Kamerstuk
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2016-2017 | 31839 nr. 579 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2016-2017 | 31839 nr. 579 |
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 30 mei 2017
Hierbij bieden we u het essay «Weerbare jongeren, weerbare professionals» aan1, het eindrapport van speciaal rapporteur Voorkomen extremisme en bevorderen sociale samenhang in het onderwijs en het jeugddomein, Naïma Azough. Op 29 mei 2017 presenteerde zij het essay aan professionals en bestuurders in het sociaal domein en vervolgens is het ook aan ons overhandigd.
Onder het Nederlands voorzitterschap van de Europese Unie spraken Jeugd- en Onderwijsministers in de OJCS-raad van 30 mei 2016 (Kamerstuk 21 501-34, nr. 264) over de belangrijke rol van professionals in de jeugdhulp en het onderwijs bij het weerbaar maken van jongeren voor het participeren in de democratische rechtsstaat. Naar aanleiding daarvan gaven wij de speciaal rapporteur twee opdrachten: het geven van een impressie van de ervaringen van professionals bij het vergroten van de weerbaarheid van jongeren en het in kaart brengen van goede voorbeelden van samenwerking tussen het jeugddomein, het onderwijs en het veiligheidsdomein op lokaal niveau. Bijgaand essay is daarvan het resultaat.
Weerbare jongeren, weerbare professionals
Uit het essay komt een beeld naar voren van betrokken professionals, die worstelen met het omgaan met verontrustend gedrag van jongeren en de invloed van actuele maatschappelijke ontwikkelingen. Professionals kunnen zich hierin alleen voelen staan. De speciaal rapporteur gebruikt hiervoor de term «professionele eenzaamheid». Zij geeft aanbevelingen om die te bestrijden en de aanpak van het voorkomen van extremisme bij jongeren succesvoller te maken. De speciaal rapporteur wijst bijvoorbeeld op het belang van een sociaal veilig klimaat binnen de organisatie, gedeelde verantwoordelijkheid, een integrale visie en leiderschap van bestuurders. Ook wijst zij op het belang van vroegtijdige signalering, interventie en hulp, in nauwe samenwerking tussen de betrokken sectoren. De speciaal rapporteur heeft gesproken met ruim honderd professionals, bestuurders en experts. Daarmee is al een belangrijke eerste stap gezet: het onderwerp leeft en is bespreekbaar gemaakt.
Het vervolg
De aanbevelingen geven professionals en bestuurders in het sociaal domein, maar ook de lokale en landelijke overheid handvatten voor de verdere versterking van het omgaan met polarisatie en radicalisering onder jongeren.
De speciaal rapporteur wijst onder andere op het belang van «een vraagbaak en vindplek van kennis, kundigheid en interventies voor het sociale domein, zoals er voor de onderwijssector Stichting School & Veiligheid (SSV) is. Met een duidelijk overzicht in het ondersteuningsaanbod en wie wat doet, zodat voor professionals duidelijk is waar zij met vragen naartoe kunnen.» In het kader van het Actieprogramma Integrale aanpak jihadisme (Kamerstuk 29 754, nr. 253) is het initiatief genomen om een «Kennisplatform voorkomen extremisme en polarisatie» voor het jeugddomein in te richten. Per 1 september a.s. zal dit platform voor het jeugddomein operationeel zijn. Het platform wordt in eerste instantie ondergebracht bij de Expertise-unit Sociale Stabiliteit, die reeds veel ervaring heeft in het ondersteunen van eerstelijns professionals en een groot netwerk heeft in gemeentes. Het Familiesteunpunt Radicalisering en het Nederlands Jeugdinstituut (NJi) zijn belangrijke partners. Daarnaast wordt nauw samengewerkt met Stichting School en Veiligheid. De aanbevelingen uit bijgesloten essay worden betrokken bij de invulling van het ondersteuningsaanbod van het kennisplatform.
De aanbevelingen van de speciaal rapporteur zijn een roep om visie en beleid op alle niveaus. Wat nodig is, is een aanpak die binnen organisaties gedragen wordt en een goede ondersteuning van professionals. Gevoel van urgentie bij en actieve betrokkenheid van beslissers en bestuurders in gemeenten, het onderwijs en de jeugdhulp zijn daarbij onontbeerlijk. In de afgelopen maanden zijn daarom in eerste instantie vier regionale bijeenkomsten georganiseerd voor bestuurders en beslissers in het sociale domein. Naar aanleiding van deze bijeenkomsten wordt besloten of behoefte is aan meer gesprekken in de sector.
Alle bovengenoemde maatregelen zijn onderdeel van een interdepartementaal programma ter ondersteuning van het jeugddomein bij de aanpak van radicalisering. Dit programma is vorig jaar in nauwe samenwerking met de Ministeries van VenJ/NCTV en SZW gestart in het kader van het Actieprogramma Integrale aanpak jihadisme. Naast bewustwording en deskundigheidsbevordering richt het zich op versterking van de samenwerking tussen het jeugddomein en het veiligheidsdomein in de lokale, integrale aanpak onder regie van gemeenten.
Ten slotte
Graag spreken we ook hier onze waardering uit voor de gesprekken en het essay van speciaal rapporteur Naïma Azough. We hopen dat de bevindingen en aanbevelingen het werk van alle betrokkenen, waaronder jeugdwelzijnswerkers, zorgprofessionals, wijkagenten, leraren en ouders, zullen ondersteunen. Samen blijven we ons ervoor inzetten dat alle jongeren een plek hebben en ervaren in onze samenleving.
De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, M. Bussemaker
De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, M.J. van Rijn
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-31839-579.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.