nr. 4
MEMORIE VAN TOELICHTING
A. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL
Wetsartikelen 1 en 2
De begrotingsstaten die onderdeel uitmaken van de Rijksbegroting, worden
op grond van artikel 1, derde lid, van de Comptabiliteitswet 2001 elk afzonderlijk
bij de wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel
strekt ertoe om voor het jaar 2008 wijzigingen aan te brengen in de begrotingsstaat
van Nationale Schuld (IXA).
De in de begrotingsstaat opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel
B van deze memorie van toelichting toegelicht (de zgn. begrotingstoelichting).
De minister van Financiën,
W. J. Bos
B. BEGROTINGSTOELICHTING
Over het algemeen wordt de slotwetmutatie voor elk begrotingsartikelonderdeel
toegelicht voorzover dit verschil groter is dan 5% van het beschikbare
bedrag na 2e suppletoire begroting en daarnaast groter is dan € 2,5
mln.
Beleidsartikelen
Beleidsartikel 1 Financiering Staatsschuld
Toelichting
Uitgaven
Rentelasten vlottende schuld (– € 144
mln)
In de laatste maanden van 2008 was sprake van financiering tegen lagere
rendementen dan de rekenrente. De rentelasten voor de vlottende schuld zijn
daardoor lager dan geraamd in de tweede suppletoire begroting.
Overige kosten schulduitgifte (– € 9
mln)
Deze post bestaat voornamelijk uit kosten voor Dutch Direct Auctions (DDA’s).
In de begroting wordt rekening gehouden met twee DDA’s. In 2008 heeft één
DDA plaatsgevonden.
Ontvangsten
Rentebaten vaste schuld (+ € 18 mln)
Door het afsluiten van nieuwe swaps in de laatste maanden van 2008 zijn
de rentebaten voor de vaste schuld gestegen. Swaps worden afgesloten om het
renterisico van de staatsschuld bij te sturen.
Rentebaten vlottende schuld (+ € 94 mln)
Voor de financiering van crisis gerelateerde uitgaven zijn in het laatste
kwartaal van 2008 regelmatig overtollige gelden aangehouden en tijdelijk uitgezet.
Het gemiddelde saldo voor uitgezette liquiditeiten lag daardoor hoger dan
verondersteld in de tweede suppletoire begroting. Door de daling van de (te
betalen) EONIA in het vierde kwartaal 2008 is daarnaast sprake van netto rentebaten
op de portefeuille EONIA swaps.
Mutaties vlottende schuld (+ € 9 302
mln)
Onder de vlottende schuld zijn zowel leningen aan Fortis Bank Nederland
(FBNL) als de financiering daarvan opgenomen. Per saldo is hiervan geen effect
zichtbaar in de mutatie vlottende schuld. Met de verhanging van ABN AMRO zijn € 6,5
mld leningen aan FBNL verrekend met de aandelen ABN AMRO. In de tweede suppletoire
begroting was nog geen rekening gehouden met de verhanging. Doordat de financiering
nog wel op IXA artikel 1 is blijven staan is de vlottende schuld met € 6,5
mld gestegen. Daarnaast is de vlottende schuld verder gestegen door een stijging
van het kastekort in de periode tussen de tweede suppletoire begroting en
de slotwet. De stijging wordt vooral veroorzaakt door de geringere inleg in
het geïntegreerd middelenbeheer door de sociale fondsen. Daarnaast heeft
er een tegenvaller plaatsgevonden bij de belasting- en premie-inkomsten.
Beleidsartikel 2 Kasbeheer
Toelichting
Uitgaven
Mutaties in rekening courant (€ 3 300 mln)
De saldi van de rekeningen courant zijn per saldo gedaald met € 3 015
mln, terwijl een stijging van € 285 mln is geraamd. De verandering
wordt met name veroorzaakt door de ontwikkeling van de rekening courant saldi
van de sociale fondsen.
Rentelasten (€ – 111 mln)
Omdat minder middelen zijn aangehouden in rekening courant en deposito
zijn de rentelasten lager uitgekomen.
Verstrekte leningen (€ 286 mln)
Er is meer geleend dan geraamd. De belangrijkste reden hiervoor is dat
bij de baten-lasten diensten incidenteel extra leenbehoefte was.
Ontvangsten
Rentebaten (€ 15 mln)
De rentebaten zijn hoger omdat er meer leningen zijn verstrekt.
Aflossingen (€ 85 mln)
Het hogere bedrag aan verstrekte leningen heeft ook geleid tot meer aflossingen.