32 395 V Wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Buitenlandse Zaken (V) voor het jaar 2010 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota)

Nr. 2 MEMORIE VAN TOELICHTING

A. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL

Wetsartikel 1

De begrotingsstaten die onderdeel uitmaken van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 1, derde lid, van de Comptabiliteitswet 2001 elk afzonderlijk bij de wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar 2010 wijzigingen aan te brengen in de departementale begrotingsstaat van het ministerie van Buitenlandse Zaken.

De in de begrotingsstaat opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze Memorie van Toelichting toegelicht (de zgn. begrotingstoelichting).

De minister van Buitenlandse Zaken,

M. J. M. Verhagen

B. BEGROTINGSTOELICHTING

1. Majeure wijzigingen op de begroting van Buitenlandse Zaken

De voorliggende suppletoire begroting bevat de voorgestelde wijzigingen ten opzichte van de ontwerpbegroting 2010. Deze mutaties betreffen wijzigingen die ook in de Voorjaarsnota zijn verwerkt. In voorliggende suppletoire begroting zijn de toezeggingen verwerkt die de minister voor Ontwikkelingssamenwerking deed tijdens de begrotingsbehandeling 2010. Dit betekent dat de oorspronkelijk opgenomen kortingen op de onderwijsprogramma’s in Mali (EUR 6 miljoen) en Mozambique (EUR 7 miljoen) ongedaan gemaakt zijn.

In het kader van de motie Vendrik, waarbij bepleit wordt dat extra geld zou moeten gaan naar vredesdividend- en burgereducatieprojecten in Zuid-Soedan via NGO’s, kan gemeld worden dat een extra bedrag van EUR 1,6 miljoen toegekend wordt ten behoeve van activiteiten bij de thema’s mensenrechten en goed bestuur. Daarnaast is voor Soedan, in tegenstelling tot andere OS-partnerlanden, geen korting doorgevoerd op het landenprogramma als gevolg van de daling van het ODA-budget. De Nederlandse bijdrage aan Soedan in 2010 zal zich naar verwachting met name richten op het goed functionerende Basic Services Fund, dat via NGO’s voorzieningen levert op het gebied van onderwijs, gezondheidszorg en water en sanitatie, een programma in Zuid-Soedan dat onafhankelijke berichtgeving bevordert en een bijdrage aan SUWEP om vrouwen extra voorlichting over de verkiezingen te geven. Verder worden substantiële bijdragen gegeven aan het VN- verkiezingsfonds en het Carter center waarmee onder meer lokale organisaties ten behoeve van kiezerseducatie en verkiezingswaarneming worden ondersteund.

De aanpak van milieuproblemen en ontbossing, waarvoor de motie eveneens pleit, wordt gesteund via lopende programma’s van IFAD en UNICEF, die duurzame, kleinschalige landbouw en duurzaam waterbeheer bevorderen.

Overigens geldt voor 2010 onverkort dat realisatie van deze plannen afhankelijk is van de absorptiecapaciteit van de organisaties die de programma’s uitvoeren. Ontwikkelingen op politiek en veiligheidsgebied spelen daarbij een rol.

De toezegging die de minster tijdens de begrotingsbehandeling deed om een bijdrage van EUR 1,5 miljoen te doen aan het Guyana Shield programma in Suriname is eveneens verwerkt in de begroting.

Overzicht belangrijkste suppletoire uitgavenmutaties 2010 (x EUR 1,0 mln)

In de volgende tabel volgt een overzicht van majeure wijzigingen ten opzichte van de ontwerpbegroting 2010 van het Ministerie van Buitenlandse Zaken, gevolgd door een toelichting per mutatie. Alleen de mutaties die te maken hebben met beleidsmatige wijzigingen zijn in het overzicht opgenomen.

Artikel

 

Mutatie

1

Mensenrechten

1,9

2

Bestrijding Internationaal Terrorisme

0,5

2

Regionale Stabiliteit en Crisisbeheersing

52,7

2

Humanitaire hulpverlening

22,5

7

Consulaire dienstverlening en migratie

7,1

Mensenrechten (beleidsartikel 2)

De verhoging wordt voor het grootste deel veroorzaakt door een extra bijdrage aan het mensenrechtenprogramma in Soedan (EUR 1,2 miljoen).

Bestrijding Internationaal Terrorisme (beleidsartikel 2)

De meerjarige verhoging van EUR 0,5 mln wordt veroorzaakt door een bijdrage van 5 jaar aan het nieuw op te richten Internationaal Anti-terrorisme Instituut.

Regionale Stabiliteit en Crisisbeheersing (beleidsartikel 2)

De ophoging van ruim 52 miljoen in 2010 en EUR 15 miljoen in latere jaren wordt enerzijds veroorzaakt door een verhoging van de verplichte bijdrage aan VN crisisbeheersingsoperaties en de ODA-inzet ten behoeve van Afghanistan. Anderzijds is sprake van een verlaging van de bijdrage aan het Stabiliteitsfonds.

Humanitaire Hulpverlening (beleidsartikel 2)

De mutatie wordt hoofdzakelijk veroorzaakt door een aanpassing van het noodhulpbudget als gevolg van met name de toezeggingen naar aanleiding van de aardbeving in Haïti (EUR 12 miljoen in 2010).

Consulaire dienstverlening en migratie (beleidsartikel 7)

In 2010 zijn extra uitgaven verricht naar aanleiding van de consulaire bijstand welke geleverd is na de aardbeving in Haïti. De toename van het budget voor dit artikel wordt verder hoofdzakelijk veroorzaakt doordat het beheer, onderhoud en de ontwikkeling van consulaire informatiesystemen hogere kosten met zich meebrengen dan oorspronkelijk waren voorzien.

2. Wijzigingen in de omvang van de HGIS

In deze paragraaf wordt geschetst welke wijzigingen zijn opgetreden in de omvang van de HGIS sinds de Miljoenennota 2010. Zoals uit de hierna volgende tabel blijkt is de HGIS toegenomen met EUR 93,6 miljoen.

Omvang van de HGIS (bedragen x EUR 1 miljoen)

MJN 2010

VJN 2010

Mutatie

HGIS-uitgaven

6.368,2

6.477,4

109,2

HGIS-ontvangsten

133,3

149,3

16,0

Omvang HGIS (uitgaven min ontvangsten)

6.234,9

6.328,1

93,2

De toename van de HGIS is het gevolg van meerdere mutaties. In de hierna volgende tabellen zijn deze uitgesplitst.

HGIS-uitgaven (bedragen x EUR 1 miljoen)

Totaal

Stand Miljoenennota 2010

6.368,2

1.

Aanpassing BNP-raming

54,3

2.

Eindejaarsmarge

79,4

3.

Overboekingen van/naar HGIS

– 40,1

4.

Intertemporele kasschuiven

0,0

5.

Desaldering/specifieke mutaties ontvangsten

16,0

Totaal mutaties Voorjaarsnota 2010

109,6

Stand Voorjaarsnota 2010

6.477,8

HGIS-ontvangsten (bedragen x EUR 1 miljoen)

Totaal

Stand Miljoenennota 2010

133,3

5.

Desaldering/specifieke mutaties

16,0

Totaal mutaties Voorjaarsnota 2010

16,0

Stand Voorjaarsnota 2010

149,3

  • 1. Op basis van wijzigingen in de CPB-ramingen voor het BNP en de prijscomponent van het BBP is de omvang van de HGIS omhoog bijgesteld.

  • 2. De eindejaarsmarge over 2009 is toegevoegd aan de HGIS.

  • 3. Het totaal van een aantal overboekingen uit de HGIS. Het betreft met name overboekingen naar Defensie in verband met het convenant persoonsbeveiliging hoogrisico posten (EUR 16 miljoen) en de bijdrage aan de C17 (EUR 12 miljoen) en het amendement Ten Hoopen op de (ontwerp)begroting van EZ (EUR 10 miljoen).

  • 4. Zowel de HGIS-uitgaven als de -ontvangsten zijn positief bijgesteld (zie ook 5. Desalderingen/specifieke mutaties in de tabel HGIS-ontvangsten).

C. TOELICHTING PER BELEIDSARTIKEL

Beleidsartikel 1 Versterkte internationale rechtsorde en eerbiediging van mensenrechten

Bedragen in EUR 1 000
 

Stand ontwerpbegroting 2010

Mutaties via NvW en amendementen

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting 2010

Mutaties 1e suppletoire begroting 2011

Mutaties 1e suppletoire begroting 2012

Mutaties 1e suppletoire begroting 2013

Mutaties 1e suppletoire begroting

2014

  

(1)

(2)

(3)

(4)=(1+2+3)

    

Verplichtingen

133 706

 

578

134 284

– 65

26

– 6 711

– 6 271

          

Uitgaven:

        
          

Programma-uitgaven totaal

111 940

 

1 918

113 858

2 996

445

– 1 702

– 4 662

          

1.1

Internationale rechtsorde

46 699

 

– 2 527

44 172

1 091

16

16

16

          

1.2

Mensenrechten

52 169

 

1 445

53 614

193

532

532

532

          

1.3

Internationale juridische instellingen

13 072

 

3 000

16 072

1 712

– 103

– 2 250

– 5 210

Uitgaven

1.3. Internationale juridische instellingen

De verhoging van EUR 3 miljoen in 2010 en EUR 1,7 miljoen in 2011 vloeien voort uit een herschikking van de budgetten voor de nieuwbouw van het Internationaal Strafhof. Deze verhogingen worden gecompenseerd door verlagingen in de jaren vanaf 2012.

Beleidsartikel 2 Grotere veiligheid en stabiliteit, effectieve humanitaire hulpverlening en goed bestuur

Bedragen in EUR 1 000
 

Stand ontwerpbegroting 2010

Mutaties via NvW en amendementen

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting 2010

Mutaties 1e suppletoire begroting 2011

Mutaties 1e suppletoire begroting 2012

Mutaties 1e suppletoire begroting 2013

Mutaties 1e suppletoire begroting 2014

  

(1)

(2)

(3)

(4)=(1+2+3)

    

Verplichtingen

805 422

– 7 000

– 11 874

786 548

87 074

79 116

– 56 180

137 820

          

Uitgaven:

         
          

Programma-uitgaven totaal

829 628

– 7 000

75 409

898 037

12 911

13 699

13 389

15 389

          

2.1

Nationale en bondgenootschappelijke veiligheid

18 553

 

– 1 579

16 974

– 1 579

– 1 579

– 1 579

– 1 579

          

2.2

Bestrijding internationaal terrorisme

0

 

500

500

500

500

500

500

          

2.3

Non-proliferatie en ontwapening

8 917

 

636

9 553

636

636

636

636

          

2.4

Conventionele wapenbeheersing

   

0

    
          

2.5

Regionale stabiliteit en crisisbeheersing

362 377

– 7 000

52 658

408 035

15 374

15 374

15 374

15 374

          

2.6

Humanitaire hulpverlening

240 767

 

22 500

263 267

– 1 500

– 1 500

– 1 500

– 1 500

          

2.7

Goed bestuur

180 414

 

2 694

183 108

1 780

2 268

1 958

3 958

          

2.8

Het bevorderen van energievoorzieningszekerheid

        
          

2.9

Grotere veiligheid door strijd tegen milieudegradatie

18 600

 

– 2 000

16 600

– 2 300

– 2 000

– 2 000

– 2 000

          

Ontvangsten

1 147

 

2

1 149

2

2

2

2

          

2.10

Nationale en bondgenootschappelijke veiligheid

147

 

2

149

2

2

2

2

          

2.70

Humanitaire hulpverlening

1 000

  

1 000

    

Uitgaven

2.2. Bestrijding Internationaal Terrorisme

De meerjarige verhoging van EUR 0,5 miljoen wordt veroorzaakt door een bijdrage van vijf jaar aan het nieuw op te richten Internationaal Anti-terrorisme Instituut.

2.5. Regionale Stabiliteit en Crisisbeheersingsoperaties

De verhoging van ruim 52 miljoen in 2010 en EUR 15 miljoen in latere jaren wordt enerzijds veroorzaakt door een verhoging van de verplichte bijdrage aan VN crisisbeheersingsoperaties en, voor wat betreft 2010, inzet ten behoeve van Afghanistan. Anderzijds is sprake van een verlaging van de bijdrage aan het Stabiliteitsfonds.

2.6. Humanitaire Hulpverlening

De verhoging in 2010 is een saldo en hangt grotendeels samen met een aanpassing van het noodhulpbudget als gevolg van met name de toezeggingen naar aanleiding van de aardbeving in Haïti (EUR 12 miljoen in 2010). Daarnaast is hier een structurele korting van EUR 1,5 miljoen ingeboekt op Noodhulp aan niet DAC-landen.

2.9. Grotere veiligheid door strijd tegen milieudegradatie

De verlaging op dit artikel is het gevolg van vertragingen in het Wereldbankprogramma in het Congobekken en de regionale programma’s in Centraal Azië en het Grote Meren gebied. De meerjarige verlaging is het gevolg van de beëindiging van het regionale milieuprogramma in Centraal Azië.

Beleidsartikel 3 Versterkte Europese Samenwerking

Bedragen in EUR 1 000
 

Stand ontwerpbegroting 2010

Mutaties via NvW en amendementen

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting 2010

Mutaties 1e suppletoire begroting 2011

Mutaties 1e suppletoire begroting 2012

Mutaties 1e suppletoire begroting 2013

Mutaties 1e suppletoire begroting 2014

  

(1)

(2)

(3)

(4)=(1+2+3)

    

Verplichtingen

7 027 524

 

– 257 062

6 770 462

– 2 560

– 2 572

6 224

– 2 000

          

Uitgaven:

        
          

Programma-uitgaven totaal

7 217 284

 

– 255 770

6 961 514

– 160 713

10 783

9 886

– 10 076

          

3.1

Nederlandse afdrachten aan de EU

7 003 076

 

– 254 540

6 748 536

– 145 000

   
          

3.2

Ondersteuning bij pre- en postaccessie

10 708

 

– 1 280

9 428

– 1 280

– 1 280

– 1 280

– 1 280

          

3.3

Europees ontwikkelingsfonds

191 052

  

191 052

– 14 433

12 063

11 166

– 8 796

          

3.4

Nederlandse positie in de EU

3 145

  

3 145

    
          

3.5

Raad van Europa

9 303

 

50

9 353

    
          

Ontvangsten

599 200

 

0

599 200

0

0

0

0

          

3.10

Perceptiekostenvergoedingen

599 200

  

599 200

    
          

3.40

Restitutie Raad van Europa

0

  

0

    

Uitgaven

3.1. Nederlandse afdrachten aan de EU

De EU-afdrachten laten een meevaller in 2010 zien als gevolg van onderuitputting van de EU-begroting in 2009. Dit leidt in 2010 tot lagere afdrachten van Nederland aan de EU, omdat de aanpassing van de begroting 2009 pas in 2010 heeft plaatsgevonden. De meevaller in 2011 kan worden verklaard door het feit dat de EU-ontwerpbegroting 2011 lager is uitgevallen dan het plafond van de Financiële Perspectieven in 2011. 

Beleidsartikel 4 Meer welvaart en minder armoede

Bedragen in EUR 1 000
 

Stand ontwerpbegroting 2010

Mutaties via NvW en amendementen

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting 2010

Mutaties 1e suppletoire begroting 2011

Mutaties 1e suppletoire begroting 2012

Mutaties 1e suppletoire begroting 2013

Mutaties 1e suppletoire begroting 2014

  

(1)

(2)

(3)

(4)=(1+2+3)

    

Verplichtingen

490 897

– 4 500

613 286

1 099 683

284 653

260 091

279 039

396 298

          

Uitgaven:

         
          

Programma-uitgaven totaal

671 675

– 4 500

– 15 768

651 407

123 893

– 20 498

268 123

385 382

          

4.1

Handels- en financieel systeem

22 211

 

– 950

21 261

– 2 331

– 2 092

– 2 092

– 2 092

          

4.2

Armoedebestrijding

125 269

– 4 500

4 567

125 336

116 280

– 38 078

249 366

366 625

          

4.3

Verhoogde economische groei en verminderde armoede als gevolg van gezonde private sector ontwikkeling in ontwikkelingslanden

503 830

 

– 31 473

472 357

– 4 166

6 299

7 776

7 776

          

4.4

Kwaliteit en effectiviteit ontwikkelingssamenwerking

14 100

 

11 693

25 793

13 715

12 978

12 678

12 678

          

4.5

Nederlandse handels- en investeringsbevordering

6 265

 

395

6 660

395

395

395

395

          

Ontvangsten

20 107

 

– 204

19 903

– 87

– 86

3 941

7 845

          

4.10

Ontvangsten tijdelijke financiering NIO en restituties

20 107

 

– 204

19 903

– 87

– 86

3 941

7 845

Verplichtingen

De mutatie op de verplichting in 2010 wordt voornamelijk veroorzaakt door de Nederlandse intekening op de garantieverplichting voor de kapitaalsverhoging van de Asian Development Bank. Aan de andere kant wordt de annual review voor begrotingssteun in Tanzania pas eind dit jaar verwacht waardoor het aangaan van een nieuwe verplichting doorschuift naar 2011. De verhoging van de verplichting in 2012 hangt samen met nieuwe, vierjarige voorstellen van UNDP die in dat jaar worden verwacht. Daarnaast is de verwachting dat de onderhandeling met de IFAD zullen worden afgesloten waardoor een nieuwe verplichting kan worden aangegaan.

Uitgaven

4.2. Overige armoedebestrijding

In overleg met betrokken organisaties is het betalingsritme voor multilaterale schuldverlichtingsinitiatieven gewijzigd (o.a. Heavily Indebted Poor Country Initiative – HIPC en International Development Association – IDA). Verder is de structurele bijdrage aan IFAD verhoogd. Ten slotte is sprake van een verhoging, met name in de jaren 2013 en 2014 in verband met het gebruikelijke parkeerkarakter van dit artikel.

4.3. Ondernemingsklimaat ontwikkelingslanden

De verlaging in 2010 is hoofdzakelijk het gevolg van een neerwaartse bijstelling van het budget voor het programma voor ORET (Ontwikkelingsrelevante Export Transacties) wegens verwachte onderuitputting. Daarnaast is sprake van een verlaging op de bijdrage aan de International Finance Cooperation (IFC) als gevolg van een kasschuif naar 2012 en 2013. Daartegenover staan verhogingen ten behoeve van onder meer het FMO/Infrastructure Development Fund en lopende Schoklandactiviteiten. Binnen het thema marktontwikkeling wordt de bijdrage aan het Initiatief Duurzame Handel vanaf 2011 structureel verhoogd.

4.4. Verhoogde kwaliteit en effectiveit van ontwikkelingssamenwerking

De verhoging op dit artikel betreft een technische bijstelling. Activiteiten op andere artikelen zijn naar dit artikel overgeheveld, omdat deze hier thematisch gezien thuishoren.

Beleidsartikel 5 Toegenomen menselijke ontplooiing en sociale ontwikkeling

Bedragen in EUR 1 000
 

Stand ontwerpbegroting 2010

Mutaties via NvW en amendementen

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting 2010

Mutaties 1e suppletoire begroting 2011

Mutaties 1e suppletoire begroting 2012

Mutaties 1e suppletoire begroting 2013

Mutaties 1e suppletoire begroting 2014

  

(1)

(2)

(3)

(4)=(1+2+3)

    

Verplichtingen

2 884 694

11 500

474 156

3 370 350

11 448

9 911

– 24 173

– 24 173

          

Uitgaven:

        
          

Programma-uitgaven totaal

1 575 619

11 500

– 198

1 586 921

10 745

7 203

– 34 791

– 34 791

          

5.1

Alle kinderen, jongeren en volwassenen hebben gelijke kansen om kwalitatief goed onderwijs te doorlopen, dat hen de benodigde vaardigheden en kennis biedt om op een volwaardige wijze deel te kunnen nemen aan de samenleving

314 171

7 000

8 207

329 378

– 8 566

9 232

– 12 968

– 12 968

          

5.2

Versterking van het gebruik van kennis en onderzoek in beleid en praktijk van ontwikkelingssamenwerking en versterking van post-secundair onderwijs- en onderzoeks capaciteit in partnerlanden. Vermindering van kwalitatieve en kwantitatieve tekorten aan geschoold middenkader.

169 829

 

858

170 687

    
          

5.3

Gender

48 536

 

– 4 401

44 135

4 505

581

– 4 370

– 4 370

          

5.4

HIV/Aids

281 991

4 500

– 4 493

281 998

17 142

4 637

– 4 123

– 4 123

          

5.5

Reproductieve gezondheid

187 480

 

– 15 190

172 290

– 10 473

– 9 097

– 12 977

– 12 977

          

5.6

Participatie civil society

573 612

 

14 821

588 433

8 137

1 850

– 353

– 353

Verplichtingen

Het verplichtingenbudget is onder meer om de volgende redenen verhoogd. In 2010 zal een nieuwe verplichting worden aangegaan voor het Education for All programma. Er worden nieuwe verplichtingen aangegaan binnen de landenprogramma’s op het gebied van onderwijs: onder andere in Mali, Burkina Faso en Pakistan. De voorgenomen committering voor een vervolgbijdrage aan het UNICEF-thema Child Protection wordt daarentegen een jaar vooruitgeschoven. Verder wordt een algemene, vrijwillige bijdrage aan UNIFEM gegeven, naast de bijdrage aan het Trust Fund «Violance against Women» die via UNIFEM loopt. Ten slotte zullen eind dit jaar additionele verplichtingen worden aangegaan ten behoeve van het nieuwe, brede subsidiekader: het medefinancieringsstelsel 2011–2015.

Uitgaven

5.3. Gender

De verlaging in 2010 is een gevolg van een verschuiving van middelen van het MDG3 fonds naar 2011 als gevolg van een temporisering in de uitvoering van het programma.

5.5. Reproductieve gezondheidszorg

De meerjarige verlaging op dit subartikel is grotendeels een gevolg van een neerwaartse mutatie in de uitgaven aan de landenprogramma’s op het gebied van (reproductieve) gezondheid. Daarnaast worden in 2010 en 2011 de uitgaven voor het centrale, algemene gezondheidszorgprogramma verlaagd.

Beleidsartikel 6 Beter beschermd en verbeterd milieu

Bedragen in EUR 1 000
 

Stand ontwerpbegroting 2010

Mutaties via NvW en amendementen

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting 2010

Mutaties 1e suppletoire begroting 2011

Mutaties 1e suppletoire begroting 2012

Mutaties 1e suppletoire

begroting 2013

Mutaties 1e suppletoire begroting 2014

  

(1)

(2)

(3)

(4)=(1+2+3)

    

Verplichtingen

195 632

 

238 683

434 315

– 11 738

5 900

– 8 880

– 18 880

          

Uitgaven:

        
          

Programma-uitgaven totaal

334 973

 

– 6 125

328 848

– 93 162

39 912

24 802

– 16 198

          

6.1

Milieu en water

221 052

 

– 266

220 786

– 99 084

51 912

37 802

– 3 198

          

6.2

Duurzaam waterbeheer, een hoger percentage mensen dat duurzaam toegang heeft tot veilig drinkwater en sanitaire voorzieningen

113 921

 

– 5 859

108 062

5 922

– 12 000

– 13 000

– 13 000

Verplichtingen

De verhoging op het verplichtingenbudget hangt deels samen met het aangaan van verplichtingen ten behoeve van de hernieuwbare energie enveloppe. Daarnaast is er een verhoging voor het aangaan van de nieuwe vierjarige committering voor het Global Environment Fund (GEF IV), hiervoor was niet voldoende budget opgenomen.

Uitgaven

6.1. Milieu en Water

De verlaging in 2011 is grotendeels het gevolg van een kasschuif van de middelen voor hernieuwbare energie naar 2012 en 2013. Hiermee wordt invulling gegeven aan de uit het Besluitvormingsmemorandum bij Voorjaarsnota voortvloeiende kasschuif van EUR 100 miljoen van 2011 naar 2012.

6.2. Duurzaam Waterbeheer

De daling in 2012 en verder wordt grotendeels veroorzaakt door de afbouw van het waterprogramma in Vietnam.

Beleidsartikel 7 Welzijn en veiligheid van Nederlanders in het buitenland en regulering van personenverkeer

Bedragen in EUR 1 000
 

Stand ontwerpbegroting 2010

Mutaties via NvW en amendementen

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting 2010

Mutaties 1e suppletoire begroting 2011

Mutaties 1e suppletoire begroting 2012

Mutaties 1e suppletoire begroting 2013

Mutaties 1e suppletoire begroting 2014

  

(1)

(2)

(3)

(4)=(1+2+3)

    

Verplichtingen

276 220

0

– 245 926

30 294

– 106 921

– 112 100

– 112 100

– 112 100

          

Uitgaven:

        
          

Programma-uitgaven totaal

276 330

0

– 246 036

30 294

– 107 031

– 112 210

– 112 210

– 112 210

          

7.1

Consulaire dienstverlening

12 899

 

7 125

20 024

7 760

5 460

5 460

5 460

          

7.2

Vreemdelingenbeleid

263 431

 

– 253 161

10 270

– 114 791

– 117 670

– 117 670

– 117 670

          

Ontvangsten

37 690

 

760

38 450

760

760

760

760

          

7.10

Consulaire dienstverlening

37 690

 

760

38 450

760

760

760

760

Verplichtingen

De verplichtingen mutaties hangen samen met de hieronder beschreven uitgavenmutaties.

Uitgaven

7.1. Consulaire dienstverlening

De meerjarige toename van het budget voor dit artikel wordt hoofdzakelijk veroorzaakt doordat het beheer en onderhoud en de ontwikkeling van consulaire informatiesystemen hogere kosten met zich meebrengen dan oorspronkelijk waren voorzien. Ook zijn in 2010 extra uitgaven verricht naar aanleiding van de consulaire bijstand welke geleverd is na de aardbeving in Haïti.

7.2. Vreemdelingenbeleid

De mutatie wordt veroorzaakt doordat met ingang van het begrotingsjaar 2010 de ODA-uitgaven aan eerstejaarsopvang asielzoekers niet langer verantwoord worden op de begroting van Buitenlandse Zaken. De belasting ten laste van de ODA-begroting van de kosten van de eerstejaarsopvang van asielzoekers uit DAC-landen blijft bestaan; echter deze wordt begrotingstechnisch een toerekening in plaats van een uitgaven-post op de begroting van Buitenlandse Zaken. In plaats van de bestaande bijdrageconstructie vanuit de begroting van Buitenlandse Zaken wordt het ODA-deel van de asieluitgaven toegerekend aan het ODA-budget en verantwoord in de HGIS-nota en het HGIS jaarverslag. Deze wordt jaarlijks tegelijk met de departementale begrotingen en jaarverslagen aangeboden aan de Tweede Kamer.

Beleidsartikel 8 Versterkt cultureel profiel en positieve beeldvorming in en buiten Nederland

Bedragen in EUR 1 000
 

Stand ontwerpbegroting 2010

Mutaties via NvW en amendementen

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting 2010

Mutaties 1e suppletoire begroting 2011

Mutaties 1e suppletoire begroting 2012

Mutaties 1e suppletoire begroting 2013

Mutaties 1e suppletoire begroting 2014

  

(1)

(2)

(3)

(4)=(1+2+3)

    

Verplichtingen

174 164

 

– 1 237

172 927

– 3 329

– 3 399

– 579

– 579

          

Uitgaven:

        
          

Programma-uitgaven totaal

77 293

 

– 1 885

75 408

– 3 686

– 3 922

– 3 916

– 3 916

          

8.1

Grotere buitenlandse bekendheid met de nederlandse cultuur en versterking van de culturele identiteit in ontwikkelingslanden.

9 660

 

– 1 444

8 216

– 655

– 1 117

– 1 117

– 1 117

          

8.2

Cultureel erfgoed

4 820

 

65

4 885

65

65

65

65

          

8.3

Draagvlak Nederlands buitenlands beleid

62 813

 

– 586

62 227

– 3 151

– 2 925

– 2 919

– 2 919

          

8.4

Vestigingsklimaat internationale organisaties in Nederland

0

 

80

80

55

55

55

55

          

Ontvangsten

790

 

0

790

0

0

0

0

          

8.10

Doorberekening Defensie diversen

790

  

790

    

Verplichtingen

Uitgaven

8.1. Nederlandse cultuur

De verlaging betreft met name MFS/TMF cultuur en communicatie.

8.4. Vestigingsklimaat internationale organisaties in Nederland

De verhoging betreft de jaarlijkse Nederlandse bijdrage van EUR 55.000 voor de bedrijfsvoeringskosten van de Hoge Commissaris voor Nationale Minderheden. Deze kosten werden eerst op een ander beleidsartikel verantwoord. Daarnaast is er een verhoging van EUR 25.000 voor een bijdrage aan een hotelkamerproject (voor vertegenwoordigers uit ontwikkelingslanden) in Den Haag van de Organisatie voor een Verbod op Chemische Wapens (OPCW).

Niet-beleidsartikel 9 Geheim

Artikel 9 Geheim

Bedragen in EUR 1 000

Stand ontwerpbegroting 2010

Mutaties via NvW en amendementen

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting 2010

Mutaties 1e suppletoire begroting 2011

Mutaties 1e suppletoire begroting 2012

Mutaties 1e suppletoire begroting 2013

Mutaties 1e suppletoire begroting 2014

 

(1)

(2)

(3)

(4)=(1+2+3)

    

Verplichtingen

pm

  

pm

    
         

Uitgaven

pm

 

150

150

    
         

Ontvangsten

0

  

0

    

Niet-beleidsartikel 10 Nominaal en onvoorzien

Artikel 10 Nominaal en onvoorzien

Bedragen in EUR 1 000

Stand ontwerpbegroting 2010

Mutaties via NvW en amendementen

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begrotin 2010

Mutaties 1e suppletoire begroting 2011

Mutaties 1e suppletoire begroting 2012

Mutaties 1e suppletoire begroting 2013

Mutaties 1e suppletoire begroting 2014

 

(1)

(2)

(3)

(4)=(1+2+3)

    

Verplichtingen

32 992

 

– 21 403

11 589

– 14 806

– 18 127

– 18 357

– 18 051

         

Uitgaven:

32 992

 

– 21 403

11 589

– 14 806

– 18 127

– 18 357

– 18 051

         

Nominaal en onvoorzien

32 992

 

– 21 403

11 589

– 14 806

– 18 127

– 18 357

– 18 051

Verplichtingen en uitgaven

Het artikel wordt verlaagd met ruim EUR 21 miljoen. Dit betreft een overboeking van EUR 26,9 miljoen naar andere artikelen op de begroting van Buitenlandse zaken in verband met gestegen kosten voor beveiliging van ambassades en hogere contributies aan de VN in verband met vredesoperaties. Verder werd EUR 7,6 miljoen eindejaarsmarge 2009 toegevoegd aan het artikel. Daarnaast was er sprake van een negatieve bijstelling ad EUR 1,3 miljoen op grond van een aanpassing van de raming voor de prijscomponent van het BBP. In de mutaties vanaf 2011 zijn overboekingen in verband met prijscompensatie meegenomen.

Niet-beleidsartikel 11 Algemeen

Artikel 11 Algemeen

Bedragen in EUR 1 000

Stand ontwerpbegroting 2010

Mutaties via NvW en amendementen

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting 2010

Mutaties 1e suppletoire begroting 2011

Mutaties 1e suppletoire begroting 2012

Mutaties 1e suppletoire begroting 2013

Mutaties 1e suppletoire begroting 2014

 

(1)

(2)

(3)

(4)=(1+2+3)

    

Verplichtingen

749 085

0

4 034

753 119

34 873

37 427

27 893

32 893

         

Uitgaven:

745 649

0

4 146

749 795

42 110

30 698

34 130

37 285

         

Apparaatsuitgaven

745 649

0

4 146

749 795

42 110

30 698

34 130

37 285

         

Ontvangsten

50 326

 

15 000

65 326

7 000

0

0

0

         

Diverse ontvangsten

50 326

 

15 000

65 326

7 000

   
         

Koersverschillen

0

 

0

0

    

Verplichtingen

De verplichtingenmutatie houdt verband met de kasmutaties zoals die hieronder zijn beschreven.

Uitgaven

De verhoging van de uitgaven is een saldo van diverse kleine en grotere mutaties. Enerzijds zijn er hogere uitgaven voor loonkosten lokaal personeel, vooral veiligheid gerelateerde investeringen in en beheer en onderhoud van residenties en kanselarijen, huur en beveiliging van met name hoogrisico posten als Islamabad, Kabul en Sana’a en uitgaven voor het project digitaal archiveren. Anderzijds is er een verlaging van de uitgaven als gevolg van een overheveling naar Defensie in verband met het convenant persoonsbeveiliging hoogrisico posten en de bijdrage aan de C17.

Ontvangsten

De mutatie is mede het gevolg van vertraagde ontvangsten uit de verkoop van panden die al in 2009 waren gepland, maar pas dit jaar worden gerealiseerd. Als gevolg van een stagnerende onroerend goedmarkt is de in 2009 gerealiseerde opbrengst van de verkoop van residenties en kanselarijen, lager uitgevallen dan verwacht. Naar verwachting zullen in 2010 meer panden worden verkocht als gevolg van een aantrekkende onroerendgoedmarkt.

Naar boven