Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:
1. Artikel 43, eerste zin, komt te luiden:
Bij het ontbreken van een aanwijzing van het toepasselijke recht overeenkomstig het Haags Huwelijksvermogensverdrag 1978 wordt,
behoudens in het geval van artikel 5 lid 2 of artikel 7 lid 2 van dit verdrag, het huwelijksvermogensregime van echtgenoten
die beiden ten tijde van de sluiting van het huwelijk de Nederlandse nationaliteit bezitten beheerst door Nederlands recht,
ongeacht of zij beiden of een hunner nog een andere nationaliteit bezitten.
2. In artikel 127 wordt het laatste lid vernummerd tot het zesde lid.
3. In artikel 140 wordt «artikel 134» vervangen door: artikel 141.
4. Artikel 160 lid 4 komt te luiden:
4. De leden 2 en 3 zijn van overeenkomstige toepassing op de verhaalbaarheid van een vordering op het schip.
5. In artikel 163, aanhef, wordt «wordt» vervangen door: worden.
6. Na artikel IIIA wordt een nieuw artikel ingevoegd, luidende:
Artikel IIIB
Het Wetboek van Strafrecht wordt als volgt gewijzigd:
In artikel 140 lid 2 wordt «artikel 5a, eerste lid, van de Wet conflictenrecht corporaties» vervangen door: artikel 122, eerste
lid, van Boek 10 Burgerlijk Wetboek
Toelichting
Deze nota van wijziging strekt ertoe enige wijzigingen van technische aard door te voeren in het wetsvoorstel.
1. In artikel 43 zijn twee wijzigingen aangebracht. In de eerste plaats is een verwijzing naar artikel 7 lid 2 van het Haags
Huwelijksvermogensverdrag 1978 toegevoegd. Het oorspronkelijke voorstel van wet verwees ten onrechte alleen naar artikel 5
lid 2 van dit verdrag. In de tweede plaats is ter verduidelijking toegevoegd dat het tijdstip van de sluiting van het huwelijk
bepalend is bij beantwoording van de vraag of beide echtgenoten de Nederlandse nationaliteit hebben.
2. Deze wijziging strekt tot herstel van een foutieve nummering van het laatste lid van artikel 127.
3. Deze wijziging strekt tot verbetering van een misslag
4. In artikel 160 lid 4 gaat het over de verhaalbaarheid van alle vorderingen op het schip, niet slechts van vorderingen jegens
een ander dan de eigenaar van het schip. De wijziging maakt dat duidelijk.
5. Deze wijziging betreft een grammaticale verbetering.
6. In artikel 140 lid 2 Sr wordt verwezen naar een onherroepelijke verklaring als bedoeld in artikel 5a, eerste lid, van de Wet
conflictenrecht corporaties. Nu Boek 10 BW de Wet conflictenrecht corporaties vervangt, wordt de verwijzing naar de Wet conflictenrecht
corporaties vervangen door een verwijzing naar artikel 10:122 BW.
De minister van Justitie,
E. M. H. Hirsch Ballin