Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 24 september 2010
In de brief van de algemene commissie voor Wonen, Wijken en Integratie van 13 september 2010 heeft de commissie mij gevraagd
om de Kamer te informeren hoe de wijziging van het Vreemdelingenbesluit 2000 zich verhoudt tot het besluit van de Kamer (Kamerstukken
II 2009/10, 32 333, nr. 47 onder Q14) om een brief inzake diverse onderwerpen op het terrein van de Huwelijks- en gezinsmigratie (Kamerstukken II 2009/10,
32 175, nr. 9) controversieel te verklaren. In antwoord op dit verzoek bericht ik u, mede namens de Minister van Justitie, als volgt.
Naar aanleiding van de motie over huwelijksmigratie (Kamerstukken II 2008/09, 31 700 XVIII, nr. 19) ingediend op 4 december 2008 door de leden Van Toorenburg (CDA) en Dijsselbloem (PvdA) heeft het kabinet met de brief Huwelijks-
en gezinsmigratie van 2 oktober 2009 (Kamerstukken II 2009/10, 32 175, nr. 1) zijn integrale visie op de thema’s huwelijksmigratie en integratie van huwelijksmigranten in Nederland gegeven.
De brief Huwelijks- en gezinsmigratie is met uw Kamer besproken tijdens een AO op 18 november 2009 en een VAO op 2 december
2009. Er zijn toen geen moties ingediend tegen de verhoging van het niveau van de Toets Gesproken Nederlands naar A1 en de
invoering van een toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen. Met de planningsbrief maatregelen Huwelijks- en gezinsmigratie
van 18 december 2009 (Kamerstukken II 2009/10, 32 175, nr. 5) is uw Kamer verder geïnformeerd over de invoering van de voorgestelde maatregelen.
In het voorjaar van 2010 is een aantal onderwerpen controversieel verklaard (Kamerstukken II 2009/10, 32 333, nr. 14). De brief Huwelijks- en gezinsmigratie noch de planningsbrief maatregelen Huwelijks- en gezinsmigratie behoorden tot de
controversiële onderwerpen.
In de procedurevergadering van de algemene commissie voor Wonen, Wijken en Integratie van 22 april 2010 is besloten om een
brief inzake diverse onderwerpen op het terrein van de Huwelijks- en gezinsmigratie (Kamerstukken II 2009/10, 32 175, nr. 9) controversieel te laten verklaren. Deze brief, die niet zag op de verhoging van het niveau van de Toets Gesproken Nederlands
naar A1 en de invoering van een toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen, is op 18 mei 2010 inderdaad door de Kamer controversieel
verklaard (TK, 2009–10, 32 333, nr. 47 onder Q14).
Gezien het eerder gebleken draagvlak in uw Kamer en omdat de controversieel verklaarde brief niet op de wijziging van het
Vreemdelingenbesluit 2000 zag heb ik geen reden gezien om de wijziging van het Vreemdelingenbesluit 2000 op te schorten. In
deze visie werd ik bevestigd door het besluit van de algemene commissie voor Wonen, Wijken en Integratie tijdens dezelfde
procedurevergadering van 22 april 2010 om de Minister van Justitie en mijzelf het verzoek te doen om de Wijziging van het
Vreemdelingenbesluit 2000 voor inwerkingtreding naar de Kamer te sturen.
Ik heb vervolgens met mijn brief van 9 september 2010 voldaan aan het verzoek van de commissie om de Wijziging van het Vreemdelingenbesluit
2000 voor inwerkingtreding aan uw Kamer te zenden.
Ik wijs u erop dat een besluit om de inwerkingtreding van het gewijzigde Vreemdelingenbesluit 2000 op te schorten tot gevolg
heeft dat de Toets Gesproken Nederlands nog langere tijd op het niveau A1min wordt afgelegd en het basisexamen inburgering
in het buitenland langer zonder toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen wordt afgenomen. In het geval van opschorting blijft
het oude besluit van toepassing.
De minister voor Wonen, Wijken en Integratie,
E. van Middelkoop