nr. 18
DERDE NOTA VAN WIJZIGING
Ontvangen 19 november 2008
Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:
1
De aanhef van artikel IV komt te luiden:
Artikel 28a van de Wet op de loonbelasting
1964 komt te luiden:
2
Aan artikel XVII wordt een lid toegevoegd,
luidende:
6. In afwijking van het eerste lid treedt artikel IV in werking op
een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip. De voordracht voor het koninklijk
besluit, bedoeld in de eerste volzin, wordt niet eerder gedaan dan vier weken
nadat het ontwerp aan beide kamers der Staten-Generaal is overgelegd. De voordracht
wordt niet gedaan indien binnen die vier weken door of namens een der kamers
of door ten minste een vijfde van het grondwettelijk aantal leden van een
der kamers om overleg over het ontwerp wordt gevraagd en dit overleg niet
tot instemming leidt.
Toelichting
Met deze nota van wijziging wordt geregeld dat de voorstellen met betrekking
tot correctieberichten en «loon in, loon over» op een bij koninklijk
besluit te bepalen tijdstip in werking treden en dat daarbij een voorhangprocedure
met blokkerende werking van toepassing is.
Hiermee wordt aangesloten bij de over dit onderwerp gevoerde discussie.
Enerzijds worden de voorstellen essentieel geacht voor de mogelijkheid de
loonaangifteketen en de polisadministratie in 2010 stabiel te krijgen, maar
anderzijds bestaat er op dit moment nog onzekerheid over de exacte gevolgen.
Het ontwerp voor het koninklijk besluit zal niet eerder worden overgelegd
dan nadat op basis van de specificaties de eenduidige aangifte loonheffingen
samen met softwareleveranciers is getest. Dat vindt vanaf maart 2009 plaats
en de ervaringen worden vóór juni 2009 geëvalueerd. Een
en ander wordt met Actal gedeeld. Het advies van Actal zal bij het ontwerp
van het koninklijk besluit worden gevoegd. Het kabinet zal de keuze voor de
in het ontwerp opgenomen datum uitgebreid motiveren.
Indien door een of beide kamers binnen vier weken na het overleggen van
het ontwerp voor het koninklijk besluit te kennen wordt gegeven daarover een
overleg met het kabinet te willen voeren, heeft dat een blokkerende werking.
De voordracht voor het koninklijk besluit vindt dan alleen plaats bij instemming
met de voorgestelde inwerkingtreding door die kamer (of, ingeval beide kamers
om overleg hebben gevoerd: beide kamers).
Om eventuele invoering van de eenduidige loonaangifte per 1 januari
2010 praktisch nog mogelijk te maken, is het de bedoeling een voorhangprocedure
vóór het komende zomerreces af te ronden. Voor het geval het
kabinet op basis van de resultaten van de test tot de conclusie zou komen
dat inwerkingtreding per 1 januari 2010 op overwegende bezwaren stuit,
zal de Kamer hierover vóór juli 2009 gemotiveerd worden ingelicht.
De Staatssecretaris van Financiën,
J. C. de Jager