nr. 104
BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 15 juni 2009
Hierbij bied ik u een verslag aan van het bezoek van mijn Kazachstaanse
ambtgenoot, Marat Tazhin, aan Den Haag op 4 juni 2009. Dit bezoek vond
plaats tegen de achtergrond van het Kazachstaanse OVSE-voorzitterschap in
2010. Ook kwamen de bilaterale betrekkingen en de relaties van Kazachstan
met de EU aan de orde, waaronder de mensenrechtensituatie. Tijdens het bezoek
is een memorandum of understanding getekend inzake
samenwerking tussen de Ministeries van Buitenlandse Zaken van Kazachstan en
Nederland. Tevens bracht minister Tazhin een kort beleefdheidsbezoek aan minister-president
Balkenende.
OVSE-voorzitterschap van Kazachstan in 2010
Aan minister Tazhin is de boodschap overgebracht dat Nederland bereid
is Kazachstan verder te ondersteunen bij de voorbereiding van zijn OVSE-voorzitterschap
in 2010, maar dat wordt verwacht dat Kazachstan zijn interne hervormingskoers
voortzet, ook na 2010. Dit is temeer van belang, omdat Kazachstan als OVSE-voorzitter
aandacht zal moeten geven aan democratische hervormingen en mensenrechten
in alle OVSE-landen. Ik heb mijn ambtgenoot aandacht gevraagd voor de mensenrechtensituatie
in zijn land en van gedachten gewisseld over de recente ontwikkelingen in
Kazachstan op dit gebied. Daarbij heb ik verwelkomd dat er voor het eerst
een nationale mensenrechtenstrategie is gepresenteerd in Kazachstan, maar
heb ik ook aandacht gevraagd voor de verdere liberalisering van de Media-
en Kieswet, alsmede voor godsdienstvrijheid. Wat betreft godsdienstvrijheid
heb ik aangedrongen om bij eventuele verdere herziening van de Religiewet
het advies van zowel OVSE als het Kazachstaanse Constitutionele Comité
te betrekken. Conform een verzoek van Kazachstan heb ik gezegd dat Nederland
bereid is hoge rechters en ambtenaren uit Kazachstan een training te geven
op het gebied van internationaal recht. Eerder heeft Nederland een training
gegeven aan Kazachstaanse diplomaten ter voorbereiding op het OVSE-voorzitterschap.
Minister Tazhin heeft een toelichting gegeven op de plannen van Kazachstan
voor het OVSE-voorzitterschap in 2010. Kazachstan overweegt diverse initiatieven
in OVSE-verband, onder meer op het gebied van interetnische en interreligieuze
tolerantie, vanwege het belang van deze thema’s. Ik heb aangegeven dat
zulke initiatieven complementair zouden moeten zijn aan de «Alliantie
der Beschavingen» en dat het betrekken van het maatschappelijk middenveld
hierbij van belang is. Tevens heeft Kazachstan de mogelijkheid van een OVSE-top
in 2010 nog niet uitgesloten. Minister Tazhin beaamde dat een dergelijke top
echter pas zinvol zou zijn als er concrete resultaten kunnen worden geboekt.
Daarnaast noemde minister Tazhin enkele andere mogelijke initiatieven tijdens
het aankomende OVSE-voorzitterschap, onder meer gericht op het verbeteren
van de publieke zichtbaarheid van het werk van de OVSE. Kazachstan hoopt tijdens
zijn voorzitterschap oplossingen voor «bevroren conflicten» in
Oost-Europa, zoals de kwestie Transdnjestrië, naderbij te kunnen brengen.
Bilaterale betrekkingen
Uit de gesprekken met minister Tazhin bleek dat van beide zijden tevredenheid
bestaat over de ontwikkeling van de bilaterale betrekkingen. Deze betrekkingen
liggen vooral op economisch gebied, wat ook blijkt uit het feit dat Nederland
gedurende de afgelopen jaren de grootste investeerder was in Kazachstan. Van
beide zijden is de wens geuit om intensiever met elkaar te gaan samenwerken,
bijvoorbeeld op het gebied van de landbouw. Dit past ook goed in de strategie
van Kazachstan om zijn economie verder te diversifiëren en zo minder
afhankelijk te worden van olie- en gasinkomsten. Tevens heb ik met mijn ambtgenoot
een memorandum of understanding getekend inzake
samenwerking tussen de Ministeries van Buitenlandse Zaken van Kazachstan en
Nederland. Dit memorandum ziet onder meer toe op het regelmatig houden van
(politieke en ambtelijke) consultaties tussen de beide landen over onderwerpen
gerelateerd aan het buitenlands beleid.
Minister Tazhin ging in op de intensivering van de betrekkingen tussen
Kazachstan en de EU, verwees in dit verband naar de door Kazachstan in 2008
aangenomen Path to Europe strategie en benadrukte
voorts het belang van een nieuwe Partnerschaps- en Samenwerkingsovereenkomst.
Minister Tazhin vroeg naar de mogelijkheden voor visumfacilitatie, in het
bijzonder visumvrijstelling voor houders van Kazachstaanse diplomatieke- en
dienstpaspoorten. Ik heb geantwoord dat België namens de Benelux besprekingen
ter zake voert en dat Nederland het van groot belang vindt dat dergelijke
vrijstellingen worden gekoppeld aan een terug- en overnameovereenkomst voor
illegaal in Nederland verblijvende Kazachstanen.
De minister van Buitenlandse Zaken,
M. J. M. Verhagen