32 395 Voorjaarsnota 2010

Nr. 13 BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 9 juli 2010

Naar aanleiding van de motie Weekers c.s. (32 395, nr. 4) over het vrijgeven van spaarloon heb ik u toegezegd binnen een termijn van twee weken te reageren. Daar voldoe ik hierbij gaarne aan.

Ik heb altijd positief gestaan tegenover de mogelijkheid om het spaarloon vrij te geven. Ik heb dan ook besloten om het spaarloon vrij te geven. In tijden van crisis kan dit als een positief signaal worden gezien van de overheid. Wie dat wil, kan over de opgebouwde tegoeden beschikken.

Uit informatie inzake de financiële markten is mij gebleken dat deze maatregel niet tot onoverkomelijke problemen zal leiden voor de financiële sector. Het moment van vrijgeven is na overleg met de Nederlandse Vereniging van Banken mede gelet op de uitvoerbaarheid vastgesteld op 15 september 2010.

Voor deze deblokkering is een wijziging van de Wet op de Loonbelasting 1964 vereist. Hierop vooruitlopend zal ik bij beleidsbesluit goedkeuren dat met ingang van 15 september 2010 men kan beschikken over spaarloontegoeden die zijn opgebouwd in de jaren 2006 tot en met 2009.

Ik vertrouw erop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.

De minister van Financiën,

J. C. de Jager

Naar boven