nr. 17
GEWIJZIGD AMENDEMENT VAN HET LID KARABULUT C.S. TER VERVANGING
VAN DAT GEDRUKT ONDER NR. 11
De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:
I
In artikel I wordt na onderdeel I een onderdeel ingevoegd, luidende:
Ia
Artikel 31 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt na «onderdeel a»een zinsnede
toegevoegd, luidende: of b.
2. In het tweede lid wordt aan het slot van onderdeel a «,
of» vervangen door een puntkomma.
3. Onder verlettering van onderdeel b tot c wordt een onderdeel ingevoegd,
dat luidt:
b. verlengt het college de in artikel 7, eerste lid, bedoelde termijn
eenmalig met ten hoogste twee jaar en zes maanden, indien aantoonbaar een
alfabetiseringscursus als bedoeld in artikel 7.3.1, eerste lid, onder e, van
de Wet educatie en beroepsonderwijs wordt of is gevolgd voor het verstrijken
van de eerder bedoelde termijn, of.
II
Artikel IV komt te luiden:
ARTIKEL IV
Het bepaalde bij of krachtens de artikelen 7, eerste lid, en 31, tweede
lid, van de Wet inburgering zoals die bepalingen luidden vóór
het tijdstip van inwerkingtreding van artikel I, onderdelen C en J, van deze
wet, blijft van toepassing ten aanzien van de termijnen voor het behalen van
het inburgeringsexamen die vóór dat tijdstip zijn
aangevangen, respectievelijk ten aanzien van de verlenging van die termijnen.
Toelichting
Dit amendement regelt dat het college de handhavingstermijn voor inburgeringsplichtigen
eenmalig automatisch verlengt met ten hoogste 2½ jaar in geval een
alfabetiseringscursus wordt of is gevolgd. Een analfabeet is immers pas na
alfabetisering in staat om in te burgeren en heeft op grond daarvan een langere
termijn nodig. Het college bepaalt wanneer de handhavingstermijn voor het
inburgeringsexamen voor de oudkomers aanvangt. Voor nieuwkomers vangt de handhavingstermijn
aan na het verkrijgen van de verblijfsvergunning. Indien een alfabetiseringscursus
wordt of is gevolgd voor het verstrijken van deze handhavingstermijn, dan
heeft de inburgeringsplichtige recht op de genoemde verlenging van maximaal
2½ jaar.
Karabulut
Dibi
Van der Ham
Dijsselbloem