenhuis Harreveld

2.440.744

Triade

214.197

Stichting De Combinatie Jeugdzorg Zuidoost-Brabant

1.124.372

Leo Stichting Groep

1.521.000

Stichting Yorneo

1.609.746

Entrea

3.228.722

Stichting Trivium

473.500

Stichting De Opbouw t.b.v. Stageplaatsen

796.733

Stichting Frentrop De Widdonck

94.403

Stichting Stek Jeugdzorg

199.658

Stichting Xonar

2.490.204

Jarabee Stichting Voor Jeugdzorg in Twente

2.101.295

Stichting Prokino

191.775

Stichting Cardea Jeugdzorg

914.314

Stichting Agogische Zorgcentra

426.500

Flexus Jeugdplein

649.236

Stichting De KIJ Ouder Kind Voorziening

300.000

Pactum

268.550

Goodwill Leger des Heils, regio Den Haag

888.500

Subtotaal

52.938.619

  

Gesloten jeugdzorg

 

De Hoenderloo Groep

574.500

Spirit

400.000

Stg Rentray

1.500.000

Stg Frentrop Jongerenhuis Harreveld

326.560

De Sprengen

77.350

Stg het Poortje Justitiële Jeugdinrichting

614.400

Stg Jjc

110.730

Vws Agentschap De Lindenhorst

523.200

Vws Agentschap Almata

2.720.904

Subtotaal

6.847.644

Totaal

59.786.264

3. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING

Beleidsartikel 1 Gezin en Inkomen

1.1. Algemene doelstelling

Gezinnen zijn financieel in staat om kinderen gezond en veilig te laten opgroeien en zich te ontplooien.

1.2. Budgettaire gevolgen van beleid (bedragen x € 1.000)
  

Stand ontwerp begroting

Mutaties via NvW en amende-menten

Mutaties 1e suppletore wet

Stand 1e suppletore begroting

Mutaties 2011

Mutaties 2012

Mutaties 2013

Mutaties 2014

  

1

2

3

4=1+2+3

    

Verplichtingen

4.292.764

0

104.000

4.396.764

141.000

154.000

154.000

154.000

          

Uitgaven

4.292.764

0

104.000

4.396.764

141.000

154.000

154.000

154.000

          

Programma-uitgaven

4.292.764

0

104.000

4.396.764

141.000

154.000

154.000

154.000

1.

Gezinnen ontvangen een financiële tegemoetkoming in de kosten van het opvoeden en onderhouden van kinderen

4.292.764

0

104.000

4.396.764

141.000

154.000

154.000

154.000

          

Ontvangsten

272

0

167.000

167.272

161.000

182.000

188.000

191.000

1.3. Operationele doestellingen

Er is één operationele doelstelling op dit beleidsartikel:

  • 1. Gezinnen ontvangen een financiële tegemoetkoming in de kosten van het opvoeden en onderhouden van kinderen.

1.3.1. Gezinnen ontvangen een financiële tegemoetkoming in de kosten van het opvoeden en onderhouden van kinderen

Stand vastgestelde begroting (bedragen x € 1.000)

4.292.764

Mutaties 1e suppletore begroting:

 

1.

Voor het kindgebonden budget is een nieuwe ramingsmethodiek ontwikkeld. Deze meerjarenraming houdt rekening met te verwachten uitgaven (inclusief nabetalingen) en terugvorderingen in komende jaren.

104.000

Stand 1e suppletore begroting

4.396.764

1.4. Ontvangsten

Stand vastgestelde begroting (bedragen x € 1.000)

272

Mutaties 1e suppletore begroting:

 

1.

Voor het kindgebonden budget is een nieuwe ramingsmethodiek ontwikkeld. Deze meerjarenraming houdt rekening met te verwachten uitgaven (inclusief nabetalingen) en terugvorderingen in komende jaren.

167.000

Stand 1e suppletore begroting

167.272

Beleidsartikel 2 Gezond opgroeien

2.1. Algemene doelstelling

Kinderen groeien lichamelijk en geestelijk gezond op.

2.2. Budgettaire gevolgen van beleid (bedragen x € 1.000)
  

Stand ontwerp begroting

Mutaties via NvW en amende-menten

Mutaties 1e suppletore wet

Stand 1e suppletore begroting

Mutaties 2011

Mutaties 2012

Mutaties 2013

Mutaties 2014

  

1

2

3

4=1+2+3

    

Verplichtingen

74.584

0

– 17.670

56.914

– 8.125

– 2.080

– 2.080

– 2.080

          

Uitgaven

399.642

0

– 17.670

381.972

– 8.125

– 2.080

– 2.080

– 2.080

          

Programma-uitgaven

399.642

0

– 17.670

381.972

– 8.125

– 2.080

– 2.080

– 2.080

1.

Kinderen en hun ouders/verzorgers krijgen laagdrempelige ondersteuning bij het opgroeien, opvoeden en verzorgen.

383.788

0

– 12.140

371.648

– 2.346

– 2.300

– 2.300

– 2.300

2.

Kinderen hebben een gezonde leefstijl en zijn actief en positief betrokken bij hun leefomgeving.

15.854

0

– 5.530

10.324

– 5.779

220

220

220

          

Ontvangsten

1.977

0

0

1.977

0

0

0

0

2.3. Operationele doelstellingen

Er zijn twee operationele doelstellingen op dit beleidsartikel:

  • 1. Kinderen en hun ouders/verzorgers krijgen laagdrempelige ondersteuning bij het opgroeien, opvoeden en verzorgen;

  • 2. Kinderen hebben een gezonde leefstijl en zijn actief en positief betrokken bij hun leefomgeving.

2.3.1. Kinderen en hun ouders/verzorgers krijgen laagdrempelige ondersteuning bij het opgroeien, opvoeden en verzorgen

Stand vastgestelde begroting (bedragen x € 1.000)

383.788

Mutaties 1e suppletore begroting:

 

1.

Overboeking naar het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap bestemd voor het ontwikkelen van plusvoorzieningen voor overbelaste jongeren.

– 15.000

2.

Dit betreft een doorschuif van € 2,7 miljoen impulsbudget BES Jeugd en Gezin dat in 2009 niet tot besteding is gekomen. Het impulsbudget moet worden ingezet voor zichtbare verbeteringen op het gebied van Jeugd en Gezin tot aan de transitiedatum (10–10-»10). Daarnaast is en blijft op de begroting van Jeugd en Gezin structureel € 3,5 miljoen beschikbaar voor de BES. BES staat voor Bonaire, St Eustatius en Saba.

2.700

3.

Dit betreft doorschuif van middelen voor het project MKB/MOgroep. Bij 2e suppletore wet 2009 is al vastgesteld dat de zwaarte van de projecten vooral in 2010 ligt.

2.400

4.

Overige mutaties

– 2.240

Stand 1e suppletore begroting

371.648

2.3.2. Kinderen hebben een gezonde leefstijl en zijn actief en positief betrokken bij hun leefomgeving

Stand vastgestelde begroting (bedragen x € 1.000)

15.854

Mutaties 1e suppletore begroting:

 

1.

Overboeking van het programmaministerie voor Jeugd en Gezin naar het ministerie van VWS in verband met projecten vrijwilligerswerk. De motie Slob (TK 2008–2009, 31 700 nr. 17) heeft hiervoor middelen vrijgemaakt op de begroting van Jeugd en Gezin. Uitvoering van deze projecten vindt plaats door ZonMw. In totaal is hiervoor in 2010 € 6,0 miljoen beschikbaar gesteld.

– 6.000

2.

Overige mutaties

470

Stand 1e suppletore begroting

10.324

2.4. Ontvangsten

Stand vastgestelde begroting (bedragen x € 1.000)

1.977

Mutaties 1e suppletore begroting:

 

1.

Overige mutaties

0

Stand 1e suppletore begroting

1.977

Beleidsartikel 3 Zorg en bescherming

3.1. Algemene doelstelling

Kinderen die ernstig in hun ontwikkeling worden bedreigd, krijgen zorg en worden, indien nodig, in bescherming genomen, zodat zij veilig kunnen opgroeien en zich kunnen ontwikkelen tot zelfstandige burgers.

3.2. Budgettaire gevolgen van beleid (bedragen x € 1.000)
  

Stand ontwerp begroting

Mutaties via NvW en amendementen

Mutaties 1e suppletore wet

Stand 1e suppletore begroting

Mutaties 2011

Mutaties 2012

Mutaties 2013

Mutaties 2014

  

1

2

3

4=1+2+3

    

Verplichtingen

1.801.884

0

84.845

1.886.729

– 2.993

– 21.281

– 136.194

– 21.019

          

Uitgaven

1.808.123

0

97.062

1.905.185

669

– 16.135

– 15.742

– 21.019

          

Programma-uitgaven

1.808.123

0

97.062

1.905.185

669

– 16.135

– 15.742

– 21.019

1.

Tijdig effectieve hulp bij een zorgaanbieder

1.373.578

0

95.319

1.468.897

11.676

3.296

3.864

3.944

2.

Snelle inzet van de meest adequate dwangmiddelen

425.245

0

– 2.857

422.388

– 11.007

– 19.431

– 19.606

– 24.963

3.

Campussen

9.300

0

4.600

13.900

0

0

0

0

          

Ontvangsten

12.698

0

595

13.293

0

0

0

0

3.3. Operationele doelstellingen

Er zijn drie operationele doelstellingen op dit beleidsartikel:

  • 1. Tijdig effectieve hulp bij een zorgaanbieder;

  • 2. Snelle inzet van de meest adequate dwangmiddelen;

  • 3. Campussen.

3.3.1. Tijdig effectieve hulp bij een zorgaanbieder

Stand vastgestelde begroting (bedragen x € 1.000)

1.373.578

Mutaties 1e suppletore begroting:

 

1.

Stimuleringsmaatregel bouw en onderhoud jeugdzorginstellingen

In het aanvullende beleidsakkoord 2009–2015 van het kabinet is een reeks van maatregelen opgenomen om de economische ontwikkeling in 2009 en 2010 te stimuleren. Daarbij zijn incidentele middelen beschikbaar gekomen voor bouw en onderhoud van jeugdzorginstellingen. Het gaat in totaal om

€ 80 miljoen, te verdelen over de jaren 2009 en 2010. Van dit bedrag is

€ 70 miljoen bestemd voor de provinciaal gefinancierde jeugdzorg en € 10 miljoen voor de gesloten jeugdzorg. In de tweede suppletoire begroting 2009 is een lijst met instellingen en maximumbedragen voor 2009 opgenomen. In deze eerste suppletore begroting 2010 volgen de bedragen voor 2010 (zie paragraaf 2.2).

45.000

2.

Stimuleringsmaatregel bouw en onderhoud jeugdzorginstellingen (zie ook mutatie 1).

10.000

3.

Overheveling instellingssubsidies voor het Anker voor één jaar en Overberg voor twee jaar van het ministerie van Justitie naar de «Uitvoeringseenheid Gesloten Jeugdzorg» verrekend met de vergoeding van Jeugd en Gezin aan Justitie voor de tijdelijke overgang van de twee instellingen.

13.852

4.

Betreft uitkeren prijsbijstelling tranche 2009 van artikel 99.

3.254

5.

In 2009 is met het Interprovinciaal overleg (IPO) een nieuw afsprakenkader gemaakt voor 2010 en 2011 hetgeen heeft geleid tot een eenmalige verhoging.

20.000

6.

Overige mutaties

3.213

Stand 1e suppletore begroting

1.468.897

3.3.2. Snelle inzet van de meest adequate dwangmiddelen

Stand vastgestelde begroting (bedragen x € 1.000)

425.245

Mutaties 1e suppletore begroting:

 

1.

De groei van de instroom in jeugdbescherming lijkt in 2009 afgezwakt te zijn. Op basis van de realisaties 2009 zijn voor de nieuwe raming de volgende groeipercentages gehanteerd: 2010 +3 %, 2011 +2 %, 2012 +1 %, 2013 e.v. +1 %. Daarnaast is de raming aangepast voor vertraging van de voorziene versnelling van de doorlooptijden.

– 5.800

2.

Betreft uitkeren prijsbijstelling tranche 2009 van artikel 99.

1.443

3.

Overige mutaties

1.500

Stand 1e suppletore begroting

422.388

3.3.3. Campussen

Stand vastgestelde begroting (bedragen x € 1.000)

9.300

Mutaties 1e suppletore begroting:

 

1.

Verlenging pilot campussen

4.000

2.

Voor het Internaat voor Veiligheid en Vakmanschap (IVV) stond in 2009 € 0,5 miljoen gereserveerd die niet tot besteding is gekomen. Jeugd en Gezin stelt voor deze middelen over te hevelen naar 2010, zodat in 2010

€ 5,5 miljoen voor het IVV beschikbaar is1.

500

3.

Overige mutaties

100

Stand 1e suppletore begroting

13.900

XNoot
1

Dit internaat is een afzonderlijke instelling die los staat van de reguliere campussen.

3.4. Ontvangsten

Stand vastgestelde begroting (bedragen x € 1.000)

12.698

Mutaties 1e suppletore begroting:

 

1.

Overige mutaties

595

Stand 1e suppletore begroting

13.293

Niet-beleidsartikel 98 Algemeen

98.1. Algemeen

Hieronder valt de verzameluitkering Jeugd en Gezin. Deze bevat de uitkering van bestuurskosten aan de drie grootstedelijke regio’s, namelijk de stadsregio Amsterdam, het stadsgewest Haaglanden en de stadsregio Rotterdam.

98.2. Budgettaire gevolgen van beleid (bedragen x € 1.000)
  

Stand ontwerp begroting

Mutaties via NvW en amendementen

Mutaties 1e suppletore wet

Stand 1e suppletore begroting

Mutaties 2011

Mutaties 2012

Mutaties 2013

Mutaties 2014

  

1

2

3

4=1+2+3

    

Verplichtingen

308

0

0

308

0

0

0

0

          

Uitgaven

308

0

0

308

0

0

0

0

          

Programma-uitgaven

308

0

0

308

0

0

0

0

1.

Verzameluitkering Jeugd en Gezin

308

0

0

308

0

0

0

0

98.3. Operationele doelstellingen

Er is één operationele doelstelling op dit niet-beleidsartikel:

  • 1. Verzameluitkering Jeugd en Gezin.

98.3.1 Verzameluitkering Jeugd en Gezin

Stand vastgestelde begroting (bedragen x € 1.000)

308

Mutaties 1e suppletore begroting:

 

1.

Overige mutaties

0

Stand 1e suppletore begroting

308

Niet-beleidsartikel 99 Nominaal en Onvoorzien

Dit is een technisch, administratief artikel, waarop middelen voor de loon en prijsbijstelling worden geparkeerd voordat ze worden overgeheveld naar de desbetreffende beleidsartikelen. Ook worden hierop de onvoorziene uitgaven geraamd. Daarnaast worden op dit artikel de taakstellingen geboekt, voordat deze worden verdeeld over de beleidsartikelen.

99.2. Budgettaire gevolgen van beleid (bedragen x € 1.000)
  

Stand ontwerp begroting

Mutaties via NvW en amendementen

Mutaties 1e suppletore wet

Stand 1e suppletore begroting

Mutaties 2011

Mutaties 2012

Mutaties 2013

Mutaties 2014

  

1

2

3

4=1+2+3

    

Verplichtingen

9.053

0

– 9.053

0

– 9.166

– 9.187

– 9.196

– 9.189

          

Uitgaven

9.053

0

– 9.053

0

– 9.166

– 9.187

– 9.196

– 9.189

          

Programma-uitgaven

9.053

0

– 9.053

0

– 9.166

– 9.187

– 9.196

– 9.189

1.

Loonbijstelling

2.090

0

– 2.090

0

– 2.085

– 2.103

– 2.113

– 2.113

2.

Prijsbijstelling

6.999

0

– 6.999

0

– 7.120

– 7.123

– 7.122

– 7.115

3.

Onvoorzien

0

0

0

0

0

0

0

0

4.

Taakstelling

– 36

0

36

0

39

39

39

39

99.3. Operationele doelstellingen

Er zijn vier operationele doelstellingen op dit niet-beleidsartikel:

  • 1. Loonbijstelling;

  • 2. Prijsbijstelling;

  • 3. Onvoorzien;

  • 4. Taakstelling.

99.3.1. Loonbijstelling

Stand vastgestelde ontwerpbegroting (bedragen x € 1.000)

2.090

Mutaties 1e suppletore begroting:

 

1.

Dit betreft de niet uitgedeelde loonbijstelling tranche 2009.

– 2.090

Stand 1e suppletore begroting

0

99.3.2. Prijsbijstelling

Stand vastgestelde ontwerpbegroting (bedragen x € 1.000)

6.999

Mutaties 1e suppletore begroting:

 

1.

Betreft uitkeren prijsbijstelling tranche 2009, waarvan € 3,254 miljoen naar artikel 3 OD 1 en € 1,443 miljoen naar artikel 3 OD 2.

– 4.717

2.

Restant artikel 99 deel prijsbijstelling.

– 2.282

Stand 1e suppletore begroting

0

99.3.3. Onvoorzien

Stand vastgestelde ontwerpbegroting (bedragen x € 1.000)

0

Mutaties 1e suppletore begroting:

 

1.

Overige mutaties

0

Stand 1e suppletore begroting

0

99.3.4. Taakstelling

Stand vastgestelde ontwerpbegroting (bedragen x € 1.000)

– 36

Mutaties 1e suppletore begroting:

 

1.

Artikel 99 deel taakstelling

36

Stand 1e suppletore begroting

0

Naar boven