Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 21 november 2013
Op 29 oktober jl. heb ik u schriftelijk geïnformeerd over het stoppen van het experiment
regelarme instellingen bij Careyn (Kamerstuk 31 765, nr. 80). In deze brief heb ik aangegeven dat er – in het belang van cliënten – ook bij de
experimenten aansluiting moet zijn tussen de regelarm gevoerde registratie en de reguliere
registratie. Eén van de randvoorwaarden voor de experimenten was immers dat cliënten
daar geen financiële nadelen van mochten ondervinden en de eigen bijdragen daarom
ongewijzigd moesten blijven. Dit bracht met zich mee dat de regelarme registratie
gekoppeld moest worden een de ongewijzigde eigenbijdragesystematiek. Ik heb helaas
geconstateerd dat de verwerking van de eigen bijdragen door deze complexiteit in het
experiment regelarme instellingen Careyn vertraging heeft opgelopen. In mijn brief
van 29 oktober jl. heb ik aangegeven dat ik in overleg met Careyn, CAK en de zorgkantoren
zoek naar een oplossing. Door middel van deze brief informeer ik u over de stand van
zaken.
Inmiddels is duidelijk geworden dat genoemde vertraging bijna 7.000 cliënten betreft
en de vertraging tot enkele maanden kan oplopen. In die maanden hebben cliënten wel
zorg genoten maar geen of een te lage eigen bijdrage betaald. De achtergrond van deze
vertraging hangt samen met het niet goed op elkaar aangesloten krijgen van de ICT
van Careyn en het CAK.
Inmiddels is de gegevensaanlevering die noodzakelijk is voor het kunnen factureren
van de eigen bijdragen weer adequaat. Het CAK heeft aangegeven de vertraging binnen
enkele weken te hebben ingelopen. Dit betekent dat alle betrokken cliënten in november
de achterstallige factuur voor de eigen bijdrage ontvangen. De cliënten die een factuur
ontvangen, ontvangen gelijktijdig een toelichtende brief. Het betreft gemiddeld € 109,19
per cliënt, bij 160 cliënten gaat het om meer dan € 750. Bij drie cliënten om meer
dan € 2.500. Cliënten met een hoge factuur hebben een gepersonaliseerde brief van
het CAK ontvangen. Tevens is door het CAK een apart telefoonnummer geopend voor alle
cliënten met nadere vragen waarbij het CAK ook een betalingsregeling voor deze cliënten
aanbiedt, mocht daar behoefte aan zijn.
Op deze wijze wordt dit onvoorziene en ongewenste neveneffect van het experiment zo
goed als mogelijk aangepakt, waarbij het oogmerk is de gevolgen voor de burger zo
beperkt mogelijk te houden.
De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, M.J. van Rijn