Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 2 september 2019
Bij brief van 4 juli jl. heb ik u geïnformeerd over de signalen die ik heb ontvangen
van de advocatuur over de implementatie van Richtlijn 2016/800/EU en de Wet waarborgen
kinderen in strafprocedures (Stb. 2019, nr. 180). Hierbij informeer ik u over mijn besluit over een aanpassing van de vergoedingen
in jeugdstrafpiketzaken.
Door de advocatuur is aangegeven dat in de piketfase van lichte en middelzware piketzaken
voor jeugdigen de piketvergoeding van 1,5-punten ontoereikend is in geval er vervolgverhoren
plaatsvinden. Sinds de inwerkingtreding van de wet per 1 juni moet er in alle gevallen
een advocaat bij alle politieverhoren van minderjarigen aanwezig zijn.
Destijds is een berekening gemaakt van de (financiële) gevolgen van de wet. Daarbij
is abusievelijk de toename van de werkzaamheden bij vervolgverhoren als gevolg van
deze wet niet vertaald in een redelijke vergoeding. Reparatie daarvan is geboden.
Ik heb daarom in afstemming met de Nederlandse Orde van Advocaten besloten dat bij
wijze van tijdelijke maatregel, op basis van een beleidsregel van de Raad voor Rechtsbijstand,
een extra vergoeding van 1,5 punt per vervolgverhoor in lichte en middelzware zaken
(zogenaamde B- en C-zaken) zal worden toegekend. Dit komt neer op € 197,05 inclusief
BTW. De Raad voor Rechtsbijstand heeft aangegeven dat deze tijdelijke oplossing per
3 september 2019 kan worden geïmplementeerd.
Om dit definitief te regelen zal ik een wijziging van het Besluit vergoedingen rechtsbijstand
voorbereiden.
Voor de periode van 1 juni tot en met 2 september 2019 zal de forfaitaire vergoeding
van 1,5 punt (€ 197,05 inclusief BTW) voor alle lichte en middelzware piketzaken worden
verhoogd naar 2,25 punten (€ 295,58 inclusief BTW). Voor een verhoging met 0,75 punt
is gekozen, omdat de inschatting van de advocatuur is dat vervolgverhoren in circa
50% van deze zaken voorkomen. Omdat in het verleden geen registratie heeft plaatsgevonden
van het aantal vervolgverhoren ontbreken precieze cijfers.
Tenslotte merk ik op dat deze maatregel past binnen het budgettaire kader van de rechtsbijstand.
De meest recente gegevens duiden er namelijk op dat de aantallen piketten jeugdstrafzaken
achterblijven bij de aantallen die eerder waren voorzien. Met deze daling van het
aantal geprognosticeerde piketten vallen middelen vrij die op korte termijn hiervoor
kunnen worden aangewend.
De Minister voor Rechtsbescherming,
S. Dekker