nr. 3
MEMORIE VAN TOELICHTING
I. ALGEMEEN
1. Inleiding
Het advies van de Raad van State wordt niet openbaar gemaakt, omdat het
zonder meer instemmend luidt/uitsluitend opmerkingen van redactionele aard
bevat (artikel 25a, vierde lid, onderdeel b, van de Wet op de Raad van State)
Op verzoek van de Raad voor de rechtspraak, mede namens het gerechtsbestuur
van de rechtbank Rotterdam, beoogt dit wetsvoorstel Schiedam als nevenvestigingsplaats
van de rechtbank Rotterdam te schrappen. Hiertoe moet de bijlage bij de Wet
op de rechtelijke organisatie worden gewijzigd. Dit wetsvoorstel is reeds
aangekondigd in mijn brief van 9 april 2009 over de herziening van de
gerechtelijke kaart (Kamerstukken II 2008/09, 29 279, nr. 80, blz. 6),
waarover ik op 16 april 2009 een algemeen overleg heb gevoerd met de
vaste commissie voor Justitie uit de Tweede Kamer (Kamerstukken II 2008/09,
29 279, nr. 82).
2. Achtergronden
Zoals ik in mijn brief en in het algemeen overleg heb aangegeven, liggen
motieven van praktische aard aan dit voorstel ten grondslag. Het gebouw waarin
de nevenvestiging Schiedam is gehuisvest («Huis Nolet» aan de
Lange Haven 65 te Schiedam, dat sinds 1908 voor kantonrechtspraak in
gebruik is) is een rijksmonument dat in verband met dringende restauratie-
en renoveringswerkzaamheden op last van de Rijksgebouwendienst vanaf 1 april
2010 door de rechtbank moet zijn ontruimd. Het zal daarna geruime tijd duren
voordat het pand weer bruikbaar is.
Tegelijkertijd is de meerwaarde van de nevenlocatie Schiedam van de rechtbank
Rotterdam gering. In deze nevenlocatie worden thans de kantonzaken behandeld
uit Schiedam (75 162 inwoners) en Vlaardingen (70 855 inwoners)
en Maassluis (31 567 inwoners). De geografische nabijheid van de hoofdplaats
Rotterdam, de relatief geringe formatie van de nevenvestigingsplaats Schiedam
(2,11 fte rechterlijke ambtenaren en 10,28 fte gerechtsambtenaren),
het geringe aantal griffiehandelingen, het geringe zaaksaanbod (in 2008 11 469
afgedane zaken inclusief verstekzaken, wat neerkomt op 12% van het
totale aantal zaken van de rechtbank Rotterdam) en het geringe aantal zittingen
(één civiele rolzitting per week) zijn gezamenlijk reden om
tot opheffing van deze nevenvestigingsplaats over te gaan. Voor omvorming
tot een – bij algemene maatregel van bestuur aan te wijzen –
nevenzittingsplaats is evenmin reden, met name
gelet op de directe nabijheid van de gerechtslocatie te Rotterdam.
In de memorie van toelichting bij het wetsvoorstel tot wijziging van de
Wet op de rechterlijke organisatie in verband met de aanwijzing van de nevenvestigingsplaatsen
Wageningen, Winschoten, Groenlo en Oude IJsselstreek als nevenzittingsplaats
heb ik melding gemaakt van de afspraak die mijn ambtsvoorganger heeft gemaakt
om verzoeken tot opheffing van een nevenlocatie te beoordelen aan de hand
van onder meer de criteria substantiële kwetsbaarheden en inefficiënties
in de bedrijfsvoering en draagvlak voor de voorstellen (Kamerstukken II 2007/08,
31 503, nr. 3, blz. 2). Toetsing aan deze criteria rechtvaardigt
de opheffing van de nevenlocatie Schiedam. De Raad voor de rechtspraak heeft
mij desgevraagd bericht dat de president van de rechtbank Rotterdam over de
voorgenomen opheffing van de nevenlocatie Schiedam overleg heeft gevoerd met
de hoofdofficier in het arrondissement Rotterdam, de deken van de Orde van
Advocaten in dat arrondissement en de plaatselijke gerechtsdeurwaarders, waarvan
de uitkomst was dat zij allen zich in dit voornemen konden vinden. De rechtbankpresident
heeft het voornemen ook besproken met de burgemeesters van de betrokken gemeenten
(Schiedam, Vlaardingen en Maassluis).
De ondernemingsraad van de rechtbank Rotterdam is door het gerechtsbestuur
geïnformeerd. Nu in verband met de aanstaande restauratie- en renoveringswerkzaamheden
het huidige pand vanaf 1 april 2010 niet meer kan worden gebruikt,
ligt het in de rede om thans tot opheffing over te gaan. Het weinig aantrekkelijke
alternatief zou immers zijn dat vanaf 1 april 2010 een volledig
nieuwe nevenlocatie in de gemeente Schiedam zou moeten worden ingericht (zittingzalen,
werkplekken, beveiliging, ICT), met alle kosten vandien. Dat is uit het oogpunt
van doelmatigheid van de bedrijfsvoering niet gewenst. Dit praktische motief
geeft dus de doorslag om op dit moment tot sluiting van de nevenlocatie Schiedam
over te gaan.
Ik hecht er daarbij aan te benadrukken dat dit wetsvoorstel dan ook op
geen enkele wijze onomkeerbare stappen beoogt te zetten in het proces rond
de herziening van de gerechtelijke kaart als geheel.
II. ARTIKELSGEWIJS
Artikel II
De inspanningen zijn erop gericht om dit wetsvoorstel uiterlijk op 1 maart
2010 in werking te kunnen laten treden, dus een maand voordat de restauratie-
en renovatiewerkzaamheden in het gerechtsgebouw in Schiedam daadwerkelijk
een aanvang nemen. Tegelijkertijd met de inwerkingtreding van dit wetsvoorstel
zal dan worden voorzien in een aanpassing van de bijlage, bedoeld in artikel
12, eerste lid, van het Besluit nevenvestigings- en nevenzittingsplaatsen
waarmee wordt bewerkstelligd dat kantonzaken uit Schiedam, Vlaardingen en
Maassluis voortaan worden behandeld in de hoofdplaats Rotterdam. Om de data
van inwerkingtreding van dit wetsvoorstel en van de wijziging van het Besluit
nevenvestigings- en nevenzittingsplaatsen op elkaar af te kunnen stemmen,
is voorzien in inwerkingtreding van dit wetsvoorstel op een bij koninklijk
besluit te bepalen tijdstip.
De minister van Justitie,
E. M. H. Hirsch Ballin