nr. 2
BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 24 november 2009
De vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit verzoekt
mij om in overleg met mijn Europese collega’s de prijsvorming van agrarische
producten te onderzoeken en de mogelijke (markt)macht van supermarkten hierbij.
De commissie verzoekt mij ook om hierbij de vraag te betrekken of het
onderzoek bij afzetorganisaties in de tuinbouw naar mogelijke prijsafspraken,
zoals nu door de Nederlandse Mededingingsautoriteit (NMa) is gestart, geen
nadelige gevolgen kan hebben voor het functioneren van coöperatieve verenigingen
in de lidstaten. Mocht dit het geval zijn, dan verzoekt de commissie mij ervoor
te pleiten dat Europese regelgeving wordt aangepast.
Wat betreft een onderzoek in Europees verband naar de prijsvorming van
agrarische producten, kan ik u melden dat in Europa een discussie op gang
is gekomen om de voedselketen beter te laten functioneren. De Europese Commissie
heeft hiervoor op 28 oktober 2009 een mededeling gepubliceerd waarin
een aantal acties wordt voorgesteld. Het kabinet beraadt zich momenteel op
deze acties en wat de inzet daarop moet zijn, zowel in Nederland als in Europees
verband. Zodra de inzet duidelijk is, zal ik u daarover informeren en wil
ik ook graag met de Kamer over de beleidsinzet van gedachten wisselen.
Meer concreet stelt de Europese Commissie de volgende zaken voor:
– Een efficiëntere werking van de interne markt in de voedselketen;
– Meer inzichtelijkheid in de prijsvorming (tussen producenten-
en consumentenprijs);
– Het tegengaan van speculatie met agrarische grondstoffen;
– En, onderzoek naar mogelijkheden van bundeling van kleine en middelgrote
producenten.
De Europese Commissie wil in november 2010 een rapport uitbrengen over
het vervolg op de voorgestelde acties. Ze doet dit op basis van discussies
met EU-instituten en relevante stakeholders. Daartoe zal de Commissie de scope,
het mandaat en het lidmaatschap verbreden van de bestaande High Level Group
on the competitiveness of the Agro-Food Industry.
Zoals ook door de Europese Commissie is aangegeven, zijn beter functionerende
en meer transparante agroketens in het belang van de consument. Ze dragen
bij aan versterking van de internationale concurrentiepositie van de agrofoodsector
als geheel en zijn cruciaal voor een duurzame verdeling van toegevoegde waarde
tussen de ondernemers die de keten dragen: primaire producenten (waaronder
tuinders), toeleveranciers, verwerkers, handelaren, distributeurs en retailers.
Tot slot wil ik u melden dat een onderzoek, zoals nu door de NMa is gestart
bij telerscoöperaties en groothandels, zich richt op het functioneren
van deze organisaties binnen de kaders van de wet. Zolang coöperatieve
verenigingen binnen die kaders opereren, hoeven ze het Nma-onderzoek niet
te vrezen of zich daardoor beperkt te voelen.
De minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,
G. Verburg